ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

1 Bedrijfsmanagement - 1RP - Onderdelen - Toepassingen ICT/1
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: BM:Bedrijfsmanagement
Code: 1RT03
Academiejaar: 2010-2011
Type: kern
Niveau: uitdiepend
Programmajaar: 1
Periode binnen het modeltraject: Module 1
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 3
Totaal aantal contacturen: 153
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma: deel 1
Examencontract: mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Gerené Kiki
Soudyn Mireille


 

KORTE OMSCHRIJVING

De module Toepassingen ICT1 is gericht op het aanleren van een aantal ICT-basisvaardigheden die je onder de knie moet hebben wil je communicatief en organisatorisch sterk staan. Je krijgt noodzakelijke begrippen mee, je leert op een efficiënte manier informatie te verwerken en op te zoeken op het Internet. Multimedia en Compatibiliteit bieden toepassingen waar je vormen en afbeeldingen kan invoegen en waarmee je gegevens kunt uitwisselen tussen verschillende Office pakketten en je ontdekt hoe je met Windows, Outlook en Mindmapping je werk kunt organiseren.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JM101 Denk- en redeneervaardigheid
  • JM102 Verwerven en verwerken van informatie
  • JM103 Vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken
  • JM104 Creativiteit
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JM209 Oplossingsgericht kunnen werken in de zin van het zelfstandig kunnen definiëren en analyseren van complexe probleemsituaties in de beroepspraktijk en het kunnen ontwikkelen en toepassen van zinvolle oplossingsstrategieën.
Beroepsspecifieke competenties
  • JM328 Organisatievermogen: hij kan delegeren, hij volgt zijn dossiers correct op, hij hanteert een correct tijdsmanagement
  • JM338 ICT: hij is een gevorderd gebruiker van het Microsoft Office pakket. Verder hanteert hij electronische informatie-, communicatie- en organisatietechnologie in zijn dagdagelijkse beroepspraktijk. Daarnaast kan hij werken met specifieke juridische software.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • De student wendt de recentste administratieve softwarepakketten die courant gebruikt worden in de praktijk aan.
  • De student hanteert elektronische informatie-, communicatie- en organisatietechnologie in de dagdagelijkse beroepspraktijk.
  • De student wendt basisbegrippen en -vaardigheden aan om een computer in een Windowsomgeving efficiënt te beheren.
  • De student zoekt, verwerkt en wisselt gegevens uit door gebruik te maken van hard- en software.
  • De student maakt en beheert verzorgde correspondentie volgens de BIN-normen.
  • De student plant en beheert afspraken, vergaderingen en taken zowel voor zichzelf als voor anderen.
  • De student past aangeleerde technieken toe in oefeningen die hij zelfstandig oplost.
  • De student bekijkt de eigen oplossingen met de nodige kritische zin, vergelijkt op juistheid met de aangereikte oplossing en brengt daar waar nodig verbeteringen aan.
  • De student werkt dermate vlot met de aangeleerde toepassingssoftware dat opdrachten binnen een beperkt tijdsbestek tot een goed einde gebracht worden.
  • De student zoekt op een efficiënte manier informatie op het Internet, bekijkt de gevonden gegevens kritisch en kan data op een efficiënte manier inbrengen en uitwisselen tussen verschillende softwarepakketten.

 


VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

geen

 


Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
geen
Andere begincompetenties
  • Het ABC van de computer moet gekend zijn: werken met muis en toetsenbord, bestanden aanmaken, bewaren, verwijderen en openen.

LEERINHOUDEN
  • Werken met Blackboard (in zelfstudie), op de e-campus en de ISI-omgeving en het Intranet.
  • Basiscomponenten van een computersysteem kennen.
  • Werken in een MS Windowsomgeving (Mijn Documenten, bureaublad, vensters, pictogrammen, menu's, pakketten en verschillende bestandstypes).
  • Via Windows Verkenner elementaire taken uitvoeren (kopiëren, verplaatsen, wissen, herbenoemen van bestanden en mappen).
  • Gegevens, objecten en figuren van het Internet of een ander medium optimaal gebruiken en uitwisselen tussen verschillende pakketten binnen een Windowsomgeving en in een Officetoepassing integreren.
  • Bestanden en mappen comprimeren en deze uitwisselen tussen verschillende computers via gecomprimeerde mappen.
  • Basisprincipes van datacommunicatie, lokale en wereldwijde netwerken.
  • Gericht opzoeken van informatie op het Internet met de browser Internet Explorer.
  • Het opstellen van correspondentie en e-mail volgens de BIN-normen.
  • Werken met e-mails en contactpersonen, afspraken maken, taken en agenda beheren, vergaderingen beleggen, bestanden uitwisselen, gegevens archiveren, importeren en exporteren en adressen bijhouden via MS Outlook.
  • Mindmaps aanmaken en bewerken met het pakket Mindmanager en uitwisselen tussen andere Officetoepassingen.
  • Zie de studiewijzer (SW) voor aanvullende informatie over dit opleidingsonderdeel.

STUDIEMATERIAAL
  • Syllabus ICT, Basisvaardigheden (Module 1) - Universitas
  • MS Word 2007: E. Van den Broeck en E. Cuypers uitgeverij De Boeck nv ISBN 978 90 455 2404 7

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

16

 lesuren

  19,45

practicum en oefeningen:

12

 lesuren

  14,59

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

53

 klokuren

  64,44

Verdere toelichting:
  • Hoor- en werkcolleges met uiteenzettingen en uitgewerkte voorbeelden, gevolgd door practicum en oefeningen.
  • Zelfstandig verwerken van oefeningen.
  • Zelfevaluatie van opgeloste oefeningen aan de hand van computergestuurde testen en aangereikte oplossingen.
  • De student krijgt van de lector een studiewijzer (SW) ter beschikking als steun in het leerproces, met aanvullende informatie over het opleidingsonderdeel zoals de werkvormen, de opdrachten, de leerinhouden en de evaluatie.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Multiple Choice examentest: 3 punten.
  • Taak: 5 punten.
  • Digitaal en/of schriftelijk examen van 75 minuten op 12 punten.
  • Inhaalmogelijkheid voor deelexamen buiten de examenreeks: zie 3.2. dep. aanv. OER. De inhaalmogelijkheid wordt voorzien na de laatste ICT-examensessie tijdens de 8ste moduleweek.
  • Om technische redenen is het niet toegestaan na het officiële aanvangsuur aan het examen deel te nemen. Studenten dienen een kwartier voor de start van de examensessie aanwezig te zijn aan het juiste lokaal. Wie te laat komt, kan dus niet meer deelnemen. De aanvangstijd zoals meegedeeld op het examenrooster zal strikt gehanteerd worden. De studenten dienen zich te houden aan de timing en de afspraken die gelden voor de examengroep (sessie én lokaal) waarin ze ingedeeld zijn. Het is bijgevolg niet toegestaan te wisselen van examengroep. De toezichthoudende lectoren zullen deze afspraken stipt opvolgen. Tijdens het examen dient er om de 5 minuten tussentijds bewaard te worden op de vereiste plaats. Indien het pakket tijdens het examen blokkeert/afsluit krijgt de student 5 minuten extra werktijd. De voorziene werktijd wordt bij de aanvang van het examen meegedeeld. Er mag niet langer worden gewerkt dan de opgegeven werktijd. Alleen bestanden die op de vereiste plaats bewaard zijn worden aanvaard. De plaats waar de bestanden moeten worden bewaard, wordt meegedeeld bij de aanvang van het examen en op de examenkopij.
  • Zie SW voor aanvullende informatie over dit opleidingsonderdeel.

tijd voor examinering
uren
1.25

%
 
 01,52

Tweede examenperiode
  • Multiple Choice examentest van 15 minuten op 4 punten.
  • Digitaal en/of schriftelijk examen van 75 minuten op 16 punten.
  • Zie SW voor aanvullende informatie over dit opleidingsonderdeel.