ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

2 Bedrijfsmanagement - 2RP - Onderdelen - Europees recht en instellingen/6
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: BM:Bedrijfsmanagement
Code: 00076
Academiejaar: 2010-2011
Type: kern
Niveau: inleidend
Programmajaar: 2
Periode binnen het modeltraject: Module 6
Aantal studiepunten: 3
Wegingscoëfficient: 3
Totaal aantal contacturen: 30
Totaal studietijd: 78
Deeltijds programma: deel 1
Examencontract: mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Engels
Lector(en): Roels Bart


 

KORTE OMSCHRIJVING
Dit opleidingsonderdeel geeft een overzicht van de geschiedenis, actoren, rechtsbronnen en beleidsdomeinen van de Europese Unie.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • JM101 Denk- en redeneervaardigheid
  • JM102 Verwerven en verwerken van informatie
  • JM103 Vermogen tot kritische reflectie en projectmatig werken
Algemene beroepsgerichte competenties
  • JM211 Een brede interesse en openheid hebben naar andere culturen, kennis hebben van de actualiteit, de politiek alsook van het maatschappelijke en economische gebeuren
Beroepsspecifieke competenties
  • JM312 Voorstudie: hij kan gegevens verzamelen, vakliteratuur bijhouden, wetswijzigingen en evoluties in de rechtspraak opvolgen, een probleem analyseren, besluiten formuleren, vakgenoten en andere deskundigen consulteren.
  • JM336 Juridische kennis: hij heeft de vereiste kennis van wetgeving, rechtsleer, rechtspraak van: staatsrecht, administratief recht, burgerlijk recht, strafrecht, gerechtelijk privaatrecht, handels-en economisch recht, sociaal recht, fiscaal recht, milieurecht. Afhankelijk van de gekozen afstudeerrichting beheerst hij grondige de juridische domeinen hieraan gerelateerd.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • Inzicht bezitten in het grondwettelijk recht van de Europese Unie
  • Strategieën beheersen om informatie te vinden over de EU
  • Vermogen bezitten om Europese politieke thema’s in hun context te plaatsen
  • Goede kennis hebben van geschiedenis, actoren en rechtsbronnen van Europees recht
  • Elementaire kennis hebben van de beleidsdomeinen van de Europese politiek

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
geen
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
geen
Andere begincompetenties
Basiskennis van het eigen nationale recht en van de engelse taal.
LEERINHOUDEN
  • Geschiedenis van de Europese integratie
  • Actoren van de EU en hun bevoegdheden (Europees Parlement, Raad, Commissie, Hof van Justitie, Rekenkamer, …)
  • Rechtsbronnen van de EU (Primair en secundair recht)
  • Beleidsdomeinen van de EU (Interne markt, Economische en monetaire politiek, Andere beleidsdomeinen inz. de sociale politiek)

STUDIEMATERIAAL
  • Cursus met Fact Sheets van het Europees Parlement 
  • Geconsolideerde versie van de Europese verdragen, Publications Office of the European Union, 2010 
  • Informatie op Blackboard 
  • Publicaties van de Europese Unie, www.europa.eu

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

22

 lesuren

  26,51

practicum en oefeningen:

6

 lesuren

  07,23

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

53

 klokuren

  63,86

Verdere toelichting:
  • Lessen en gastlessen met discussies
  • Taken: oplossen van multiple choice vragen, bespreking van arrest van Hof van Justitie, verkenning van EU-website (www.europa.eu)
  • Coaching: de lector geeft feedback in de les en via blackboard
  • Studiebezoek: Europese Instelling in Brussel, Europe Direct information relay in Antwerpen, …

EVALUATIE

Eerste examenperiode
Schriftelijk examen: multiple choice vragen (10 punten) en open vragen (10 punten). De geconsolideerde versie van de Europese verdragen mag gebruikt worden als er niets in geschreven is, ofschoon onderstrepen en markeren toegelaten zijn.
tijd voor examinering
uren
2

%
 
 02,41

Tweede examenperiode

Schriftelijk examen: multiple choice vragen (10 punten) en open vragen (10 punten). De geconsolideerde versie van de Europese verdragen mag gebruikt worden als er niets in geschreven is, ofschoon onderstrepen en markeren toegelaten zijn.