ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

2 Elektromechanica - 2PRA - Onderdelen - Proces
  

O.O. heeft componenten: Ja
O.O. bestaat uit componenten Procesinstrumentatie
Labo procesinstrumentatie
Procesactoren
Chemie
Procestechnieken
Afstudeerrichting: EM:Elektromechanica
Code: 20377
Academiejaar: 2010-2011
Programmajaar: 2
Periode binnen het modeltraject: Module 5-6
Aantal studiepunten: 12
Wegingscoëfficient: 12
Totaal aantal contacturen: 138
Totaal studietijd: 312
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Lector(en): Coremans Roel
Pauwels Bert


 


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • EM101 De student kan nauwgezet, op een zelfstandige wijze, strategisch/efficiënt denken en verantwoord handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext.
  • EM102 De student kan geordend, kernachtig en gesynthetiseerd een verslag opstellen, toelichten en/of een opvolgingsdossier beheren en presenteren/ de student kan beroepsspecifieke informatie opzoeken en verwerken.
  • EM103 Doelgericht leren (evalueren) van je eigen handelingen (er positieve en negatieve kanten in identificeren) en gericht werken aan verbeteringen (leerpunten formuleren).
  • EM104 De student kan in een multidisciplinaire groep en vanuit zijn specifieke optie-(afstudeer)achtergrond een bijdrage leveren aan de totstandkoming van het gewenste resultaat / de student kan multidisciplinaire opdrachten projectmatig aanpakken.
  • EM108 De student is in staat om, vanuit een basishouding van leven(s)lang leren, zelfstandig een leerdoel en leerstrategie te bepalen, uit te voeren en het resultaat terug te koppelen naar het leerdoel.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • EM209 De student kan zich vlot in een groep/team integreren zodat hij/zij snel en efficiënt kan deelnemen aan de taken.
  • EM210 De student kan via analyse van relevante fysische gegevens, tot oplossingen komen.
  • EM211 De student kan, vanuit technische, economische en functionele specificaties, oplossingen voorstellen en kan hierbij een gefundeerde keuze maken uit alternatieven.
  • EM212 De student kan bij beroepsmatige en ethische dilemma's (bv. de verhoging van de productiviteit door minder veilig te werken) een afweging maken op basis van gedegen maatschappelijk geaccepteerde normen en waarden, en een besluit nemen.
  • EM214 De student is in staat om uitvoerende taken nauwgezet en volgens de regels van de kunst (of goed vakamanschap) uit te voeren / De student is in staat om risico's te herkennen en in te schatten.
Beroepsspecifieke competenties
  • EM316 De student kan via het verzamelen van (meet)gegevens en fysische waarnemingen het oorzakelijk verband van de fout vaststellen.
  • EM317 De student kan door het verzamelen van gegevens uit schema's/manuals/tekeningen en het uitvoeren van controlemetingen op de functionaliteit, de oorzaken en hun gevolgen op het proces inschatten, opsporen en verhelpen.
  • EM318 De student is in staat om vakkundig installaties/machines, of delen ervan, te demonteren en te monteren.
  • EM320 De student is in staat om meet- en regelsystemen te ontwerpen, te installeren, aan te sluiten, te koppelen en te vervangen volgens de gegeven schema's en plantekeningen, rekening houdend met de vigerende veiligheidsregels en -middelen die hij/zij kritisch weet toe te passen.
  • EM321 De student is in staat om installaties/machines, of delen ervan, na onderhoudsactiviteiten af te regelen, te testen, op te starten en in dienst te nemen.
  • EM324 De student is na het ontwerp van het automatiseringssysteem in staat om dit systeem te installeren, op te starten, te testen en af te stellen, rekening houdende met de noodzakelijke veiligheidsregels.
  • EM334 De student is in staat om een eenvoudig processysteem functioneel te analyseren, technisch uit te werken (incl. de software) met de bedoeling dat, na het testen en simuleren, het automatisatieproces in dienst genomen kan worden.
  • EM338 De student is in staat om op projectmatige wijze een meet- en regelopdracht te benaderen, d.w.z. er een technisch ontwerpdossier van op te stellen en dit te presenteren om het al of niet realiseren ervan, te verantwoorden.
  • EM339 De student kan op een doordachte manier een probleem analyseren en de oplossingen omzetten naar een programma.
  • EM341 De student is in staat om een meet- en regelsysteem te herkennen tussen een veelvoud van applicaties en om van daaruit, met de nodige kennis van de toegepaste meet- en regelprincipes, onderhoudwerkzaamheden, kalibraties en testen uit te voeren.
  • EM345 De student is in staat om plannen en schema's te lezen en te begrijpen.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • Zie fiche Chemie en materialenleer
  • Zie fiche Procesactoren
  • Zie fiche Procesinstrumentatie
  • Zie fiche Labo procesinstrumentatie
  • Zie fiche Procestechnieken

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
  • Wetenschappen en wiskunde (1EM/SAP)
  • Toegepaste mechanica (1EM) of Projecten mechatronica (1SAP)
  • Elektriciteit (1EM) of Projecten mechatronica (1SAP)

Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
  • Meet- en regeltechnieken

Andere begincompetenties
  • Geen