|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Opleidingsonderdelen |
|
|
|
| | |
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Chemie |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Veiligheid in een chemisch labo
Chemische basisbegrippen
Oplossingen maken
Inleiding in de bio-organische chemie
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10028 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
5 |
Wegingscoëfficient: |
5 |
Totaal aantal contacturen: |
82 |
Totaal studietijd: |
130 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Gutschoven Inge Meyers Caroline Reyniers Kathy Theunen Marjorie Van Cleemput Marjan Van Eyken Els
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie afzonderlijke opleidingscomponenten (deelfiches)
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
zie afzonderlijke deelfiches
|
Andere begincompetenties
|
zie afzonderlijke opleidingsonderdelen (deelfiches)
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Veiligheid in een chemisch labo |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Chemie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10029 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
8 |
Totaal aantal contacturen: |
7 |
Totaal studietijd: |
10,4 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Theunen Marjorie Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De student leert in deze component veilig te werken in een chemisch lab.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
-
-
Beschrijft met welke risicofactoren je in een laboratorium rekening moet houden.
-
Legt uit welke beheersmaatregelen mogelijk zijn om je gezondheid te beschermen.
-
Geeft aan wat voor typen gevaarlijke stoffen bestaan en voorbeelden daarvan noemen.
-
Herkent en benoemt gevaarsymbolen.
-
Legt uit welke informatie MAC-waarden geven.
-
Geeft aan welke voorzorgsmaatregelen er genomen moeten worden bij transport en gebruik van verschillende typen gevaarlijke stoffen.
-
Legt uit welke informatie op het etiket van een gevaarlijke stof staat en hoe je aan een etiket kan zien welke gezondheidsrisico’s je loopt.
-
Geeft aan welke maatregelen er genomen moeten worden om brand en explosie in een lab te voorkomen.
-
Legt uit hoe verschillende soorten brand kunnen ontstaan en hoe deze moeten bestreden worden.
-
Informeert zich over de risico’s die zich bij een experiment kunnen voordoen.
-
Leest de relevante informatie af van een chemiekaart.
-
Geeft aan wanneer welke persoonlijke beschermingsmiddelen moeten gebruikt worden.
-
Toont inzicht in de problematiek van gezondheid, veiligheid en milieu in de chemie.
-
Illustreert de risicobeoordeling volgens de methode van KINNEY met eenvoudige voorbeelden en past deze risico-analyse toe voor de labo’s.
|
|
LEERINHOUDEN
|
Het laboratoriumreglement en de gedragregels die erbij horen vormen de ‘wetten’ waaraan je je in het laboratorium moet houden. Om veilig te kunnen werken is het zaak zo snel mogelijk vertrouwd te raken met die ‘wetten’ en de belangrijkste veiligheidsvoorzieningen. Hoe moet je een laboratoriumexperiment voorbereiden, welke gegevens moet je opzoeken om geïnformeerd te zijn over de risico’s die zich bij het uitvoeren van een experiment kunnen voordoen, welke preventieve maatregelen zijn nodig. Hoe voer je verantwoord laboratoriumafval af ?
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus 'veiligheid in een chemielabo'- auteur : C. Pelgrims
- Powerpointpresentatie (te vinden op e-campus)
- Boekje ‘veiligheid en kwaliteit’ - Plantijnhogeschool
- Chemiekaarten en MSDS-fiches. Gegevens voor veilig werken met chemicaliën.
- Boek : 'Arbeidsomstandigheden en veiligheid in het laboratorium', VAPRO (schoolbibliotheek) met inzichts- en toepassingsvragen alsook casusvragen en de antwoorden.
- VCA-cursus op intern netwerk van de school met elektronische oefenpakket.
- Handleiding “Noteren en verslaggeving tijdens practica” – auteur: H. Nachtegaele – Plantijnhogeschool
- Bezoek aan het veiligheidsinstituut.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
46,15
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
6
|
klokuren
|
46,15
|
Verdere toelichting:
werkcollege en zelfstudie
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Integratieve toets : INT1.1
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
Aanwezigheid bij bezoek aan het veiligheidsinstituut.
Afwezigheden:
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
POP; zo komt ondermeer de beantwoorde vragenlijst horend bij het bezoek aan het veiligheidsinstituut in het POP.
Gedurende alle practica wordt in de gaten gehouden of de student zich aan de veiligheidsvoorschriften houdt.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 1.1toets wordt hernomen, de punten van de permanente evaluatie worden overgedragen.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Chemische basisbegrippen |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Chemie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10253 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
36 |
Totaal aantal contacturen: |
28 |
Totaal studietijd: |
46,8 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Theunen Marjorie Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In deze component worden de absolute basisbegrippen uit de chemie aangeleerd. Nadruk ligt op het verhaal van atoom tot molecule.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
-
Na de lessenreeks:
De student:
- Klasseert anorganische en organische stoffen volgens hun verbindingsklasse.
- Geeft een IUPAC (en triviale) benaming aan chemische verbindingen en leidt de chemische formule af uit de IUPAC (triviale) benaming.
- Geeft de samenstelling van een atoom:
·
Kent
de kwantumgetallen aan de electronen toe in een atoom
·
Beschrijft de electronenconfiguratie door het aufbau pricipe toe te passen
·
Maakt het onderscheid tussen atomen , ionen en isotopen
- Geeft een aantal trends in karakteristieke eigenschappen van een atoom weer
·
Schat
de relatieve grootte van de radius van een atoom of ion , de ionisatie-energie , de electronenaffiniteit , de electronegatieve waarde in
- Linkt de eigenschappen van een element aan zijn plaats in het periodiek systeem.
- Legt het verschil uit tussen een ionaire en covalente binding.
- Stelt de Lewisstructuur op voor een molecule steunend op het streven naar octetstructuur.
- Leidt de ruimtelijke structuur af gebaseerd op de VSEPR theorie .
- Leidt de hybridisatietoestand , de bindingshoek, de bindingslengte en het dipoolmoment van de molecule af door gebruik te maken van de ruimtelijke structuur
- Legt het verschil uit tussen intra- en intermoleculaire interacties
|
|
|
LEERINHOUDEN
|
- Anorganische en organische stoffen klasseren volgens hun verbindingsklasse.
- Een IUPAC (en triviale) benaming aan chemische verbindingen geven en de chemische formule afleiden uit de IUPAC (triviale) benaming .
- De samenstelling van een atoom.
- Eigenschappen van een element linken aan zijn plaats in het periodiek systeem.
- Verschil tussen intra- en intermoleculaire interacties.
- de fysische eigenschappen (aggregatietoestand, dampspanning, kookpunt, smeltpunt, oplosbaarheid, viscositeit,….) van een stof theoretisch toelichten/verklaren.
- De student kent zuren, basen, oxides en zouten en kent hun naamgeving.
- Samenstelling van een atoom.
- Kwantumgetallen van de electronen in een atoom.
- electronenconfiguratie/aufbau pricipe
- Het onderscheid tussen atomen , ionen en isotopen
- Trends in karakteristieke eigenschappen van een atoom : relatieve grootte van de radius van een atoom of ion , de ionisatie-energie , de electronenaffiniteit , de electronegatieve waarde.
- eigenschappen van een element gelinkt aan zijn plaats in het periodiek systeem.
- chemische intramoleculaire bindingstypes.
- chemische intermoleculaire interacties.
- Het verschil tussen ionaire en covalente verbinding
- De lewisstructuur voor een molecule.
- De ruimtelijke structuur van een molecule.
- Gebruik makend van de ruimtelijke structuur; de hybridisatietoestand , de bindingshoek, de bindingslengte en het dipoolmoment van de molecule afleiden
- De student ziet het verschil in tussen intra- en intermoleculaire interacties
|
STUDIEMATERIAAL
|
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
24
|
lesuren
|
42,86
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
28
|
klokuren
|
50,00
|
Verdere toelichting:
- Hoorcollege en werkzittingen
- Zelfstandig doornemen van het zelfstudiepakket
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT 1-1
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
POP: opvolging zelfstudiepakket
permanent (formatief)
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 1-1 wordt hernomen, de punten van de permanente evaluatie worden overgedragen.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Inleiding in de bio-organische chemie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Chemie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10031 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
26 |
Totaal aantal contacturen: |
17 |
Totaal studietijd: |
33,8 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Gutschoven Inge
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Bijna alle verbindingen die in biologische processen een rol spelen, zijn voor een aanzienlijk deel uit koolstof opgebouwd. Bio-organische chemie wil de brug slagen tussen organische chemie en biochemie. De veranderingen die koolstofverbindingen ondergaan in de levende cel zijn in wezen dezelfde als de reacties uitgevoerd in een laboratorium. Biologische verbindingen zijn weliswaar groter en complexer van structuur dan de meeste organische verbindingen, maar het gedeelte dat tijdens een biologisch proces de werkelijk chemische veranderingen ondergaat is slechts beperkt en op zich niet ingewikkelder van structuur dan de meeste kleine organische moleculen. Deze lessenreeks handelt over belangrijke onderdelen van verschillende bio-organische moleculen
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
-
De student onderscheidt de verschillende klassen van verbindingen.
-
De student interpreteert de verschillende voorstellingswijzen van een molecule.
-
De student geeft organische moleculen een naam en herkent de verschillende functionele groepen herkennen in de naamgeving.
-
De student herkent de belangrijkste biomoleculen.
-
De student heeft een uitgebreide kennis van aminozuren: hun structuur, de klassificatie en het zuurbasegedrag.
-
De student werkt door deelname aan het oplossen van klassikaal uitgedeelde opdrachten aan de ontwikkeling van volgende competenties: - ontwikkeling van denk- en redeneervaardigheid - beheer van leerproces: in staat zijn relevante (informatie)-bronnen te verzamelen en te verwerken, begrijpend lezen, kernzaken onderkennen en relevante conclusies trekken
|
|
LEERINHOUDEN
|
-
De verschillende klassen van verbindigen: Alifatische moleculen Cyclische moleculen Heterocyclische moleculen Aromatische moleculen Congeneren
-
De verschillende manieren om een molecule voor te stellen: Fisherprojectie Wedge projectie Skeletstructuur
-
Basisbegrippen van de naamgeving van organische moleculen
-
De belangrijkste biomoleculen: Suikers Eiwitten Lipiden en lipoproteïne Nucleïnezuren
-
Aminozuren klassificatie van aminozuren structuur van de 20 belangrijkste aminozuren zuurbase gedrag van de aminozuren isoelektrisch punt zwitterion
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Noordzakelijk studiemateriaal:
cursus I.. Gutschoven ‘Inleiding in de bio-organische chemie’ E-campus voor presentaties, extra oefeningen, externe links, mindmaps Aminozuren: http://www.biology.arizona.edu/biochemistry/problem_sets/aa/aa.html
- Aanbevolen studiemateriaal:
‘Inleiding in de bio-organische chemie’, Engbersen, J.F.J, De Groot, AE., Wageningen pers, 1995, ISBN-10 90-74134-21-1 'Organic Chemistry', Mc Murry, J., Brooks/Cole-Thomson Learning, 2004, ISBN 0-534-42005-2 ‘Sesam Atlas van de biochemie’, Koolman, J., Röhm, K.-H., SESAM, 2004, ISBN 90-5574-443-3 Materiaal aanwezig in de bibliotheek
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
14
|
lesuren
|
36,84
|
practicum en oefeningen:
|
2
|
lesuren
|
05,26
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
21
|
klokuren
|
55,26
|
Verdere toelichting:
- hoorcollege, werkcollege en praktijksessie
- Gedurende de lessenreeks worden door de verantwoordelijke lector verschillende klassikale opdrachten gegeven. Deze vragen behandelen belangrijke 'randonderwerpen' die nodig zijn voor het begrijpen van de lessen (oa zuurbasegedrag, aromaticiteit van een moleculen, extra oefeningen). De studenten lossen deze vragen zoveel mogelijk in groep op. De antwoorden op deze vragen komen aan bod tijdens de praktijksessies.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
-
INT1-1
-
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. De student bewijst dat hij voldoende kennis heeft van organische (bio)-moleculen, hun naamgeving, voorstellingswijzen en hun chemische eigenschappen en bewijst dat hij in staat is om relevante chemische informatie te verwerken
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
-
INT1-1
-
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. De student bewijst dat hij voldoende kennis heeft van organische (bio)-moleculen, hun naamgeving, voorstellingswijzen en hun chemische eigenschappen en bewijst dat hij in staat is om relevante chemische informatie te verwerken
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
-
Afwezigheden:
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
-
Multiple-choice examens worden gequoteerd met puntenaftrek
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Oplossingen maken |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Chemie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10032 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
30 |
Totaal aantal contacturen: |
30 |
Totaal studietijd: |
39 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Meyers Caroline Reyniers Kathy Theunen Marjorie Van Cleemput Marjan Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In “Oplossingen maken” worden verdunningsvraagstukken aangewend om de studenten te laten oefenen op het correct gebruiken van en rekenen met eenheden en concentratie- en eenvoudige stoechiometrische berekeningen uit te voeren. Tijdens de praktijksessies leren de studenten zelf verdunningen te maken rekening houdend met de regels van het analytisch werken. . Alle handelingen worden correct genoteerd in een laboschrift en verslagen geven de studenten de mogelijkheid om hun verworven labovaardigheden te verwoorden.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL117 Toont respect voor materiaal en het gebruik ervan
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL247 Heeft aandacht voor orde en netheid
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Gebruikt eenheden correct en rekent met deze eenheden
Voer concentratieberekeningen uit
Voert eenvoudige stoechiometrische berekeningen uit
Berekent en maakt oplossingen en verdunningen
De student weet hoe hij een laboschrift moet bijhouden en hoe een verslag gemaakt moet worden.
Na deze lessenreeks beheerst de student volgende laboratoriumtechnieken : - het gebruik van balansen - keuze en het hanteren van het gepaste volumetrisch glaswerk - nauwkeurig afwegen. - vlot een volume afmeten met een pipet. - nauwkeurig een verdunningsreeks maken.
|
|
LEERINHOUDEN
|
-
Korte herhaling van de basisbegrippen : - Atoommassa - Molecuulmassa - Mol - Molaire massa - Concentratiebegrippen
-
Concentratierekenen
-
Verdunningsvraagstukken
-
Basisregels analytisch werken in een labo
-
Maken van oplossingen van verschillende concentraties
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
Experimentele vaardigheden deel 1 – Kathy Reyniers - ISBN 978 90 382 1611 9
-
E-campus: P:\Educatie\Lector aan Student\LV\opleiding_BL\1BL WE -slides
-
Elearning oefeningen
-
B
b: opdrachten en testjes
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
8
|
lesuren
|
17,39
|
practicum en oefeningen:
|
20
|
lesuren
|
43,48
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
16
|
klokuren
|
34,78
|
Verdere toelichting:
- Werkcolleges met oefeningen.
- Lab: de studenten werken meestal per 2.
Voor zover nodig wordt tijd uitgetrokken voor het oplossen van vraagstukken, de bespreking van problemen of beperkte hoorcolleges.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
-
a: INT1-1 schriftelijk examen met kennis-,inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als open vragen en casusvragen /20
- b: de prestaties geleverd tijdens de praktijkuren en dit op basis van houding , werk, inzicht, testjes ( /5) en verslagen /(5)
- De punten verworven op de verschillende onderdelen (a en b) worden samengeteld en worden herleid naar 20 punten
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt ( in consensus ) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten. - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- Enkel onderdeel a kan hernomen worden : INT1-1 schriftelijk examen /20
- De verworven punten van onderdeel b (praktijk) 1° examenperiode blijven behouden /10
- De punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld en herleid naar 20
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten.
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Meten is weten |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Introductie in de klinische analyse
Beschrijving van de meetvariatie
Weergeven van meetresultaten
Basispakket wiskunde
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10033 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
70 |
Totaal studietijd: |
78 |
Examencontract: |
mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Van Cleemput Marjan Van de Velde Brigitte Van den Bossche Ingrid Van Leeuwen Esther Van Vlaslaer Veerle
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL227 Benoemt de kern van het probleem
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL232 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie afzonderlijke opleidingscomponenten (deelfiches)
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
zie afzonderlijke opleidingscomponenten (deelfiches)
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Introductie in de klinische analyse |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Meten is weten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10034 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
6 |
Totaal aantal contacturen: |
5 |
Totaal studietijd: |
4,68 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van Cleemput Marjan Van de Velde Brigitte Van Leeuwen Esther
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
-
Het is de bedoeling een eerste kennismaking te hebben met het formulier voor analyse-aanvraag met zijn verschillende onderzoeksblokken
-
Ze moeten duidelijk hun plaats kunnen inschatten in de klinisch-analytische wereld (=werkveld achteraf).
-
Ze dienen te beseffen, dat omwille van het materiaal (stalen van menselijke origine en repercuties, die van levensbelang zijn) er een aantal ethische aspecten verbonden zijn aan klinische diagnostiek.
-
De verschillende biologische stalen en bemonsteringswijzen moeten algemeen bezit zijn.
-
De weg van staal naar (accuraat) resultaat bevat een aantal risico's op fouten. De student dient deze te herkennen (om ze later te vermijden).
-
Een analysemethode dient aan een aantal karakteristieken te beantwoorden. Specificiteit, reproduceerbaarheid, repeteerbaarheid, gevoeligheid, precisie, detectielimiet en interferentievrij moeten parate kennis worden. Het onderscheid tussen deze vaak verwarrende begrippen is verplicht bezit.
|
|
LEERINHOUDEN
|
- 1. De klinische wereld
- 2. De weg van gezond naar ziek en hopelijk terug
- 3. Meten is weten en genezen
- 4. Het aanvraagformulier
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus P. Winnen
- eigen nota's
- Clinical Biochemistry. an illustrated colour text. Gaw et al. Curchill Livingstone. 0 443 07269 8 (bib; harry robberecht en aanschaf warm aanbevolen, omwille van het zeer illustratief karakter en de didactische opbouw)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
4
|
lesuren
|
50,00
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
3
|
klokuren
|
37,50
|
Verdere toelichting:
2 contacturen en 2 uur discussie rond het aanvraagformulier om elementair een eerste oriëntatie te geven
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT 1-2
Schriftelijk examen met kennis-, inzicht- en toepassingsvragen, zowel stellingsvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 1-2
Schriftelijk examen met kennis-, inzicht- en toepassingsvragen, zowel stellingsvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Basispakket wiskunde |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Meten is weten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10035 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
36 |
Totaal aantal contacturen: |
19 |
Totaal studietijd: |
28,08 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van den Bossche Ingrid
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Een opfrissing van elementaire algebra die je doorheen de opleiding en in de latere praktijk zal nodig hebben.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL227 Benoemt de kern van het probleem
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL362 Beschikt over goede algemene laboratorium- en technologische vaardigheden
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
-
lost willekeurige vergelijkingen van de 1ste en 2de graad en (2×2)-stelsels op
-
zet uitdrukkingen om naar gelijkwaardige vormen
-
rekent met exponenten en logaritmen
-
werkt met lineaire, kwadratische, hyperbolische, exponentiële en logaritmische functies (voorschrift + grafiek)
- gebruikt een rekenmachine op correcte wijze
De nadruk ligt volledig op het juist toepassen van de wiskunde en niet op theoretische afleidingen.
|
|
LEERINHOUDEN
|
- overzicht van de basisbewerkingen
- rekenregels (rekenen met machten, rekenen met breuken, rekenen met logaritmen, rekenen met breuken, evenredigheden en regel van drie)
- gelijkwaardige uitdrukkingen
- vergelijkingen van de 1ste graad
- vergelijkingen van de 2de graad
- vergelijkingen met rationale uitdrukkingen
- stelsels van vergelijkingen ( regel van Cramer, 2×2-stelsels, 3×3 stelsels )
- functies : grafische voorstelling, coördinaten, rechthoekige en willekeurige driehoek, functies van de eerste graad (rechte), functies van de tweede graad, hyperbolische functies (asymptoten), exponentiële en logaritmische functies
- lineariseren, logaritmische schaalverdeling
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
hoofdstukken 1 tem 6 van de cursus ‘wiskunde’ – auteur: Veerle Van Vlaslaer , aangepast door Ingrid Van den Bossche - Plantijn Hogeschool
-
een rekenmachine
-
e-learning oefeningen op e-campus en verwijzingen naar extra oefeningen op internet zie edumap
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
14
|
lesuren
|
45,90
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
16
|
klokuren
|
52,46
|
Verdere toelichting:
- Ieder hoofdstuk van de nota's bevat een heleboel oefeningen. Na ieder hoorcollege werkt de student de oefeningen van het behandelde onderwerp verder af. Eventuele vragen kunnen het volgende HO voorgelegd worden aan de lector.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- Integratieve toets INT1-2, waarbij de aangeleerde kennis getoetst wordt aan de hand van concrete oefeningen zoals deze in de cursus.
- De competentie 'wiskundig redeneren' wordt bovendien integratief getoetst en beoordeeld doorheen de volledige opleiding: aandacht voor de wiskunde toegepast in alle vakdisciplines
- Gebruik van een rekentoestel is bij deze toets toegelaten
- Het cijfer voor het opleidingsonderdeel wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Integratieve toets INT1-2.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Beschrijving van de meetvariatie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Meten is weten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10351 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
42 |
Totaal aantal contacturen: |
33 |
Totaal studietijd: |
32,76 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van Vlaslaer Veerle
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Als een experiment is uitgevoerd en je over een reeks meetresultaten beschikt dan is je werkt als biomedisch analist nog niet af: je moet deze resultaten kunnen beoordelen naar juistheid en precisie van de analysemethode toe. Statistiek helpt om meetresultaten te plaatsen tegenover meetfouten en zo interpretatiefouten te vermijden. De nadruk ligt volledig op het praktijkgericht toepassen van de statistiek: alle voorbeelden, oefeningen komen uit het lab en we proberen zoveel mogelijk de computer voor de berekeningen in te schakelen. In dit eerste blok statistiek van de opleiding komen de beschrijvende technieken en de statistiek van de ijklijn aan bod.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL232 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
-
verzamelt gericht gegevens, doet de statistische gegevensverwerking, geeft een overzicht van de resultaten en interpreteert
-
vat een steekproef of een reeks meetresultaten samen: frequentietabel, frequentieverdeling, boxplot, histogram
-
berekent en interpreteert parametervrije kengetallen: Mediaan en percentielen
-
berekent en interpreteert parametrische kengetallen: gemiddelde en standaardafwijking
-
berekent en interpreteert kengetallen bij herhaalde (relatieve standaardafwijking) en gegroepeerde metingen (standaardafwijking between en within)
-
berekent en interpreteert ‘biologische variatie’ (intra- en inter-individueel)
-
werkt met normale verdeling en standaardnormale verdeling (z-en p-waarden)
-
classificeert toevalsveranderlijken: begrijpt en berekent cutoof-waarden
-
begrijpt en gebruikt de verdeling van een steekproefgemiddelde
-
berekent een betrouwbaarheidsinterval voor een gemiddelde waarde opstellen en de statistische A.F. op een gemiddelde waarde
-
vertaalt deze statistische begrippen naar de praktijk van het lab: juistheid en precisie
-
voert een volledige enkelvoudige lineaire regressie analyse (kleinste kwadraten methode) uit, interpreteert de resultaten en doet een beoordeling van hun kwaliteit
-
berekent de standaardfouten op voorspelde y-waarden en teruggerekende x-waarden
-
voert methodevergelijkingen uit: regressieanalyse, biasplot en ratioplot, Bland-Altmanplot
-
voert alle gegevensanalyses uit met Excel
|
|
LEERINHOUDEN
|
- Beschrijven van een reeks resultaten (steekproef) met frequentietabel en grafieken Parametervrije kengetallen (Me, kwartielen, percentielen, IQR, boxplot, outliers)
- Parametrische kengetallen (gemiddelde, SD en VC%); herhaalde metingen; gegroepeerde metingen (spreiding intra en inter); biologische variatie
- Normale verdeling: z-waarden en p-waarden; werken met cutoff; verdeling van een steekproefgemiddelde (SE); t-verdeling Student; betrouwbaarheidsinterval voor gemiddelde; A.F. op een gemiddelde
- Toepassing van statistiek in het lab: juistheid en precisie; gebruik controlestalen; detectielimiet; uitbijters
- Enkelvoudige lineaire regressie: correlatie, regressie, best passende rechte (kleinste kwadratenmethode), SE, invloed van SE op a en b (betrouwbaarheidsinterval), voorspellen en terugrekenen (betrouwbaarheidsinterval), regressie door de oorsprong, LIJNSCHATTING (Excel), spreidingsdiagram, residuele plot
- Methodevergelijking
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
hoofdstukken 1 tem 6 van de cursus ‘statistiek’ – auteur: Veerle Van Vlaslaer - Plantijn Hogeschool 2010-2011
-
formuleboekje ‘statistiek’ – auteur: Veerle Van vlaslaer - Plantijn Hogeschool 2010-2011
-
rekenmachine
-
wetenschappelijke artikels
aanvullend in de bib
-
‘understanding clinical papers’ Bowers-House-Owens (ISBN 047148976X)
-
‘Statistics and chemometrics’ Miller&Miller (ISBN 013028885)
-
‘Praktische statistiek voor het laboratorium’ Klaessens en Van Leeuwen (ISBN 9071694526)
-
‘Statistiek, validatie en meetonzekerheid voor het laboratorium’ Klaessens (ISBN 9789077423622)
-
‘fundamentals of biostatistics’-Rosner (ISBN 0534209408)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
18
|
lesuren
|
48,00
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
18
|
klokuren
|
48,00
|
Verdere toelichting:
- hoorcolleges met oefeningen
- de oefeningen en toepassingen komen zo veel mogelijk uit de dagelijkse praktijk van het biomedisch lab
- zelfstandig werk: oplossen van de extra opgaven in de cursus, feedback van de lector tijdens de lessen
- de nadruk ligt volledig op het praktijkgericht toepassen van de statistiek: alle voorbeelden, oefeningen komen uit het lab en we proberen zoveel mogelijk de computer voor de berekeningen in te schakelen.
- andere begeleidingsmomenten: (individuele) vraagstelling en feedback door lector (e-mail)
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- integratieve toets
- open-boek’ toetsing: het boek is het formuleboekje statistiek en bevat geen opgeloste oefeningen
- gebruik van een rekenmachine is toegelaten
- vragen met inbreng vanuit 'statistiek': hoogstens 50% van de vragen zijn louter kennisvragen (correct toepassen van de statistische technieken, correcte uitvoeren van berekeningen) en minstens 50% van de vragen zijn interpretatievragen (correct kiezen voor een bepaalde techniek, interpretatie van de resultaten, interpretatie van de onderzoeksresultaten van derden)
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
idem
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Weergeven van meetresultaten |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Meten is weten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10037 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
15 |
Totaal aantal contacturen: |
13 |
Totaal studietijd: |
11,7 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van den Bossche Ingrid
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Het resultaat van berekeningen en metingen met een gepast aantal beduidende cijfers leren weergeven. Gebruik van tabellen en grafieken
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
·
bepaalt het aantal beduidende cijfers van een getal
·
vermijd niet-beduidende nullen
·
geeft het resultaat van een berekening een gepast aantal beduidende cijfers, ook via benaderende regels.
·
bepaalt de fout op een getabelleerde grootheid
-
maakt een tabel en een grafiek met meetpunten, trendlijn, foutenbalken, de juiste bijschriften en indeling van de assen
- bepaalt het aantal beduidende cijfers van een getal
- vermijd niet-beduidende nullen
- geeft het resultaat van een berekening een gepast aantal beduidende cijfers, ook via benaderende regels.
- bepaalt de fout op een getabelleerde grootheid
- maakt een tabel en een grafiek met meetpunten, trendlijn, foutenbalken, de juiste bijschriften en indeling van de assen
|
|
LEERINHOUDEN
|
- beperkingen bij het aflezen van een meetinstrument
- het aantal beduidende cijfers van een getal
- het vermijden van niet-beduidende nullen
- afronden van A.F. en meetresultaat
- rekenen met meetresultaten
- benaderende regels om een meetresultaat een gepast aantal beduidende cijfers te geven
- de fout bepalen op een getabelleerde grootheid,
- oefeningen op basisregels en afgeleide rekenregels
- een tabel en een grafiek maken met meetpunten, trendlijn, foutenbalken, de juiste bijschriften en indeling van de assen
|
STUDIEMATERIAAL
|
- nota's 'Weergeven van meetresultaten' - Ingrid Van den Bossche - Plantijn Hogeschool
- e-learning oefeningen (via e-campus)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
8
|
lesuren
|
59,26
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
5
|
klokuren
|
37,04
|
Verdere toelichting:
- tijdens de colleges wordt na het geven van de noodzakelijke theorie veel tijd gegeven om in te oefenen
- een deel van de oefeningen worden als opdracht meegegeven
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT 1-2 met oefeningen : zie nota's 'Weergeven van meetresultaten' - Ingrid Van den Bossche - Plantijn Hogeschool
Het cijfer voor het opleidingsonderdeel wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten. Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 1-2 met oefeningen : zie nota's 'Weergeven van meetresultaten' - Ingrid Van den Bossche - Plantijn Hogeschool
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - De cel |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Cellen
Diffusie en osmose
De cel belicht
Werken met een centrifuge
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10038 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
42 |
Totaal studietijd: |
78 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Asselberg Rob Crols Marina Van den Bossche Ingrid
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie afzonderlijke ECTS-deelfiches
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
zie afzonderlijke opleidingscomponenten (deelfiches)
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Cellen |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De cel |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10039 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
44 |
Totaal aantal contacturen: |
17 |
Totaal studietijd: |
34,32 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Asselberg Rob Crols Marina
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De cursus beschrijft de cel als eenheid van het leven.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- een onderscheid maken tussen levend, dood en levenloos
- het patroon begrijpen hoe wetenschappers de grote hoeveelheid aan organismen en processen in de levende natuur bestuderen
- de systematiek van de levende organismen inzien
- de wetenschappelijke namen van planten en dieren verstaan
- een inzicht hebben in het ontstaan van het leven
- de bouw, functie en onderlinge samenhang van de verschillende organellen in eukaryote cellen toelichten
- de belangrijste elektronenmicroscopische structuren en organellen van een eukaryote cel aanduiden op foto's en tekeningen
- de verschillen inzien tussen plantencellen en dierlijke cellen
- het mechanisme van de mitose begrijpen
- de overgang van cel naar weefsel, van weefsel tot orgaan, van orgaan tot stelsel, en van stelsel tot organisme schematisch kunnen weergeven
- de primaire weefsels in een menselijk lichaam kunnen opsommen
- de bouw, de functie en de plaats van elk weefsel in het menselijk lichaam kunnen toelichten
- de opbouw van een orgaan uit verschillende weefsels begrijpen
- de verschillende stelsels in het menselijk lichaam kunnen opsommen
|
|
LEERINHOUDEN
|
- de wetenschappelijke namen van dieren en planten
- het ontstaan van het leven: biogenese
- de cel, als eenheid van structuur en functie
- algemene, submicroscopische morfologie van de cel
- de celdeling of mitose
- groei en differentiatie van cellen
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus biologie deel 1: de wetenschap van het leven - Rob Asselberg
- cursus biologie deel 2: het leven van de cel - Rob Asselberg
- cursus biologie deel 4: histologie - Rob Asselberg
- cursus biologie deel 15A: labo BL
- elektronenmicroscopische foto's
- preparaten mitose
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
12
|
lesuren
|
31,58
|
practicum en oefeningen:
|
4
|
lesuren
|
10,53
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
21
|
klokuren
|
55,26
|
Verdere toelichting:
6 hoorcolleges 2 praktijksessies (verplicht)
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- INT1-3
- verslagen van de praktijksessies (tellen mee voor 20%) van de punten)
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
Afwezigheden:
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- INT1-3
- behaalde punten van de praktijksessies blijven geldig
- - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
Afwezigheden: Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - De cel belicht |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De cel |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10040 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
28 |
Totaal aantal contacturen: |
11 |
Totaal studietijd: |
21,84 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Asselberg Rob
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De cursus is vooral een praktische toepassing op het onderdeel 'cellen'. Met behulp van de microscoop worden de voornaamste gedifferentieerde cellen bekeken.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL362 Beschikt over goede algemene laboratorium- en technologische vaardigheden
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- de bouw en de werking van een microscoop toelichten
- een microscoop kunnen hanteren
- de verschillende technieken begrijpen om cellen en micro-organismen in een microscoop te bekijken
- de juiste techniek toepassen om zelf een preparaat te maken
|
|
LEERINHOUDEN
|
- bouw en werking van de microscoop
- vergelijking van de lichtmicroscopische bouw van een plantencel en een dierlijke cel
- studie van de verschillende soorten weefsels
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus biologie deel 15A: labo BL - Rob Asselberg
- microscoop
- preparaten
- levende planten om zelf preparaten te maken
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
2
|
lesuren
|
08,00
|
practicum en oefeningen:
|
8
|
lesuren
|
32,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
14
|
klokuren
|
56,00
|
Verdere toelichting:
1 hoorcollege, 4 praktijksessies (aanwezigheid verplicht)
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- INT1-3
- permanente evaluatie van de praktijksessies (100% van de punten)
- - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
Afwezigheden: Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- INT1-3
- de punten van de praktijksessies blijven behouden
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
Afwezigheden:
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Diffusie en osmose |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De cel |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10041 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
15 |
Totaal aantal contacturen: |
7 |
Totaal studietijd: |
11,7 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van den Bossche Ingrid
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Transport van voedingsstoffen en afvalstoffen in cellen gebeurt dankzij de fysische verschijnselen diffusie en osmose. In het HO bespreken we die verschijnselen en hun gevolgen, in het practicum bekijken we de gevolgen van deze verschijnselen in cellen onder de microscoop (plasmolyse, hemolyse, doornappelvorm)
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- past de fysische verschijnselen diffusie en osmose toe op de cel (zie biologie en anatomie)
- voert eenvoudige osmose-experimenten van cellen uit en verklaart ze
- weet wat er gebeurt met een bloedcel bij inspuiting van een iso-, hyper, en hypotonische oplossing
|
|
LEERINHOUDEN
|
- diffusie en osmose: iso-, hyper, en hypotonische oplossingen; plasmolyse, hemolyse, weten waarom fysiologisch water gebruiken bij medische testen, ORS, enkele oefeningen
- eenvoudige osmose-experimenten met cellen uitvoeren (ajuin, aardappel, rode bloedcellen)
|
STUDIEMATERIAAL
|
- nota's 'Diffusie en osmose'-Ingrid Van den Bossche-Plantijn Hogeschool
- lespresentatie, weblinks in de EDU-map op e-campus
- handleiding praktijksessie
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
2
|
lesuren
|
14,29
|
practicum en oefeningen:
|
4
|
lesuren
|
28,57
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
7
|
klokuren
|
50,00
|
Verdere toelichting:
2 uur hoorcollege met eenvoudige oefeningen en 4 uur lab
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- verplichte aanwezigheid voor de praktijksessie
- ongewettigde afwezigheid tijdens de praktijksesie kan leiden tot het niet behalen van de credit van dit opleidingsonderdeel
- INT1-3
met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen vragen over het praktische werk zitten geïntegreerd in de toets
- het cijfer voor het opleidingsonderdeel wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessie - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- INT1-3
met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen vragen over het praktische werk zitten geïntegreerd in de toets
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Werken met een centrifuge |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De cel |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10042 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
13 |
Totaal aantal contacturen: |
7 |
Totaal studietijd: |
10,14 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van den Bossche Ingrid
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In de urine van patiënten met een blaasonsteking zitten o.a. witte bloedcellen, bacteriën, epitheelcellen,… Als men deze urine centrifugeert, dan worden de deeltjes met de grootste dichtheid het meeste naar buiten geslingerd. Om deeltjes met een verschillende dichtheid van elkaar te scheiden gebruikt men dus een centrifuge. Hoe werkt zo’n centrifuge? Waar moet men op letten? Wat zijn de veiligheidsvoorschriften bij het gebruik van een centrifuge?
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Verstaat de werking van een centrifuge
- Plaatst op een juiste wijze stalen in een centrifuge
- Neemt de nodige voorzorgsmaatregelen bij het werken met een centrifuge
|
|
LEERINHOUDEN
|
- beweging (translatie en rotatie), kenmerken van een kracht, translatiebeweging als gevolg van een kracht
- moment van een kracht, krachten bij een cirkelvormige beweging
- veilig werken met een centrifuge (krachten bij cirkelvormige beweging, plaatsen van stalen in een centrifuge, temperatuurstijging bij langdurig centrifugeren…)
|
STUDIEMATERIAAL
|
- nota's 'Werken met een centrifuge'-Ingrid Van den Bossche-Plantijn Hogeschool
- lespresentaties, weblinks op e-campus
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
4
|
lesuren
|
33,33
|
practicum en oefeningen:
|
2
|
lesuren
|
16,67
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
5
|
klokuren
|
41,67
|
Verdere toelichting:
4 u hoorcollege met eenvoudige oefeningen en 2 u werkcollege waarbij een centrifuge bekeken wordt in een lab en sites individueel doorlopen worden i.v.m.veilig werken met een centrifuge in een lab.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT1-3 met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen
Het cijfer voor het opleidingsonderdeel wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT1-3 met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Basishand. en begrippen microbiologie |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Niet-specifiek afweersysteem
Micro-organismen
Veiligheid in een microbiologisch labo
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10043 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
37 |
Totaal studietijd: |
78 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Crols Marina Pittois Karen Santens Roald Theunen Marjorie Van de Velde Brigitte
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie afzonderlijke opleidingscomponenten (deelfiches)
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
zie afzonderlijke opleidingscomponenten (deelfiches)
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Veiligheid in een microbiologisch labo |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Basishand. en begrippen microbiologie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10044 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
23 |
Totaal aantal contacturen: |
11 |
Totaal studietijd: |
17,94 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Crols Marina Santens Roald Theunen Marjorie Van de Velde Brigitte
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Hoe gedraag je je veilig in een microbiologisch labo ? Je leert welke gevaren er schuilen in het werken met micro-organismen en hoe ze op te vangen. Besmetting en contaminatie loeren altijd om de hoek.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL115 Verwittigt bij afwezigheden
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL231 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in
- BL255 Schat veiligheidsrisico's correct in, zoekt de relevante info op en past deze zinvol toe
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL361 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Gedraagt zich verantwoordelijk en veilig in een microbiologisch labo.
- Weet dat er verschillende soorten micro-organismen bestaan met zowel positieve als negatieve aspecten
- Kent de verschillende samenlevingsvormen tussen (micro-)organismen
- Kent de verschillende overdrachtswijzen van micro-organismen
- Kent verschillende sterilisatie - en desinfectie technieken en hun toepassingsgebieden
- Past de principes van handhygiëne toe
- Past de principes van afvalverwerking in het microbiologisch labo toe
- Schat de gevaren correct in die bestaan bij het werken in een microbiologisch labo
- Neemt voorzorgsmaatregelen om het risico op een besmetting en contaminatie te beperken
|
|
LEERINHOUDEN
|
- In een microbiologisch laboratorium wordt gewerkt met levende micro-organismen wat potentiële gevaren met zich meebrengt. Welke gevaren bestaan er?
- Uiteraard kan men het risico op besmetting sterk beperken door het nemen van de gepaste voorzorgsmaatregelen. Welke voorzorgsmaatregelen kunnen genomen worden?
|
STUDIEMATERIAAL
|
Cursustekst Basishandelingen & begrippen uit de microbiologie (2008), Partoens, P., Winnen, P., Santens, R.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
28,57
|
practicum en oefeningen:
|
4
|
lesuren
|
19,05
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
10
|
klokuren
|
47,62
|
Verdere toelichting:
3 hoorcolleges, 1 practicum
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- Schriftelijk examen INT1-4
- Evaluatie van de praktijksessies zit vervat in INT1-4.
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief.
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
De toets wordt hernomen, de punten van de permanente evaluatie worden overgedragen..
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Micro-organismen |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Basishand. en begrippen microbiologie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10045 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
47 |
Totaal aantal contacturen: |
18 |
Totaal studietijd: |
36,66 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Crols Marina Santens Roald Theunen Marjorie Van de Velde Brigitte
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Micro-organismen zijn overal rondom ons. Je leert wat micro-organismen zijn en hoe ze zijn opgebouwd. Ze kunnen zowel nuttig als schadelijk voor ons zijn. Je leert hoe micro-organismen worden gekweekt en geïdentificeerd met behulp van o.a. Gram-kleuring.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL115 Verwittigt bij afwezigheden
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL255 Schat veiligheidsrisico's correct in, zoekt de relevante info op en past deze zinvol toe
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Onderscheidt micro-organismen op basis van hun algemene voorkomen, hun vermeerdering en hun samenlevingsvorm
- Weet hoe micro-organismen worden gekweekt en welke voedingsstoffen zij nodig hebben
- Kent het nut en de schadelijke invloed van micro-organismen
- Ent voedingsbodems correct
- Spoort micro-organismen op in de omgeving en de lichaamsflora
- Onderscheidt bacteriën aan de hand van een Gramkleuring
|
|
LEERINHOUDEN
|
- Microbiologie is de wetenschap die micro-organismen bestudeert. Ze kunnen alleen bekeken worden met de microscoop en vormen een grote, diverse groep van organismen die bestaan als één enkele cel of als een groep van cellen.
- De bouw en vermeerdering van verschillende micro-organismen (bacteriën, protozoa, gisten, schimmels en virussen) komen aan bod evenals de factoren (temperatuur, pH, ontsmetting,…) die de groei beïnvloeden of afremmen.
- Micro-organismen spelen een belangrijke rol in het dagelijkse leven en hun invloed kan zowel negatief als positief zijn
|
STUDIEMATERIAAL
|
Cursustekst Basishandelingen & begrippen uit de microbiologie (2008), Partoens, P., Winnen, P., Santens, R.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
8
|
lesuren
|
19,05
|
practicum en oefeningen:
|
8
|
lesuren
|
19,05
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
24
|
klokuren
|
57,14
|
Verdere toelichting:
- 3 Hoorcolleges
- 1 Werkcollege Microscopie
- 2 Practica, werken met micro-organismen
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- Schriftelijk examen INT1-4
- Evaluatie van de praktijksessies zit vervat in INT1-4.
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief.
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
De toets wordt hernomen, de punten van de permanente evaluatie worden overgedragen.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Niet-specifiek afweersysteem |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Basishand. en begrippen microbiologie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10254 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
30 |
Totaal aantal contacturen: |
8 |
Totaal studietijd: |
23,4 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Pittois Karen
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De mens leeft in een vijandige, risicorijke wereld. Alles en iedereen is besmet, maar daarom niet geïnfecteerd. Hier tegenover staat een verweer, dat zich situeert op twee niveaus: aangeboren (niet-specifiek) en specifiek (verworven).
In dit deel komt de niet-specifieke vleugel van de natuurlijke bescherming aan bod. In confrontatie met de micro-organismen zijn er drie fronten actief: een fysisch - mechanisch, een chemisch en een biologisch systeem. Ze zijn evenwel sterk met elkaar verweven
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
·
heeft inzicht in grote verscheidenheid aan risicorijke micro-organismen (bacteriën, gisten, schimmels, virussen en parasieten)
·
omschrijft de aangebrachte begrippen uit de immunologie: o.a. pathogeen, virulentie, besmetting, infectie, ontsteking, ontsmetting en sterilisatie
·
noemt de verschillende fronten van het niet-specifiek verweer op en beschrijft hun werking beschrijven
·
benoemt de cellen van het niet-specifiek verweer en beschrijft hun werking
·
noemt de eiwitten van het niet-specifiek verweer op en beschrijft hun werking
·
beschrijft de soorten antiseptica en desinfectantia met hun mechanisme van inwerken
·
benoemt en beschrijft de vierledigheid van immuniteit
·
omschrijft de relatie tussen onze voeding en het verweer
·
is bewust van de betrokkenheid van het verweer bij transplantatie, transfusie, kanker
·
benoemt de verschillende soorten vaccins
·
heeft zicht op het gebruik van het immuunsysteem bij vaccinatie en immuundiagnostiek
·
situeert de fronten van het aangeboren verweer
·
schat het mechanisme van de remming en risico op besmetting in
·
situeert de eerste afweerlinie in het totaal beeld van verweer tegen vreemde organismen
·
benoemt en verklaart de kenmerken van een ontsteking
·
benoemt de verschillen tussen specifiek en niet-specifiek verweer
|
|
LEERINHOUDEN
|
- De vijandige microbiële wereld
- De vormen van verweer
- Het niet-specifiek verweer met de humorale en cellulaire vleugel
- De fysische, chemische en biologische barrières
- Het verweer en voedsel
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Cursus 'Niet Specifiek Verweer', Auteur: Karen Pittois.
- Powerpoint presentaties op e-campus (Auteur: Karen Pittois)
- Niet verplichte boeken
- Immunology for medical students. Nairns and Helbert. Mosby 07234 3190 6 (bib) met zelftoets op www.roitt.com
Sesam Atlas van de Immunologie. Burmester, Sesam Uitg., 9055744735 (zeer didactisch, in het Nederlands, gekleurde figuren)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
8
|
lesuren
|
33,33
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
16
|
klokuren
|
66,67
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT 1-4
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 1-4
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Project: aseptisch werken |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10172 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
uitdiepend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
39 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Caethoven Goele Santens Roald
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Na dit project ken je alle mogelijke contaminaties bij het uitvoeren van microbiologische experimenten. Je schat de risico’s op contaminatie bij een handeling correct in. Je kent de effectiviteit van verschillende steriele methodes.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL109 Vindt een evenwicht tussen aandacht voor wensen van anderen en vasthoudendheid aan eigen ideeën
- BL110 Staat open voor alternatieve methoden en werkwijzen
- BL115 Verwittigt bij afwezigheden
- BL116 Respecteert deadlines/afspraken
- BL118 Deelt spontaan informatie/gegevens met anderen
- BL119 Sluit compromissen om gemeenschappelijke belangen te realiseren
- BL120 Houdt rekening met inbreng van collega's
- BL121 Neemt taken op zich die heel de groep tot nut zijn
- BL122 Communiceert beleefd en respectvol met collega's/begeleleiders/leidinggevenden
- BL123 Respecteert de eigenheid van anderen
- BL124 Zorgt voor een goede atmosfeer
- BL125 Geeft een eigen mening zonder te kwetsen
- BL126 Neemt duidelijke standpunten in ook al worden ze niet gedeeld door de groep
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL227 Benoemt de kern van het probleem
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL230 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het anlyseren van een probleem
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL236 Splitst een grotere opdracht zelfstandig in stapsgewijze deeltaken
- BL240 Houdt rekening met afgesproken tijdslimieten
- BL241 Bereidt taken systematisch voor
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
- BL251 Mondeling: drukt zich vlot en verstaanbaar uit
- BL253 Maakt gebruik van ondersteunende audiovisuele middelen
- BL255 Schat veiligheidsrisico's correct in, zoekt de relevante info op en past deze zinvol toe
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL361 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen
- BL362 Beschikt over goede algemene laboratorium- en technologische vaardigheden
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Tijdens de uitvoering van dit project werkt de student aan volgende competenties
- ontwikkelt denk- en redeneervaardigheid
- verwerft en verwerkt informatie
- reflecteert kritisch en werkt projectmatig
- voert eenvoudige leidinggevende takenuit
- ontwikkelt creativiteit
- communiceert informatie, ideeën, problemen en oplossingen
- werkt in team
- Werkt steriel in een microbiologisch laboratorium.
- Voert microbiologische basistechnieken uit
- Schat risico’s op contaminatie correct in
- Stelt eenvoudige experimenten op en voert ze uit.
- Interpreteert en rapporteert eenvoudige experimentele data.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Microbiologische basisbegrippen en handelingen
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
Een laborant voert een microbiologisch experiment uit : hij vertrekt van een vloeibare mengcultuur en wil van twee species een reincultuur maken. Zich bewust van alle mogelijke contaminaties voert hij het experiment zorgvuldig uit met betrekking tot aseptisch werken. Stel je in de plaats van de laborant en bepaal alle kritische stappen en handelingen in dit experiment met betrekking tot aseptisch werken. Door opzoekwerk bepaal je het risico op contaminatie voor elke handeling. Via experimenten ga je de effectiviteit van verschillende aseptische technieken na. De resultaten van het project worden verwerkt tot een tekst en een presentatie die op het einde van het project wordt voorgesteld.
|
STUDIEMATERIAAL
|
Cursustekst Basishandelingen & begrippen uit de microbiologie (2008), Partoens, P., Winnen, P., Santens, R.
Zelfstudiecursus microbiologie http://dwp.fcroc.nl/microbiologie/ http://w3.whosea.org/microbio/ch3f.htm Handleidingen van de fabrikant/leverancier
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
1
|
lesuren
|
01,25
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
36
|
lesuren
|
45,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
41
|
klokuren
|
51,25
|
Verdere toelichting:
Zelfstandig werk in groepjes van ca. 8 studenten.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- evaluatie van het 'groepsproces' door de tutor(25% van de punten)
- evaluatie van het 'groepsproduct' door de VUP's(25% van de punten)
- ervalutatie van de individuele bijdrage door middel van peer-assessment (25% van de punten)
- evaluatie van de tijdens de projectweken veworven cognitieve vaardigheden: projecttoets (25% van de punten)
-
- het eindcijfer kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de praktijksessies, vergaderingen, inleidingsles en projectvoorstelling - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties - Minimum voorwaarden om te slagen: - Geslaagd zijn op minstens 3 van de 4 beoordelingsaspecten - Op elk beoordelingsniveau een score > 7/20 In geval van afwezigheid tijdens de projectweken contacteert de student de opleidingscoördinator en kan de stuurgroep beslissen tot het uitvoeren van een vervangopdracht in de 2de zittijd .
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Enkel de projecttoets kan in tweede zittijd hernomen worden.
In geval van afwezigheid tijdens de projectweken contacteert de student de opleidingscoördinator en kan de stuurgroep beslissen tot het uitvoeren van een vervangopdracht in de 2de zittijd
.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Bio-organische chemie |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
00152 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
29 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 1 |
Examencontract: |
mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Gutschoven Inge
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Eiwitten zijn biopolymeren die essentieel zijn voor elke levende cel. Chemische processen in het lichaam worden voor een belangrijk deel geregeld door deze eiwitten. De eigenschappen van deze eiwitten zijn niet los te koppelen van hun chemische samenstelling en de daarbij horende chemische reacties. Het is dus noodzakelijk om kennis te hebben over de onderliggende ‘bio’-organische chemie. Het reactiepatroon van een organische verbinding is onder te brengen in een aantal algemeen geldende basisprincipes. Wanneer er eenmaal voldoende kennis van deze basisprincipes is verworven kunnen deze gebruikt worden om biochemische reacties te bekijken
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Na deze lessenreeks kent de student de belangrijke factoren die de eigenschappen van organische moleculen bepalen: isomerie, inductief en mesomeer effect, aromaticiteit
- De student kent de belangrijkste soorten organische reacties.
- Door oplossen van opdrachten werkt de student aan de ontwikkeling van volgende competenties:
- ontwikkeling van denk- en redeneervaardigheid
- beheer van leerproces: in staat zijn relevante (informatie)-bronnen te verzamelen en te verwerken, begrijpend lezen, kernzaken onderkennen en relevante conclusies trekken
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
gevolgd hebben van het opleidingsonderdeel "Chemie" uit periode 1
|
Andere begincompetenties
|
geen
|
LEERINHOUDEN
|
- Belangrijke factoren die eigenschappen van organische moleculen bepalen:
- isomerie (structuur-, plaats-, geometrische en optische isomeren)
- naamvorming geometrische en optische isomeren (cis/trans, R/S)
- polariteit van een organische binding
- elektronenaffiniteit
- aromaticiteit
- inductief/mesomeer effect
- De organische reacties van de verschillende functionele groepen van oa eiwitten
- begrijpen van een reactie: reactiecoordinaat, energieverloop, gerichtheid van botsingen
- actoren die de organische reactie bepalen
- de reacties van de verschillende functionele groepen met oa SN1/SN2/additie/oxidatie en reductie/hydrolyse/isomerisatie/keto-enol evenwichten
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Noodzakelijk studiemateriaal:
- cursus I. Gutschoven ‘Bio-organische chemie’
E-campus voor presentaties, extra oefeningen, externe links, mindmaps, opdrachten
- Aanbevolen studiemateriaal:
- 'Inleiding in de bio-organische chemie’, Engbersen, J.F.J, De Groot, AE., Wageningen pers, 1995, ISBN-10 90-74134-21-1
- 'Organic Chemistry', Mc Murry, J., Brooks/Cole-Thomson Learning, 2004, ISBN 0-534-42005-2
- ‘Sesam Atlas van de biochemie’, Koolman, J., Röhm, K.-H., SESAM, 2004, ISBN 90-5574-443-
Materiaal aanwezig in de bibliotheek
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
26
|
lesuren
|
30,59
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
56
|
klokuren
|
65,88
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- INT2-1:
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen gesteld worden. De student bewijst dat hij voldoende kennis heeft van de belangrijke factoren die de eigenschappen van organische (bio)-moleculen en hun chemische reactie bepalen en bewijst dat hij in staat is om relevante chemische informatie te verwerken
- Multiple-choice vragen worden gequoteerd met puntenaftrek
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- INT2-1:
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen gesteld worden. De student bewijst dat hij voldoende kennis heeft van de belangrijke factoren die de eigenschappen van organische (bio)-moleculen en hun chemische reactie bepalen en bewijst dat hij in staat is om relevante chemische informatie te verwerken
- Multiple-choice vragen worden gequoteerd met puntenaftrek
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
-
Afwezigheden:
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Instrumentale analyse I |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Eiwitscheiding op basis lading-grootte
Eiwitdosering
Analysemethoden
Eiwitscheiding op basis grootte-eigensch
Elektriciteit en licht
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10352 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
8 |
Wegingscoëfficient: |
8 |
Totaal aantal contacturen: |
130 |
Totaal studietijd: |
208 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Caethoven Goele Crols Marina Meyers Caroline Reyniers Kathy Santens Roald Theunen Marjorie Van Cleemput Marjan Van den Bossche Ingrid Van Eyken Els
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
alle info leerdoelen en doelstellingen en competenties:
zie deelfiches van de opleidingscomponenten
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
zie deelfiches van de opleidingscomponenten
|
Andere begincompetenties
|
zie deelfiches van de opleidingscomponenten
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Analysemethoden |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Instrumentale analyse I |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10353 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
36 |
Totaal aantal contacturen: |
36 |
Totaal studietijd: |
74,88 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Meyers Caroline Reyniers Kathy Theunen Marjorie Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In de lessenreeks komt enkel de absorptie van licht ter sprake:colorimetrie, spectrofotometrie,turbidimetrie en AAS. Daarnaast wordt de student geïntroduceerd in de kwantitatieve colorimetrische analyse.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL103 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL245 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- bezit basiskennis ivm de fysische eigenschappen van elektromagnetische straling .
- leest een blokschema van een spectrofotometer .
- benoemt de verschillende onderdelen van een spectrofotometer en weet de voornaamste eigenschappen op te sommen.
- legt bij alle technieken het verband tussen de gemeten parameter en het te onderzoeken staal zien.
- benoemt de verschillen tussen de aangeboden technieken, qua opstelling en toepassingsgebied.
- leert de mogelijkheden en de beperkingen van elke techniek .
- gebruikt de kleurencirkel en een extinctiecurve, en haalt er de nodige info uit.
- maakt een gewone verdunningsreeks .
- past de ijklijnmethode toe en voert berekeningen uit mbv de wet van LB·
|
|
LEERINHOUDEN
|
- De groep (spectro)fotometrische methoden kan men verdelen in twee groepen namelijk de absorptiespectrometrie, waarbij het licht door het monster geabsorbeerd wordt en de emissiespectrometrie, waarbij het monster zelf licht uitzendt.In deze opdracht wordt enkel de absorptie van licht bestudeerd.
- Bij colorimetrische analyses gaan we de kleur gebruiken om kwalitatieve en kwantitatieve informatie te bekomen: ijklijnmethode en routinemethode .
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus 'Analysemethoden'T en P van Reyniers Kathy
- Experimentele vaardigheden I -Reyniers K. ; ISBN 978 90 382 1611 9
- ppt's op e-campus
- Bb platform 1BL voor opdrachten
- zelfstudiepakket spectro op intranet
- (niet verplicht) Handboek: Klinisch-chemisch laboratorium onderzoek van Dr. H.J.H. Kreutzer
- bib: naslagwerken ivm instrumentele chemie
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
22
|
lesuren
|
26,19
|
practicum en oefeningen:
|
10
|
lesuren
|
11,90
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
48
|
klokuren
|
57,14
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- a: de prestaties geleverd tijdens de praktijkuren en dit op basis van houding , werk en inzicht (/ 10 ) en verslagen ( / 10)
- b:INT2-2: schriftelijk examen met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen; zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als open vragen en casusvragen ( / 40 )
- De punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld en worden herleid naar / 20
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt ( in consensus ) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten. - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT2-2: schriftelijk examen met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen; zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als open vragen en casusvragen
- Enkel b kan hernomen worden : INT2-2 schriftelijk examen / 40
- De verworven punten van a 1° examenperiode blijven behouden (/20)
- De punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld en herleid naar / 20
- Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt ( in consensus ) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten.
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Eiwitdosering |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Instrumentale analyse I |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10255 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
6 |
Totaal aantal contacturen: |
13 |
Totaal studietijd: |
12,48 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Caethoven Goele Crols Marina Santens Roald Van Cleemput Marjan Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De cursus “Eiwitdosering” leert de student de concentratie aan eiwitten te bepalen. Voorlopig blijft de dosering louter kleurtechnisch. De student leert via twee kleurmethoden het totaal eiwitgehalte in een onbekende oplossing runderserumalbumine te evalueren en via een vergelijk leert hij de gevoeligheid van beide bepalingswijzen in te schatten.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Voorlopig blijft de dosering louter kleurtechnisch. De student :
- Beschrijft het principe van de beide kleurmethodes
- verklaart extinctiecurve van de kleurmethodes en legt het belang uit van de golflengte waarbij men meet
- voert concentratieberekeningen correct uit
- past de standaardijklijnmethode toe om concentraties te berekenen
- is in staat om via twee kleurmethoden, het totaal eiwitgehalte in een onbekende oplossing runderserumalbumine te berekenen.
- kent het verschil tussen beide methoden naargelang gevoeligheid, specificiteit, mogelijkheid op fouten, werkwijze, enz.
|
|
LEERINHOUDEN
|
-
Eiwitten hebben tal van functies in het menselijk lichaam.Het is daarom noodzakelijk de concentratie aan deze stoffen in lichaamsvloeistoffen te bepalen.Soms is het totaal eiwitgehalte normaal, maar zijn er toch afwijkingen. Men moet dan de totale eiwitvracht kunnen ontrafelen in de verschillende fracties.( Dit wordt bekeken in een volgende leereenheid).
-
Om werkelijk de hand te leggen op de onderliggende oorzaak van een ziektebeeld is de bepaling van specifieke eiwitten noodzakelijk. Men hengelt naar één individueel eiwit en zijn concentratie.
|
STUDIEMATERIAAL
|
* Cursus "Eiwitdosering" - Plantijnhogeschool - G. Caethoven
* E-campus voor presentaties/oefeningen/enz.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
2
|
lesuren
|
12,12
|
practicum en oefeningen:
|
6
|
lesuren
|
36,36
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
8
|
klokuren
|
48,48
|
Verdere toelichting:
- 1 hoorcollege van 2 uur
- 1 praktijksessie van 6 uur
- Praktijksessies:
Afwezigheden: Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- INT 2-2
- evaluatie van de praktijksessies: aanwezigheid- grondige voorbereiding van het labin de laboschrift - houding en werk - verslagen
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 2-2
de evaluatie van de praktijksessies blijft behouden van de eerste examenperiode.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Eiwitscheiding op basis lading-grootte |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Instrumentale analyse I |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10053 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
12 |
Totaal aantal contacturen: |
23 |
Totaal studietijd: |
24,96 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Caethoven Goele Crols Marina Reyniers Kathy Santens Roald Theunen Marjorie Van Cleemput Marjan Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Elektroforese is een scheidingstechniek gebaseerd op de verplaatsing van geladen 'deeltjes' in een elektrisch veld. Bij een 'simpele' scheiding is de snelheid van de beweging afhankelijk van de lading, vorm en grootte van de bewegende deeltjes, de aangebrachte spanning en de temperatuur. De deeltjes die door een simpele elektroforese gescheiden kunnen worden, zijn in hoofdzaak grote moleculen, waaronder ook de eiwitten vallen. Het is een veel gebruikte techniek, meestal gebruikt om complexe mengsel te analyseren naar samenstelling, hoeveelheid (relatieve kwantificatie) en zuiverheid. Bovendien kunnen op deze manier de eiwitmoleculen geïsoleerd worden. Verschillende elektroforesetechnieken hebben een niet meer weg te denken plaats ingenomen als scheidingsmethode in de medisch-biologische laboratoria.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student:
- benoemt de principes en achtergronden van de eiwitelektroforese.
- geeft de basisonderdelen voor een elektroforeseopstelling en licht ze toe
- kent de elektrische parameters die van kracht zijn bij elektroforese
- heeft inzicht op de invloed van de buffer, pH, temperatuur en de gekozen matrix op een eiwitelektroforesesysteem en kan deze omschrijven
- kent enkele kleuringstechnieken om het staal zichtbaar (en eventueel ook kwantifiëerbaar) te maken voor analyse, en omschrijft het principe van de techniek
- licht een elektroforesepatroon, zoals gezien in de praktijkoefeningen, toe
- kent de betekenis van eiwit elektroforese als scheidingsmethode voor de diagnostiek.
- omschrijft de experimentele aspecten van verschillende elektroforesemethoden en de praktische uitvoering ervan op wetenschappelijke manier
|
|
LEERINHOUDEN
|
De cursus “Eiwitscheiding op basis van lading en grootte” behandelt een techniek die heel specifiek met eiwitten te maken heeft: basiskennis van eiwitelektroforese. De student verwerft een inzicht in de principes en achtergronden van de eiwitelektroforese, de basisonderdelen voor een opstelling, de parameters (elektrisch, chemisch) en het elektroforesepatroon. Hij leert eveneens de betekenis van eiwitelektroforese als scheidingsmethode voor de diagnostiek en raakt vertrouwd met de experimentele aspecten van verschillende elektroforesemethoden en de praktische uitvoering ervan.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Theoriecursus "Eiwitscheiding op basis van lading en grootte" - Plantijnhogeschool - Caethoven Goele
- Labocursus "Eiwitscheiding op basis van lading en grootte" - Plantijnhogeschool - Caethoven Goele
- e-campus voor presentaties, oefeningen, enz.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
21,05
|
practicum en oefeningen:
|
12
|
lesuren
|
42,11
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
10
|
klokuren
|
35,09
|
Verdere toelichting:
- 1 hoorcollege van 4 uur
- 1 werkcollege van 2 uur
- 2 praktijksessies van 4 uur
- Praktijksessies:
Afwezigheden: Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- INT2-2
- evaluatie van de praktijksessies: aanwezigheid - juiste voorbereiding in het laboschrift - houding en werk - verslagen
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 2-2 de evaluatie van de praktijksessies blijft behouden van de eerste examenperiode. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Eiwitscheiding op basis grootte-eigensch |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Instrumentale analyse I |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10054 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
23 |
Totaal aantal contacturen: |
29 |
Totaal studietijd: |
47,84 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Caethoven Goele Crols Marina Reyniers Kathy Santens Roald Theunen Marjorie Van Cleemput Marjan Van de Velde Brigitte Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De cursus “Eiwitscheiding op basis van grootte en eigenschappen” behandelt verschillende chromatografische technieken die heel specifiek met eiwitten te maken hebben. De basis en principes van een goede chromatografische scheiding en de mogelijkheden en beperkingen van de chromatografische technieken worden theoretisch besproken. De student leert de opstelling, de voornaamste eigenschappen en het interpreteren en verwerken van de resultaten van een gaschromatogram (GC), dunne laag chromatogram (DLC) en tweedimensionale dunne laag chromatogram (2DLC) en krijgt praktische ervaring via een DLC en 2DLC-toepassing.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student:
- beschrijft de principes en achtergronden van de chromatografie
- deelt de chromatografische methoden in volgens aard van de mobiele fase/aard van de interactie
- benoemt de eigenschappen en voordelen van een chromatografische scheiding
- beschrijft het principe van kolom vloeistofchromatografie en beschrijft de functie/het belang van de stationaire fase/de mobiele fase en de elutietechnieken
- kent het principe en de werkwijze van DLC en 2DLC en kan een éénvoudige scheiding uitvoeren
- weet wat de verschillende factoren zijn die bijdragen tot een goede scheiding/resolutie in DLC en 2DLC en licht deze toe.
- identificeert de eiwitten in een onbekend mengsel adhv het 2DLC patroon
- somt de toepassingen en voordelen op van DLC
- omschrijft het principe en het verloop van GC
- benoemt de onderdelen van de gaschromatograaf en omschrijft hun functie en bijdrage tot een goede scheiding/resolutie
- herkent de opstelling van een GC en HPLC toestel en kan de onderdelen benoemen
- omschrijft de gelijkenissen en verschillen van de GC en HPLC methode
- legt de karakteristieken van een chromatografische bepaling uit
- licht de Van Deemter vergelijking toe
- herkent een foutieve piekvorm of slechte resolutie in een chromatogram en kan hiervoor een mogelijke oorzaak geven.
- Omschrijft de begrippen; resolutie, scheiding correct en weet welke factoren bijdragen tot een goede resolutie en goede scheiding.
- legt de berekeningsmethoden: 100% methode en externe standaardmethode uit
- somt de voor en/of nadelen van beide methoden tov elkaar op
- interpreteert en verwerkt de resultaten van een gegeven gaschromatogram, dunne laag chromatogram en 2 dimensionale dunne laag chromatogram
|
|
LEERINHOUDEN
|
De student maakt kennis met de scheidings-en analysetechniek; chromatografie. Chromatografie is als scheidingsmethode belangrijk om allerlei storende stoffen te verwijderen en zo de kwaliteit van de analyse te verbeteren. Deze techniek kan gebruikt worden voor de isolatie, identificatie en ook relatieve kwantificatie van eiwitten en andere biologische stoffen. Evenwel kan men voor een gelijktijdige bepaling van meer dan één stof in een complex mengsel terugvallen op de chromatografie. Dit jaar wordt in theorie de basis en prinicipes van een goede chromatografische scheiding besproken. Er wordt een duidelijke indeling in chromatografische methoden geschetst. In het praktijk gedeelte wordt DLC en 2DLC uitgelegd, uitgevoerd en geïnterpreteerd.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Experimentele vaardigheden I - Reyniers K. ISBN 978 90 382 1611 9
- Eiwitscheiding op basis van grootte en eigenschappen T en P - Reyniers K.; Plantijnhogeschool
- e-campus voor presentaties en externe links
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
16
|
lesuren
|
29,36
|
practicum en oefeningen:
|
8
|
lesuren
|
14,68
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
30
|
klokuren
|
55,05
|
Verdere toelichting:
2 hoorcolleges van 4 uur en 1 hoorcollege van 2 uur
- 1 werkcollege van 4 uur en 1 werkcollege van 2 uur
- 2 praktijksessies van 4 uur
- Praktijksessies:
Afwezigheden: Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
a: INT2-2 schriftelijk examen met kennis-,inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als open vragen en casusvragen /20
b: de prestaties geleverd tijdens de praktijkuren en dit op basis van houding , werk, inzicht, testjes( /5 ); verslagen (/5)
De punten verworven op de verschillende onderdelen (a en b) worden samengeteld en worden herleid naar 20 punten
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten. - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- Enkel onderdeel a kan hernomen worden : INT2-2 schriftelijk examen /20
- De verworven punten van onderdeel b (praktijk) 1° examenperiode blijven behouden /10
- De punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld en herleid naar 20
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten.
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Elektriciteit en licht |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Instrumentale analyse I |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10055 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
23 |
Totaal aantal contacturen: |
29 |
Totaal studietijd: |
47,84 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van den Bossche Ingrid
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In het dagelijks leven is iedereen min of meer bekend met de gevaren bij het gebruik van elektrische stroom. Ook in het laboratorium kunnen, bij onoordeelkundig gebruik van elektrische apparaten, ongelukken plaatsvinden. Welke voorzorgsmaatregelen zijn er nodig bij gebruik van elektrische apparatuur? Daar toestellen voor bio-medische metingen o.a. gebruik maken van conductometrie, potentiometrie en amperometrie moet de student ook kennis hebben van deze schakelingen en bijgevolg van de voornaamste elektrische begrippen .
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- weet op welke wijze brand kan ontstaan in een elektrische installatie
- weet onder welke omstandigheden statische oplading optreedt, wat de gevolgen ervan kunnen zijn, en hoe deze eventueel te voorkomen zijn
- kent het principe en de onderdelen van een eenvoudige opstelling van conductometrie en kan een meting uitvoeren
- kent het principe en de onderdelen van een eenvoudige opstelling van potentiometie is en kan een meting uitvoeren
- kent het principe en de onderdelen van een eenvoudige opstelling van amperometrie en kan een meting uitvoeren
- weet wat de gevolgen op het menselijk lichaam kunnen zijn bij aanraking van een stroomdraad, van een toestel onder spanning…
- neemt de nodige voorzorgsmaatregelen bij gebruik van elektrische apparatuur
- kent de functie van een zekering
- kent de stroom- en spanningsverdeling bij serie- en parallelschakeling
- kent het basisprincipe van elektroforese
- gebruikt een multimeter correct (d.w.z. spanning en stroom meten)
- vervangt een zekering
- repareert een stekker
- maakt eenvoudige vraagstukjes op de wet van ohm
- past de wet van Faraday toe
- leest een toestel af dat beschikt over een nonius
- doet metingen met een refractometer en een polarimeter
|
|
LEERINHOUDEN
|
- elektrische krachtwerking, elektrische potentiaal, spanning, geleiders en isolatoren, stroomsterkte
- wet van Ohm, eenvoudige stroomkring, serie- en parallelschakeling, spanningsbron, meten van spanning en stroom in een kring, inwendige weerstand van een spanningsbron, elektrisch vermogen, zekeringen, de gevolgen van elektrische spanningen op het menselijk lichaam
- elektrische dipool, materie in een elektrisch veld (geleider, isolator,soorten isolatoren), principe van elektroforese
- waaruit bestaat een eenvoudige stroomkring?
hoe wordt elektrische spanning gemeten? hoe wordt elektrische stroom gemeten? hoe kunnen we brand vermijden bij toestellen waarin een kortsluiting plaatsgrijpt? (functie van een zekering)
- geleidbaarheid van oplossingen, conductometrie, elektrolyse, wet van Faraday, amperometrie
- galvanisch element, potentiometrie
- meten van geleidbaarheid van NaCl- oplossingen met een verschillende concentratie
- meten van concentraties van suikeroplossingen met refractometer en polarimeter
|
STUDIEMATERIAAL
|
- nota's 'Elektriciteit en licht'-Ingrid Van den Bossche-Plantijn Hogeschool
- lespresentatie, extra oefeningen en interessante weblinks in edumap op e-campus
- elektrticiteitset Phywe + handleiding labo-oefeningen
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
12
|
lesuren
|
22,64
|
practicum en oefeningen:
|
16
|
lesuren
|
30,19
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
24
|
klokuren
|
45,28
|
Verdere toelichting:
6 uur hoorcollege met eenvoudige oefeningen en 16 uur lab. De student bereidt de labsessies voor door de nodige documenten (EDU-map) op voorhand door te nemen.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- INT 2-2 met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen
- ongewettigde afwezigheid tijdens de labsessies kan leiden tot het niet behalen van de credit
Berekening van het ‘cijfer' voor het opleidingsonderdeel Instrumentele analyse 1 Dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten Het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- INT2-2 met kennis-, inzichts-, en toepassingsvragen
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Eiwitten |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Een anatomisch overzicht
Eiwitten
Hormonen
Het endocrien stelsel
Enzymen
Het spijsverteringsstelsel
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10056 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
62 |
Totaal studietijd: |
78 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Caethoven Goele Crols Marina Partoens Peter Santens Roald Theunen Marjorie Van Cleemput Marjan Van Eyken Els Van Leeuwen Esther
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie deelfiches van de opleidingscomponenten
Berekening van het ‘cijfer' voor het opleidingsonderdeel Eiwitten
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
zie deelfiches van de opleidingscomponenten
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Een anatomisch overzicht |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Eiwitten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10057 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
9 |
Totaal aantal contacturen: |
9 |
Totaal studietijd: |
7,02 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van Cleemput Marjan Van Leeuwen Esther
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Cellen specialiseren zich voor hun verschillende functies en een groep van cellen met een gelijke vorm en functie noemt men een weefsel. Deze weefsels komen niet als afzonderlijke eenheden voor, maar zijn in verschillende verhoudingen met elkaar vermengd tot grotere functionele eenheden, namelijk de organen, die op hun beurt onderdelen zijn van orgaanstelsels. Het menselijk lichaam is een organisme dat bestaat uit samenwerkende orgaanstelsels. In dit anatomisch overzicht wordt de ligging van de verschillende organen belicht en de kenmerken en functie van de verschillende weefsels bekeken.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Heeft inzicht in de indeling van de verschillende weefsels en orgaanstelsels.
- Beschikt over de vereiste kennis van de kenmerken van de verschillende stelsels.
|
|
LEERINHOUDEN
|
- Cellen specialiseren zich voor hun verschillende functies en een groep van cellen met een gelijke vorm en functie vormen een weefsel.
- Deze weefsels komen niet als afzonderlijke eenheden voor, maar zijn in verschillende verhoudingen met elkaar vermengd tot grotere functionele eenheden, namelijk de organen.
- Organen zijn op hun beurt onderdelen van orgaanstelsels.
- Het menselijk lichaam is een organisme dat bestaat uit samenwerkende orgaanstelsels.
- In dit anatomisch overzicht wordt de ligging van de verschillende organen belicht en de kenmerken en functie van de verschillende weefsels bekeken.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Theoriecursus: Anatomie (Patricia Winnen)
- anatomische modellen
- CD-rom interActive Physiology E. Marrieb bibliotheek 00001 890312
- naslagwerken in de bibliotheek: Essentials of Human Anatomy - auteur: Eliane N.Marieb- ISBN 8053-4040-5 (6e editie)
- Zakwoordenboek der geneeskunde - auteur: Coëlho - ISBN 90-6228-322-5 (meest recente editie)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
4
|
lesuren
|
47,06
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
4
|
klokuren
|
47,06
|
Verdere toelichting:
werkcollege aan de hand van anatomische modellen
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT 2-3: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 2-3: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Het spijsverteringsstelsel |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Eiwitten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10058 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
9 |
Totaal aantal contacturen: |
9 |
Totaal studietijd: |
7,02 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van Cleemput Marjan Van Leeuwen Esther
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Voedsel dient hoofdzakelijk als bouw- en brandstof en bestaat uit grote biomoleculen. De mechanische verkleining van het voedsel, door het te kauwen, is lang niet voldoende. De spijsverteringsorganen, die samen het spijsverteringsstelsel vormen, bewerken het voedsel zodanig dat de grote polymeren tot hun bouwstenen (monomeren) worden afgebroken. Alleen zo kunnen ze opgenomen worden in het lichaam. Deze biochemische vertering is mogelijk door de inwerking van enzymen die op verschillende plaatsen in ons spijsverteringskanaal worden geproduceerd. Enzymen zijn eiwitten die reacties laten verlopen door verlaging van de activeringsenergie zonder daarbij zelf verbruikt te worden.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Kent de ligging, bouw, functie en samenhang van de verschillende spijsverteringsorganen.
- Heeft inzcht in de enzymwerking op de verschillende voedingscomponenten.
|
|
LEERINHOUDEN
|
De verschillende spijsverteringorganen zorgen samen voor het bewerken van het voedsel zodanig dat de grote polymeren tot hun bouwstenen (monomeren) worden afgebroken. De verschillende organen worden anatomisch, morfologisch en fysiologisch besproken. De biochemische vertering is mogelijk door de inwerking van enzymen die op verschillende plaatsen in ons spijsverteringskanaal worden geproduceerd.
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
Theoriecursus: Anatomie (Patricia Winnen)
-
anatomische modellen
-
CD-rom interActive Physiology E. Marrieb bibliotheek 00001 890312
-
naslagwerk in de bibliotheek: Essentials of Human Anatomy - auteur: Eliane N.Marieb- ISBN 8053-4040-5 (6e editie)
-
Zakwoordenboek der geneeskunde - auteur: Coëlho - ISBN 90-6228-322-5 (meest recente editie)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
4
|
lesuren
|
47,06
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
4
|
klokuren
|
47,06
|
Verdere toelichting:
Hoorcollege
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Eerste examenperiode
|
INT 2-3: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
|
|
|
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 2-3: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Het endocrien stelsel |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Eiwitten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10059 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
12 |
Totaal aantal contacturen: |
7 |
Totaal studietijd: |
9,36 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van Cleemput Marjan Van Leeuwen Esther
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Het endocrien stelsel is naast het zenuwstelsel het belangrijkste controlesysteem in het lichaam. Dit gebeurt via stoffen in het bloed: de hormonen. Deze worden in klieren met interne secretie geproduceerd. De endocriene klieren zijn zeer kleine orgaantjes die verspreid liggen in het lichaam. Behalve in klieren wordt een grote groep hormonen in bepaalde weefsels aangemaakt, de weefselhormonen. Hiernaast zijn er ook nog neurotransmitters.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Beschikt over de vereiste kennis van de ligging, bouw, funcite en samenhang van de verschillende endocriene klieren.
- Heeft inzicht in de werking van een hormoon.
- Beschikt over de vereiste kennis om het verband te leggen tussen het endocrien stelsel en de andere stelsels.
|
|
LEERINHOUDEN
|
Het endocrien stelsel bestaat uit een aantal endocriene organen die verspreid liggen in het lichaam. De verschillende endocriene klieren worden anatomisch, morfologisch en fysiologsch besproken. Afwijkingen aan de verschillende endocriene organen leiden tot pathologische processen.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Theoriecursus: Anatomie (Patricia Winnen)
- anatomische modellen
- CD-rom interActive Physiology E. Marrieb bibliotheek 00001 890312
- naslagwerken in de bibliotheek: Essentials of Human Anatomy - auteur: Eliane N.Marieb- ISBN 8053-4040-5 (6e editie)
- Zakwoordenboek der geneeskunde - auteur: Coëlho - ISBN 90-6228-322-5 (meest recente editie)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
54,55
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
4
|
klokuren
|
36,36
|
Verdere toelichting:
Hoor- en werkcollege
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT 2-3: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 2-3: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Eiwitten |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Eiwitten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10060 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
17 |
Totaal aantal contacturen: |
11 |
Totaal studietijd: |
13,26 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Caethoven Goele
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Eiwitten zijn belangrijke spelers in de dynamiek van de levende cel. Het bestuderen van hun bouwstenen, de opbouw en structuur van deze biopolymeren geeft inzicht in de vele mogelijkheden/functies die eiwitten kunnen bezitten. Zowel de ruimtelijke vorm als de chemische samenstelling van eiwitten komen in deze cursus aan bod. De verschillende niveau's in de structuur worden bekeken. Veel aandacht wordt besteed aan de structuur-functie relatie van eiwitten. Inzicht in hun 3 dimensionale karakter is essentiëel voor het begrijpen van de complexiteit van de levende cel en alle biologische processen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student :
- herkent de bouwstenen waaruit eiwitten zijn opgebouwd
- tekent de algemene structuur van een aminozuur correct
- omschrijft de belangrijkste eigenschappen van deze bouwstenen
- kent het verschil tussen ruimtelijke en chemische opbouw van eiwitten
- begrijpt de verschillende niveau's in een eiwitstructuur en geeft de belangrijkste interacties/bindingen die bijdragen tot de opbouw dan een niveau
- kent de hoofdeigenschappen van eiwitten
- omschrijft het verband tussen structuur en functie van eiwitten
- heeft inzicht in de geweldige variatie aan functies van eiwitten.
|
|
LEERINHOUDEN
|
Hoofdstuk 1: Eiwitten
1.1 Inleiding
1.1.1 Functies
1.1.2 Opbouw
1.2 Aminozuren
1.2.1 Eigenschappen van de aminozuren
1.2.2 Synthese van de aminozuren
1.3 Peptidebinding
1.4 Eiwitten
1.4.1 Structuurniveau’s
1.4.1.1 Primaire structuur
1.4.1.2 Secundaire structuur
1.4.1.3 Tertiaire structuur
1.4.1.4 Quaternaire structuur
1.4.2 Denaturatie
1.5 Voorbeelden
1.5.1 Vezelproteïnen
1.5.2 Globulaire proteïnen
1.6 Eigenschappen van de eiwitten
1.6.1 Isoëlectrisch punt
1.6.2 Bufferend vermogen
1.6.3 Oplosbaarheid
1.6.4 Schuimvorming
1.7 Indeling
1.7.1 Chemische opbouw
1.7.1.1 Enkelvoudige proteïnen
1.7.1.2 Geconjugeerde proteïnen of proteïnen
1.7.2 Biologische functies
|
STUDIEMATERIAAL
|
- theoriecursus: Eiwitten, enzymen en hormonen (Peter Partoens-G.Caethoven)
- ppt-presentatie van elke les is beschikbaar via e-campus
- oefeningen en duidelijke afspraken over de praktijksessie: e-campus
-
http://www.ncbi.nih.gov/
- "Proteins: biochemistry and biotechnology" Gary Walsh, John Wiley, 0 471 89907-0 (Bib)
- "Proteins: structure and function" Petsko and Ringe, Blackwell Science, 1 4051-1922-5 (Bib)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
41,38
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
8
|
klokuren
|
55,17
|
Verdere toelichting:
Praktijksessies:
Afwezigheden:
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT 2-3: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT2-3: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Enzymen |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Eiwitten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10061 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
27 |
Totaal aantal contacturen: |
13 |
Totaal studietijd: |
21,06 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Caethoven Goele Crols Marina Partoens Peter Santens Roald Theunen Marjorie Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Enzymen zijn eiwitten met katalytische functie. Dankzij enzymen verlopen fysiologische reacties bij lichaamstemperatuur, die anders in een kookkolf zouden dienen te worden afgewerkt. Deze biokatalytische structuren hebben substraatbindende domeinen, waar ze op elegante wijze een stof omzetten in een product. Dit is dan vaak op zijn beurt substraat voor een volgend enzym. Zo krijgt men enzymcascades en spijsverteringsprocessen. Er zijn tal van reacties, waarbij enzymen optreden en dit zorgt voor de klassificatie van enzymen in groepen. Naast de eiwitkern hebben enzymen nood aan hulpstoffen, zoals coënzymen. Vaak zijn dit vitamines. Zoals vele eiwitten zijn enzymen gevoelig voor verschillende beïnvloedende factoren. Deze worden optimaal bespeeld als men enzymwerking wenst te beïnvloeden.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student:
- benoemt de belangrijkste eigenschappen en karakteristieken van enzymen
- weet waaruit enzymen opgebouwd zijn en legt dit uit
- kent de functies, indeling, gelijkenis en verschillen van de verschillende cofactoren
- licht de verschillende factoren die bijdragen tot de structuur en werking van een enzym toe en
- weet en omschrijft hoe verschillende factoren de enzymwerking beïnvloeden
- benoemt het voorkomen, de isolatie en de bewaring van enzymen
- legt uit wat kwaliteit en activiteitsverlies is
- kent het begrip iso-enzymen en kan het belang van deze enzymen in de diagnostiek toelichten
- geeft de indeling van de enzymen
- is op de hoogte van enkele toepassingen van enzymen
- voert een enzymatische concentratiebepaling van voedingsstoffen correct uit
- berekent adhv zijn resultaten de concentratie van enkele voedingsstoffen
- controleert of zijn berekeningen correct zijn
- verzamelt gegevens en informatie uit een bijsluiter van een enzymatische kit en kan deze correct interpreteren
- licht de verschillende stappen in het pipetteerschema toe, met behulp van de enzymatische reacties gegeven in de bijsluiter
- legt juiste verbanden tussen concentratiebepaling en de gegevens op het etiket van de voedingsstoffen
|
|
LEERINHOUDEN
|
Hoofdstuk 2: Enzymen
2.1. Eigenschappen
2.2. Opbouw
2.3. Cofactoren
2.3.1. Prostetische groep
2.3.2. Coënzymen
2.3.3. Metaalionen
2.4. Structuur en werking
2.4.1. Katalytisch vermogen
2.4.2. Het actief centrum
2.4.3. Specificiteit
2.4.4. Controlemechanismen
2.4.4.1. Controle op de synthese
2.4.4.2. Wijzigingen in de covalente structuur van het enzym
2.4.4.3. Allosterische controle
2.5. Factoren die enzymwerking beïnvloeden
2.5.1. Invloed van de temperatuur
2.5.2. Invloed van de pH
2.5.3. Invloed van de enzymconcentratie
2.5.4. Invloed van de substraatconcentratie
2.5.5. Invloed van inhibitoren
2.5.5.1. Specifieke inhibitoren
2.5.5.2. Niet-specifieke of niet-competitieve inhibitoren
2.6. Voorkomen-isolatie
2.6.1. Voorkomen
2.6.2. Isolatie
2.7. Bewaring
2.8. Kwaliteit-Activiteitsverlies
2.8.1. Kwaliteit
2.8.2. Activiteitsverlies
2.9. Iso-enzymen
2.10. Indeling
2.11. Toepassingen
2.11.1. Klinische diagnostiek
2.11.1.1. Aangeboren afwijkingen
2.11.1.2. Pathologie als gevolg van niet-genetische factoren
2.11.2. Analytische toepassingen
2.11.2.1. Monstervoorbereiding
2.11.2.2. Principe van de meting
2.11.2.3. Voorzorgen bij werken met kits
2.11.3. Industriële toepassingen
2.11.4. Geïmmobiliseerde enzymen
2.11.4.1. Methoden
2.11.4.2. Voor- en nadelen
2.11.4.3. Voorbeelden
2.11.5. Recombinant DNA-technologie
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
theoriecursus: Eiwitten, enzymen en hormonen (Peter Partoens, G.Caethoven)
-
Ppt-presentaties van alle lessen zijn beschikbaar via e-campus
-
Oefeningen en afspraken van/over de praktijksessie : e-campus
-
"Textbook of Biochemistry with Clinical Applications" TM Devlin, Wiley-Liss, 0 471 41136 1 (bib)
-
praktijknota's (Peter Partoen
s-G.Caethoven)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
25,00
|
practicum en oefeningen:
|
6
|
lesuren
|
25,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
11
|
klokuren
|
45,83
|
Verdere toelichting:
Praktijksessies:
Afwezigheden:
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT2-3: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
- De praktische oefening wordt geëvalueerd op basis van volledige en correcte voorbereiding in het labschrift, permanente evaluatie en verslag. Op de INT2-3 komen ook aspecten uit het practicum aan bod.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Enkel de INT2-3 kan herhaald worden. De punten behaald op het practicum in 1ste zit worden meegenomen naar 2de zit.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Hormonen |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Eiwitten |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10256 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
26 |
Totaal aantal contacturen: |
13 |
Totaal studietijd: |
20,28 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Caethoven Goele Crols Marina Partoens Peter Santens Roald Theunen Marjorie Van Cleemput Marjan Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De mens is ingenieus opgebouwd. Ontstaan uit één bevruchte eicel ontwikkelen hieruit weefsels, organen en stelsels met uiteenlopende functies. Om georchestreerd te reageren dient er een uitstekend communicatiesysteem te bestaan tussen de verschillende cellen, weefsels organen en stelsels. Het bestaande signalisatiestelsel is tweeledig: fysisch en biochemisch. Het zenuwstelsel vormt een fysische bedrading, terwijl de hormonen fungeren als biochemische boodschappers. Deze stoffen (vaak eiwitten) worden geproduceerd in klieren en in de bloedbaan afgescheiden. Daar vinden ze hun endocriene weg naar de doelwitcellen, waarop ze binden. De doelcel geeft hierop dan het gewenste antwoord. Om oversignalisatie en -stimulatie te vermijden zijn er controlemechanismen ingebouwd. Eén hiervan is de antagonistische werking tussen twee boodschappereiwitten. Als insuline de suikerconcentratie in het bloed tracht te verlagen, zal adrenaline deze pogen te verhogen. Het resultaat is een balans. Men spreekt over een homeostase. Dit evenwicht is niet alleen werkend bij de hormonen. Later zal men zien dat dit bij tal van andere fysiologische processen speelt, zoals bloedstolling en –lysis.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student:
- benoemt de eigenschappen, gelijkenissen en verschillen van de 3 grote communicatiesystemen in ons lichaam
- omschrijft wat hormonen zijn
- geeft de naam van de twee systemen die de aanmaak/synthese van hormonen controleren
- deelt de hormonen in op basis van hun chemische structuur
- geeft het werkingsmechanisme van hormonen die werkzaam zijn via een second messenger adhv het hormoon glucagon
- omschrijft de belangrijkste eigenschappen, voor-en/of nadelen van de second messenger cAMP
- kent nog enkele andere systemen die weken via een second messenger en benoemt deze
- geeft het algemene schema van het werkingsmechanisme van hormonen die reageren met een cytosolische of nucleaire receptor
- omschrijft van wat anabole steroïden zijn
- is op de hoogte van enkele toepassingen en gevolgen van het gebruik van anabole steroïden
- voert eenvoudige bepalingen uit met het oog op de diagnose en opvolging van Diabetes mellitus
- omschrijft het principe van deze bepalingen en kent de diagnostische en praktische verschillen tussen de verschillende methoden
- interpreteert de verschillende stappen in een bijsluiter correct en legt uit hoe deze kunnen bijdragen tot een juist/fout resultaat
- maakt correcte berekeningen met zijn resultaten
- beoordeelt zijn resultaten correct adhv de gegevens in de bijsluiter en stelt een diagnose
|
|
LEERINHOUDEN
|
Hoofdstuk 3:. Hormonen
3.1. Communicatiesystemen
3.1.1. Endocriene systeem
3.1.2. Paracriene systeem
3.1.3. Autocriene systeem
3.2. Wat zijn hormonen
3.3. Controle synthese
3.4. Indeling op basis van de chemische structuur
3.4.1. Derivaten van aminozuren
3.4.2. Peptiden en proteïnen
3.4.3. Steroïden
3.4.4. Eicosanoïden
3.5. Werkingsmechanismen
3.5.1. Hormonen werkzaam via een 'second messenger'
3.5.1.1. Adenylaatcyclase cascade
3.5.1.2. Fosfatydil-inositol cascade
3.5.1.3 De second messenger cyclisch AMP = cAMP
3.5.1.4 First messenger insuline en de tyrosine kinase cascade: synthese van glycogeen
3.5.1.5 Diabetes mellitus
3.5.2. Hormonen die reageren met een cytosolische
of nucleaire receptor
3.6. Anabole steroïden
3.6.1. Wat zijn anabole steroïden?
3.6.2. Vorming en werking van testosteron
3.6.3. Toepassingen
3.6.3.1. In de medische sector
3.6.3.2. In de sportwereld en de veehouderij
3.6.4. Gevolgen van langdurig gebruik
|
STUDIEMATERIAAL
|
- theoriecursus: Eiwitten, enzymen en hormonen (Peter Partoens, G. Caethoven)
- info analytische kits voor suikerdiagnostiek
- ppt-presentaties van alle lessen zijn beschikbaar via e-campus
- afspraken voor praktijksessies: e-campus + praktijknota's
- "Wegwijzer in laboratoriumdiagnose" X. Bossuyt en Boeynaems, Garant, Leuven, 90 441 1021 7 (bib)
- praktijknota's Peter Partoens - G. Caethoven
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
4
|
lesuren
|
16,67
|
practicum en oefeningen:
|
8
|
lesuren
|
33,33
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
11
|
klokuren
|
45,83
|
Verdere toelichting:
Praktijksessies:
Afwezigheden: Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- INT2-3 :
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
- Praktische oefening wordt geëvalueerd op basis van permanente evaluatie, correcte voorbereiding, aanwezigheid, houding, praktsiche skills en verslag. Op de INT2-3 komen ook aspecten uit het practicum aan bod.
- Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Enkel de INT2-3 kan herhaald worden. De punten behaald op het practicum in 1ste zit worden meegenomen naar 2de zit.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Project: Eiwitten |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
00327 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
uitdiepend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 2 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
53 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Caethoven Goele Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Project waarin de studenten een aantal theoretische en praktische opdrachten rond eiwitten uitvoeren
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL103 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL236 Splitst een grotere opdracht zelfstandig in stapsgewijze deeltaken
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL252 Mondeling: kan collega's correct en volledig op de hoogte brengen van de huidige stand van zaken
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- De student voert de experimenten ovalbuminebepaling/hydroxiprolinebepaling correct uit
- De student kan het belang van elke stap en deze bepalingen toelichten
- Door gebruik te maken van enkele technieken (uitzouten, spectrometrie, zuurtegraad) past de student begrippen als extinctiecoëfficiënt, specifieke extinctie, molmassa en verdunningsfactoren) toe.
- De student past de eerder opgedane kennis waaronder werken met verdunningsfaktoren, opstellen van een ijklijn en lineare regressie, toe.
- De student interpreteert de resultaten van zijn experiment en verklaart hoe deze informatie geven over de structuur van het eiwit/de kwaliteit van vlees
- De student ervaart via experimenten (en literatuursearch) tal van structurele eigenschappen van eiwitten en kan deze benoemen. De eerste kennismaking moet vooral toegespitst zijn op de ruimtelijke oprolling en de opbouw van deze biomoleculen.
- De student is in staat elementaire zoekopdrachten te doen, dit in heldere taal te verwoorden (max. 3 blz.), te rapporteren, te illusteren, te refereren. Dit rapport moet publiceerbaar zijn in een wetenschappelijk tijdschrift op elementair niveau.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Chemie, Meten is weten, De cel, Bio-organische chemie, Instrumentele analyse, Eiwitten
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
- Praktijkgedeelte :
- Practicum 1: Isolatie van ovalbumine uit wit van een ei en bepaling hierin van de SH-groepen.
- Practicum 2: Kwaliteitscontrole van gehakt via een kleurtechnische meting van het aminozuur hydroxyproline in collageen-eiwit.
- Zoekopdracht
- In een eerste fase zoekt de student in groep de belangrijkste elementen (aangegeven in dit zelfstudiepakket) op, verklaart hij alle onduidelijke begrippen. Hierna krijgt de projectgroep een toepassingsgebied (diagnose of deficiënties) van enzymen en structureert de resultaten van de zoekopdracht. Later moet de projectgroep deze duidelijk presenteren.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Projecthandleiding
- e-campus voor presentaties 'projectvoorstelling',externe links, elektronische versie van de projecthandleiding,
- e-campus voor praktische organisatie van labosessies en presentatie, uitwisseling van informatie waaronder verslagen van practica,vergaderingen en resultaten van de zoekopdrachten.
- cursus: "Eiwitten, enzymen en hormonen"
- Syllabus communicatieve vaardigheden
- Cursus 'noteren en verslaggeving'
- Internetsearch en bib-bezoek
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
2
|
lesuren
|
02,47
|
practicum en oefeningen:
|
8
|
lesuren
|
09,88
|
vormen van groepsleren:
|
40
|
lesuren
|
49,38
|
studietijd buiten contacturen:
|
28
|
klokuren
|
34,57
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- groepswerk (groepsproces: 25 %; groepsprodukt: 25 %)
- individuele bijdrage: 25 %
- projecttoets op de laatste dag van de projectweek
- in geval van afwezigheid tijdens de projectweken contacteert de student de opleidingscoördinator en kan de stuurgroep beslissen tot het uitvoeren van een vervangopdracht in de 2de zittijd.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Projecttoets
in geval van afwezigheid tijdens de projectweken contacteert de student de opleidingscoördinator en kan de stuurgroep beslissen tot het uitvoeren van een vervangopdracht in de 2de zittijd.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Chemisch evenwicht |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
PH-metingen als vertrekpunt
Het chemisch evenwicht
Eigenschappen van vloeistoffen en gassen
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10354 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 3 |
Aantal studiepunten: |
8 |
Wegingscoëfficient: |
8 |
Totaal aantal contacturen: |
93 |
Totaal studietijd: |
208 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Caethoven Goele Dhont Karin Meyers Caroline Pittois Karen Reyniers Kathy Santens Roald Theunen Marjorie Van Cleemput Marjan Van den Bossche Ingrid Van Eyken Els
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
voor alle info betreffende de leerdoelen,doelstellingen, competenties en leerinhouden,.... : zie deelfiches
Het chemisch evenwicht
pH-metingen als vertrekpunt
Hoe werkt een koelkast
Viscositeit en oppervlaktespanning
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
zie deelfiches
|
Andere begincompetenties
|
zie deelfiche
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Het chemisch evenwicht |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Chemisch evenwicht |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10065 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 3 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
54 |
Totaal aantal contacturen: |
56 |
Totaal studietijd: |
112,32 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Caethoven Goele Reyniers Kathy Van Cleemput Marjan
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Kennismaking met het chemisch evenwicht in al zijn facetten.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL230 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het anlyseren van een probleem
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Pats het begrip "dynamisch chemisch evenwicht" toe
Bepaalt de evenwichtsconcentraties aan de hand van de evenwichtsconstante van een bepaalde evenwichtsreactie
Herkent zuur/basereacties
Leidt ,gebruik makend van de aciditeitsconstante, basiciteitsconstante en de ionisatieconstante van water, de sterkte van de zuren en basen af
Berekent de pH van een oplossing
Maakt een bufferoplossing
Schrijft redoxreacties met zijn deelreacties uit, gebruik makend van de begrippen : oxidatie, reductie, aantal uitgewisselde elektronen, atomenbalans, ladingbalans
Past de spanningsreeks toe
Berekent oplosbaarheid van een stof
Voert manuele titraties uit
Kent het begrip reactiesnelheid
Kent het begrip evenwichtsconstante van een evenwichtsreactie
Kent het principe van Le Chatelier
Kent de begrippen aciditeits-, basiciteits-, en ionisatieconstante
Kent het begrip pH
Kent het principe van een buffer
Kent de begrippen oxidatie, reductie en redoxpotentiaal
Kent de wet van Nernst
Kent het begrip oplosbaarheid
|
|
LEERINHOUDEN
|
In deze component komen de volgende topics aan bod
-
Energetische aspecten van een chemische reactie
-
Reactiesnelheid
-
Chemisch evenwicht
-
Zuur-base evenwichten
-
pH-berekeningen
-
Buffers
-
Toepassingen zuur-base evenwichten (zuur-base titraties)
-
Redoxevenwichten
-
Toepassingen redoxevenwichten (redoxtitraties)
-
Oplosbaarheid
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
Chemisch evenwicht T en P - Reyniers K.; Plantijnhogeschool
-
Slides behorende bij de theorielessen terug te vinden op e-campus
-
Elearning oefeningen
-
B
b: opdrachten en testen
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
30
|
lesuren
|
24,19
|
practicum en oefeningen:
|
24
|
lesuren
|
19,35
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
68
|
klokuren
|
54,84
|
Verdere toelichting:
- Hoorcollege en werkcollege
- Praktische oefening
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- a: de prestaties geleverd tijdens de praktijkuren en dit op basis van
houding , werk , inzicht en testjes (/ 10 ) en verslagen ( / 10 )
- b: INT3-1: schriftelijk examen met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen; zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als open vragen en casusvragen ( / 40)
- De punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld en worden herleid naar / 20
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief . Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt ( in consensus ) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten. - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- Enkel b kan hernomen worden : INT3-1 schriftelijk examen / 40
- De verworven punten van a 1° examenperiode blijven behouden (/20)
- De punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld en herleid naar / 20
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt ( in consensus ) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten.
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - PH-metingen als vertrekpunt |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Chemisch evenwicht |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10066 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 3 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
34 |
Totaal aantal contacturen: |
26 |
Totaal studietijd: |
70,72 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Meyers Caroline Reyniers Kathy Van Cleemput Marjan
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In de cursus “pH-metingen als vertrekpunt” krijg je een idee waarvoor potentiometrie staat.
Nernst leidde een betrekking af voor de kwantificering van de potentiaalsprong aan een grensvlak. Deze 'wet van Nernst' kreeg echt betekenis met de invoering van de glaselektrode voor de meting van de pH in de jaren dertig. Vooral de laatste decennia zijn vele andere ion selectieve elektroden ingevoerd. Dergelijke ISE's hebben zowel bij het in vitro als in vivo onderzoek veel toepassing gevonden.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL242 Organiseert het werk in een efficiënte planning
- BL245 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Verwerft basiskennis ivm potentiometrie:
-
kent h
et onderscheid tussen de verschillende typen elektroden, tussen een potentiometrische titratie en de statische potentiometrie
-
kan de onderdelen van een potentiometrische opstelling benoemen
-
kan een eenvoudige zb en redox titrateicurven bespreken.
Doet praktijkervaring op:
-
maakt een opstelling voor een potentiometrische titratie
-
voert een calibratie uit, bij het gebruik van de pH meter
-
voert een eenvoudige zb titratie en een eenvoudige redoxtitratie uit
-
berekent de concentratie van het te onderzoeken ion adhv de meetresultaten van de potentiometrische bepaling
|
|
LEERINHOUDEN
|
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Experimentele vaardigheden I -Reyniers K.; ISBN 978 90 382 1611 9
- cursus 'pH metingen als vertrekpunt' T en P van Reyniers Kathy
- zelfstudieoefeningen eenvoudige zb titratiecurven (intranet)
- e-campus: ppt's van de HO's en WE's
- Bb platform 1BL voor de opdrachten
- naslagwerken in de bib ivm analytische chemie
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
16
|
lesuren
|
21,05
|
practicum en oefeningen:
|
8
|
lesuren
|
10,53
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
50
|
klokuren
|
65,79
|
Verdere toelichting:
- Theorie: hoorcolleges afgewisseld met oefeningen in WE's.
- Lab: de studenten werken meestal per 2.
Voor zover nodig wordt tijd uitgetrokken voor het oplossen van vraagstukken, de bespreking van problemen of beperkte hoorcolleges.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- a: de prestaties geleverd tijdens de praktijkuren en dit op basis van
houding , werk en inzicht ( / 10 )en verslagen ( / 10 )
- b: INT3-1: schriftelijk examen met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen; zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als open vragen en casusvragen (/ 40 )
- de punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld en herleid / 20
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt ( in consensus ) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten. - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
-
enkel b kan hernomen worden : INT3-1 schriftelijk examen / 40
-
de verworven punten van a 1° examenperiode blijven behouden (/20)
-
de punten verworven op de verschillende onderdelen worden samengeteld en herleid / 20
-
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt ( in consensus ) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten. - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Eigenschappen van vloeistoffen en gassen |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Chemisch evenwicht |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10356 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 3 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
12 |
Totaal aantal contacturen: |
11 |
Totaal studietijd: |
24,96 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van den Bossche Ingrid
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Deze cursus behandelt de verschillende aggregatietoestanden waarin een stof zich kan voordoen en hun overgangen. Alsook de specifieke eigenschappen van vloeistoffen en gassen en hun toepassingen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- kan een toestandsdiagramma interpreteren
- past de ideale gaswet toe
- weet :
hoe een koelkast werkt wat metastabiele toestanden zijn hoe deze te vermijden zijn hoe een gas zich gedraagt i.f.v. druk en temperatuur wanneer de ideale gaswet mag toegepast worden dat een oplossing een lagere dampspanning, een hoger kookpunt en een lager smeltpunt heeft dan de zuivere vloeistof waardoor de grootte van die veranderingen bepaald wordt wanneer een oplossing verzadigd is wat oppervlaktespanning is welke factoren de grootte van de kracht ten gevolge van oppervlaktespanning bepalen
- kent :
capillaire opstijging en neerdrukking de werking van detergenten de verschillende types vloeigedrag bij vloeistoffen
- maakt vraagstukjes op capillaire werking
- berekent de kracht t.g.v. oppervlaktespanning
- bepaalt de krachten op een vallende bol (met wet van Stokes)
- past de wet van behoud van massa bij stromende vloeistoffen toe
- berekent de overgang van laminaire naar turbulente stroming
- past de wet van Bermouilli toe
|
|
LEERINHOUDEN
|
- de verschillende aggregatietoestanden + overgangen, toestandsdiagram, metastabiele toestanden, latente warmte, werking van een koelkast
- isothermen van reële gassen, wanneer is een gas een ideaal gas, ideale gaswet
- dampspanningsverlaging boven een oplossing, kookpuntsverhoging en vriespuntsverlaging bij oplossingen
- oplosbaarheid van een vaste stof in een vloeistof, verzadigde en onverzadigde oplossingen, oplosbaarheid van een gas in een vloeistof
- oppervlaktespanning, contacthoek, capillariteit, capillaire druk, werking van detergenten
- wrijving in vloeistoffen, wrijving op een bol met de wet van Stokes, verschillende types vloeigedrag, wet behoud van massa bij stromende vloeistof, wet van Bermouilli, toepassingen
|
STUDIEMATERIAAL
|
-
nota's ' Eigenschappen van vloeistoffen en gassen'-Ingrid Van den Bossche-Plantijn Hogeschool
-
lespresentaties, extra oefeningen en interessante weblinks in EDU-map op e-campus
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
10
|
lesuren
|
37,04
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
16
|
klokuren
|
59,26
|
Verdere toelichting:
10 uur hoorcollege met ruimte voor het maken van oefeningen
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT3-1 met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen
Berekening van het ‘cijfer' voor het opleidingsonderdeel 'Chemisch evenwicht'
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT3-1 met kennis-, inzichts- en toepassingsvragen
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Hematologie |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Circulatie van lichaamsvloeistoffen
Het ademhalingsstelsel
Hematologie
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10069 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 3 |
Aantal studiepunten: |
8 |
Wegingscoëfficient: |
8 |
Totaal aantal contacturen: |
84 |
Totaal studietijd: |
208 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Crols Marina Flies Reinoud Meyers Caroline Van de Velde Brigitte
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie deelfiche
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
zie deelfiche
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Circulatie van lichaamsvloeistoffen |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Hematologie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10070 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 3 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
18 |
Totaal aantal contacturen: |
13 |
Totaal studietijd: |
37,44 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van Cleemput Marjan Van Leeuwen Esther
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De dubbele gesloten bloedsomloop van de mens vormt een stelsel dat enerzijds zorg draagt voor de circulatie van lichaamsvloeistoffen: bloed, lymfe en weefselvocht, en anderzijds instaat voor de vorming van urine. Deze circulatie zorgt voor een inwendig evenwicht in ons organisme. Het hart is de pomp en de bloedvaten de transportleidingen van het bloed. Het weefselvocht zorgt voor de uitwisseling van stoffen tussen bloedvaten en cellen. Het lymfevatenstelsel dat uit lymfevaten en lymfeorganen bestaat, zorgt voor afvoer van lymfe, bescherming tegen lichaamsvreemde stoffen en zowel voor de reserve als de afbraak van rode bloedcellen. De nieren tenslotte zuiveren het bloed van schadelijke stoffen en resorberen water, mineralen en nuttige stoffen. Het lumbaal vocht vormt een beschermende barrière en wordt gevormd vanuit het bloedvatenstelsel.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Kent de ligging, bouw en functie van de bloedsomloop bij de mens
- Kent de ligging, bouw en functie van het lymfevatenstelsel
- Kent de ligging, bouw en functie van het urinestelsel
- Kent de bouw van het zenuwstelsel
- Kent de aanmaak en de functie van lumbaal vocht
|
|
LEERINHOUDEN
|
De opbouw van het hart, het bloedvatenstelsel, het lymfevatenstelsel en het urinestelsel evenals de aanmaak van de bloedcellen in het merg maken de circulatie van de verschillende lichaamsvloeistoffen duidelijk. De samenwerking van de verschillende stelsels zijn de basis van onze homeostase.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Theoriecursus: Anatomie (Patricia Winnen)
- anatomische modellen
- CD-rom interActive Physiology E. Marrieb bibliotheek 00001 890312
- naslagwerk in de bibliotheek: Essentials of Human Anatomy - auteur: Eliane N.Marieb- ISBN 8053-4040-5 (meest recente editie)
- Zakwoordenboek der geneeskunde - auteur: Coëlho - ISBN 90-6228-322-5 (meest recente editie)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
12
|
lesuren
|
30,77
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
26
|
klokuren
|
66,67
|
Verdere toelichting:
hoor- en werkcollege
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT 3-2: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 3-2: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Het ademhalingsstelsel |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Hematologie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10071 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 3 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
7 |
Totaal aantal contacturen: |
7 |
Totaal studietijd: |
14,56 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van Cleemput Marjan Van Leeuwen Esther
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Elke cel moet over voldoende energie beschikken om vele functies te kunnen vervullen. Voor het vrijmaken van de energie moeten de cellen niet alleen over brandstof beschikken maar ook over zuurstof. De ademhalingsorganen halen de zuurstof uit de ingeademde lucht en vervoeren ze naar het bloed. Ademhaling is dus een proces van opname van zuurstof en afgifte van koolstofdioxide.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- De student beschikt over de vereiste kennis van de ligging, bouw en functie van het ademhalingsstelsel bij de mens
- Hij/zij heeft inzicht in de gasuitwisseling en de regeling van de ademhaling
- Hij/zij heeft inzicht in de ademhalingsbewegingen
- Hij/zij heeft inzicht in het verband tussen het ademhalingsstelsel en de andere stelsels
|
|
LEERINHOUDEN
|
De bouw en de functie van de ademhalingsorganen, de uitwisseling van gassen in de longen en ter hoogte van de organen wordt hier besproken, evenals hoe we ademen en hoe de ademhaling geregeld wordt. De samenhang met het bloedvatenstelsel komt eveneens aan bod.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Theoriecursus: Anatomie (Patricia Winnen)
- anatomische modellen
- CD-rom interActive Physiology E. Marrieb bibliotheek 00001 890312
- naslagwerk in de bibliotheek: Essentials of Human Anatomy - auteur: Eliane N.Marieb- ISBN 8053-4040-5 (meest recente editie)
- Zakwoordenboek der geneeskunde - auteur: Coëlho - ISBN 90-6228-322-5 (meest recente editie)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
35,29
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
10
|
klokuren
|
58,82
|
Verdere toelichting:
Hoorcollege
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
INT 3-2: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 3-2: Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen.
Schriftelijk examen met kennis- , inzichts- en toepassingsvragen, zowel stellingvragen, meerkeuzevragen als openvragen kunnen aan bod komen. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Hematologie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Hematologie |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10048 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 3 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
75 |
Totaal aantal contacturen: |
64 |
Totaal studietijd: |
156 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Crols Marina Flies Reinoud Meyers Caroline Van Cleemput Marjan Van de Velde Brigitte Van Leeuwen Esther
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Hematologie is de leer van het bloed en bestaat uit cytologie of de leer van de cellen, immuunhematologie waar o.a. de bloedgroepbepalingen aan bod komen en hemostase waar de bloedplaatjes deel uitmaken van de primaire stolling.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL122 Communiceert beleefd en respectvol met collega's/begeleleiders/leidinggevenden
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL254 Handelt spontaan volgens procedures beschreven in de brochure "Kwaliteit en Veiligheid"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Kent de basisbegrippen uit de hematologie
|
|
LEERINHOUDEN
|
-
De hematologie is de leer van het bloed, meer bepaald van de bloedcellen. We noemen dit deel van de hematologie de cytologie.
-
Daarnaast speelt bloed een belangrijke rol in de bloedstolling of hemostase. Bloedplaatjes en stollingseiwitten zijn hier essentiële componenten
-
De immuunhematologie is een derde belangrijk onderdeel van de hematologie: hier zijn de op de b
loedcellen aa
nwezige antigenen en hun respectievelijke antistoffen de belangrijkste spelers
-
In het cytologisch gedeelte wordt aandacht geschonken aan het ‘ontstaan’ van de bloedcellen uitgaande van de stamcel, ook wel de hematopoiese genaamd
-
Er wordt vervolgens
dieper ingegaan op de rode bloedcel in de erytropoiese met o.a. rol van EPO,
reticulocyten, enz….
-
Aanmaak en functie van hemoglobine wordt besproken
-
Ook enkele biochem. parameters, die een rol spelen in de erytropoiese, worden kort toegelicht
-
In de myel
opoiese zullen hoofdzakelijk granulocyten besproken worden
-
De cytologie wordt afgerond met de trombopoiese of de vorming van de bloedplaatjes en aansluitend hierop wordt de primaire hemostase nader toegelicht m.a.w. wat is de functie van een bloedplaatj
e in de hemostase
-
In de immuunhematologie wordt het ABO- en Rhesussysteem besproken
-
In werkcolleges zal de aandacht gaan naar volgende punten:
- Bloedafname - Bloedafnamebuisjes en de verschillende anticoagulantia die in de praktijk gebruikt worden in de bloedafnamebuisjes - Referentiewaarden - Verwerken van labo-aanvragen en pre-analytische fase-analytische fase met enkele ethische aspecten
-
Rode bloedcelindexen – hematocriet – sedimentatie - Eenvoudige berekeningen in de hematologie (bv. absolute tellingen…) - Morfologie oefeningen op bloedgroepinterpretaties en bloedgroepencompatibiliteit
-
In practica worden de verschillende basishandelingen, de bepaling van de bloedgroepen en het herkennen van cellen in bloeduitstrijkjes aangeleerd
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Cursus R.Flies en P.Winnen
- Internet
- CD-Rom
- Atlas hematologie
- Microscopen
- Labnota's
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
28
|
lesuren
|
16,67
|
practicum en oefeningen:
|
34
|
lesuren
|
20,24
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
104
|
klokuren
|
61,90
|
Verdere toelichting:
Hoorcolleges, werkcolleges en praktijksessies
Aaanwezigheid in de werkcolleges en de praktijksessies zijn vereist.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
-
INT 3-3
-
Schriftelijk examen met o.a. praktische vragen en berekeningen.
-
e valuatie van de praktijksessies:
-
aanwezigheid
-
houding en werk
-
verslagen
-
herhalingslabo + verslag
-
Verdeling theorie/praktijk : 80%/20%
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken Afwezigheden: Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden. Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
INT 3-3 Schriftelijk examen met o.a. praktische vragen en berekeningen.
Lab: De toets wordt hernomen, de punten van de permanente evaluatie worden overgedragen.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Project: Voeding en bloedarmoede |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
00158 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
uitdiepend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 3 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
61 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Crols Marina Flies Reinoud
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Bloedarmoede of anemie is een vaak voorkomende aandoening. Voeding kan één van de oorzaken zijn die door een aantal analyses uit te voeren, kan angetoond worden.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL242 Organiseert het werk in een efficiënte planning
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
- BL250 Schriftelijk: gebruikt korte zinnen en directe taal
- BL251 Mondeling: drukt zich vlot en verstaanbaar uit
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Interpreteert en rapporteert eenvoudige experimentele data.
- Hheeft inzicht in het belang van de pre-analytische en analytische fase
- Heeft inzicht in de invloed van voedingsbestanddelen op bloedarmoede
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Kennis en vaardigheden verworven in voorgaande perioden en kennis van de leerstof uit periode 3
|
Andere begincompetenties
|
geen
|
LEERINHOUDEN
|
Bloedarmoede kan vele oorzaken hebben en voeding speelt een belangrijke rol bij het ontstaan ervan. De oorzaken van bloedarmoede die verband houden met (bestanddelen in de) voeding trachten we te achterhalen. Een goede inschatting van de bloedonderzoeken, uitgevoerd in een klinisch laboratorium, zijn van groot belang.
|
STUDIEMATERIAAL
|
- Cursus hematologie theorie en practicum (R.Flies en P.Winnen)
- Referenties: diverse referenties in bibliotheek en op internet (voor een uitgebreide lijst verwijzen we naar het periodeboek van periode 3)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
2
|
lesuren
|
02,47
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
56
|
lesuren
|
69,14
|
studietijd buiten contacturen:
|
20
|
klokuren
|
24,69
|
Verdere toelichting:
Groepswerk
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- Beoordeling groep
- Evaluatie van het 'groepsproces' (30% van de punten)
- Beoordelingscriteria
- het stappenplan wordt gehanteerd
- alle leden hebben een inbreng in de groep
- er wordt naar elkaar geluisterd
- taken worden in overleg verdeeld
- beslissingen worden in consensus genomen
- er is overeenstemming tussen planning en realisatie, er wordt eventueel bijgestuurd
- problemen, meningsverschillen worden besproken
- er wordt in de groep rekening gehouden met feedback van tutor en projectteambegeleiders
- Middelen
- opvolging en beoordeling door tutor
- reflectievergadering
- evaluatie van het 'groepsproduct' (30% van de punten)
- uitwerking van de vergelijkende studie in een duidelijk rapport.
- tekst en grafieken in Word en Excel.
- Presentatie van de studie voor de hele klasgroep in een zelf gekozen vorm.
- Beoordelingscriteria
- vormgeving: Opbouw
- vormgeving: Lay-out / hulpmiddelen
- vormgeving: Zinsbouw
- vormgeving: Woordkeuze
- inhoud: Formulering doelstellingen, resultaten,methoden, besluiten
- inhoud: Onderscheid tussen hoofd- en bijzaken
- inhoud: Wetenschappelijke juistheid resultaten
- inhoud: Wetenschappelijke juistheid methoden
- inhoud: Wetenschappelijke juistheid besluit / argumentatie en visie
- inhoud: Literatuur
- Middelen
- opvolging en beoordeling door VUP en lectorengroep (vergelijking met de resultaten van de andere groepen)
- evaluatie van de individuele bijdrage (30% van de punten)
- Beoordelingscriteria
- aanwezigheid tijdens de groepssessies
- aanbrengen informatie
- inbreng in de discussie bij het bespreken van de problemen
- inbreng in de discussie bij het komen tot de eindoplossing
- uitvoeren van taken op een goede, correcte en volledige manier
- uitvoer van taken tegen afgesproken tijdstip
- bijdrage tot een opbouwende samenwerking
- middelen
- peer assesment
- reflectievergadering
- Toets over de leerstof van het project: tijdens het schriftelijk examen hematologie (10 % van de punten)
-
- het eindcijfer kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de praktijksessies, vergaderingen, inleidingsles en projectvoorstelling - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties - Minimum voorwaarden om te slagen: - Geslaagd zijn op minstens 3 van de 4 beoordelingsaspecten - Op elk beoordelingsniveau een score > 7/20 In geval van afwezigheid tijdens de projectweken contacteert de student de opleidingscoördinator en kan de stuurgroep beslissen tot het uitvoeren van een vervangopdracht in de 2de zittijd .
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
In geval van afwezigheid tijdens de projectweken contacteert de student de opleidingscoördinator en kan de stuurgroep beslissen tot het uitvoeren van een vervangopdracht in de 2de zittijd
.
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - Communicatie en POP |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10357 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1-2-3 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
28 |
Totaal studietijd: |
78 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Gotink Heidi Janssens Carla Meyers Caroline Nachtegaele Hubert Santens Roald Theunen Marjorie Van den Bossche Ingrid Van Eyken Els
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Het opleidingsonderdeel "Communicatie en POP" bestaat uit :
- Communicatieve vaardigheden
- POP (Persoonlijk Ontwikkelingsplan)
'Communicatieve vaardigheden' loopt in de lijn 'Vaardigheden' over periode 1, 2 en 3.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL104 Gaat constructief om met kritiek
- BL105 Leert uit zijn fouten
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH253 mondeling: drukt zich vlot en verstaanbaar uit
- CH255 schriftelijk: gebruikt korte zinnen en directe taal
- CH256 schriftelijk: maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
Communicatieve vaardigheden: Algemeen Nederlands + basiskennis van grammaticale terminologie
|
LEERINHOUDEN
|
Communicatieve vaardigheden: De student oefent vaardigheden ivm verbale en non-verbale communicatie, gesprekstechnieken, vergaderen, presenteren en schrijven.
Communicatie- en gesprekstechnieken : · Communicatiemodel: - waarnemen en interpreteren, - non-verbaal gedrag, - soorten zakelijke communicatie. · Communicatie -en gespreksstrategieën: - actief luisteren, - vragen stellen , - erkenningtechniek, - informatietechniek, - samenvatten en afronden, - argumenteren en overtuigen. Groepsdynamica (PR): · wat speelt in een groep, · de teamrollen van Belbin, · hoe ben ik een goede ‘teamplayer’. Vergadertechnieken: · sleutelmomenten voor, tijdens en na een vergadering, · vaardigheden inzake groepsdynamiek, interactie, rollen, · agenda, notulen en verslagen. Presentatietechnieken: · Hoe bereid ik een presentatie voor? · Hoe voer ik een presentatie uit? · Hoe behaal ik resultaat met mijn presentatie? Schrijfstrategieën: · Hoe schrijf ik correct op letterniveau (spelling)? · Hoe schrijf ik correct op woordniveau? · Hoe schrijf ik correct op tekstniveau? · Hoe schrijf ik een correcte samenvatting? · Hoe schrijf ik een correct verslag, rapport,...? POP: Het POP is een persoonlijk dossier waarmee de student zijn/haar studievoortgang aantoont. De student leert hiermee bovendien wat ‘zelfreflectie’ inhoudt en dit als voorbereiding op stage, eindwerk en latere werkveld.
|
STUDIEMATERIAAL
|
Communicatieve vaardigheden: syllabus van de lector + eigen aanvullingen en notities + oefenmateriaal op e-campus/Blackboard
POP: 1. "Het algemene CGO-boek” 2. map met invulbladen
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
22
|
lesuren
|
27,50
|
practicum en oefeningen:
|
4
|
lesuren
|
05,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
52
|
klokuren
|
65,00
|
Verdere toelichting:
Communicatieve vaardigheden:
Werkcollege: er wordt meestal vertrokken van een theoretisch referentiekader, wat onmiddellijk in de praktijk wordt omgezet aan de hand van voorbeelden, oefeningen, simulaties, rollenspelen en zelfstandig werk. Uiteindelijk worden alle communicatieve vaardigheden uit de cursus toegepast in de projecten.
1 practicum (kick-off) voor het voorbereiden van de projectweken: groepsdynamica.
POP: het pop bijhouden is volledig de verantwoordelijkheid van de student
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Eerste examenperiode
|
Communicatieve vaardigheden:
Permanente evaluatie voor de werkcolleges en de kick-off: aanwezigheid is verplicht wegens de interactieve oefeningen.
Ongewettigde afwezigheid geeft aanleiding tot een negatieve beoordeling van de score op het gehele opleidingsonderdeel.
Evaluatie door tutor tijdens de projectweken.
Een groot tekort op de taalvaardigheidstest resulteert in een tekort op het eindresultaat.
POP: POP wordt in het eerste jaar door de studieloopbaanbegeleider geëvalueerd op volledigheid. Indien het POP onvolledig is kan dit leiden tot een negatieve evaluatie van het opleidingsonderdeel.
|
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Communicatieve vaardigheden:
|
|
| |
|
1 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 1BL - Onderdelen - ICT-vaardigheden |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
10358 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
1 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 1-2-3 |
Aantal studiepunten: |
4 |
Wegingscoëfficient: |
4 |
Totaal aantal contacturen: |
5 |
Totaal studietijd: |
104 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van den Bossche Ingrid
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Gezien de enorme verschillen in voorkennis van ICT-vaardigheden wordt er gewerkt met onder begeleiding gestuurde zelfstudie. Je vindt in de EDU-mappen op e-campus oefeningen en een agenda (datum+ inhoud) van oefensessies. De oefeningen zorgen ervoor dat je systematisch je ICT-vaardigheden opbouwt. Indien je er niet in slaagt deze oefeningen te maken of indien je meer uitleg wenst over een item dat moet beheerst worden om de oefeningen te kunnen maken kan je terecht in de op regelmatige basis georganiseerde oefensessies waarvan je de agenda dus op e-campus terugvindt. Aan het einde van periode 3 dien je de opgegeven ICT-vaardigheden te bezitten. Deze oefen je trouwens ook in bij andere opleidingsonderdelen waar ook computeropdrachten worden gegeven.Met een definitieve toets die je uiterlijke op het einde van de derde periode aflegt bewijs je dat je de opgegeven ICT-vaardigheden bezit. Het tijdstip van de toets wordt afgesproken in overleg met de lector.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- werkt vlot in een Windowsomgeving
- maakt gebruik van internet: e-mail, zoekmachines, e-campus en het leerplatform Blackboard
- werkt vlot met een rekenblad (Excel 2007)
- werkt vlot met een tekstverwerker (Word 2007)
- werkt vlot met een presentatieprogramma (Powerpoint 2007)
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
geen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
geen
|
Andere begincompetenties
|
geen
|
LEERINHOUDEN
|
-
werken in een Windowsomgeving:
-
computer starten en afsluiten
-
programma’s starten en afsluiten
-
bestanden openen en opslaan
-
gebruik knoppenbalken (iconen)
-
gebruik linker- en rechtermuis toets (snelmenu’s)
-
gebruik van ‘Help’ in alle programma’s
-
gegevens tussen verschillende programma’s uitwisselen
-
kopiëren of knippen & plakken)
-
bestanden beheren, structuur brengen op schijfruimte, verwijderen van
bestanden (verkenner)
-
gebruik maken van het int
ernet:
-
gebruik van e-mail (o.a. bijlagen)
-
vlot gebruik maken van e-campus en het elektronisch leerplatform Blackboard
-
gericht zoeken naar relevante informatie
-
gevonden informatie niet alleen afdrukken maar ook bvb. kopiëren van figuren uit webbrowser n
aar een eigen bestand
-
werken met Excel 2007:
-
basishandelingen in een spreadsheet zoals intikken van gegevens (verschil getal – woord) in de werkbladcellen, intikken van formules, opmaak blad, celeigenschappen, kopiëren van formules (relatieve & absolute celadressen), een volledig rekenblad ontwerpen en opbouwen
-
werken met verschillende werkbladen binnen één bestand
-
overzicht van het menu en de knoppenbalk
-
bestanden opnenen en oplslaan
-
tabellen en grafieken afdrukken
-
functies: gebruik van eenvoudige wiskundige en statistische functies
-
grafieken: presentatiegrafieken (histogram en lijndiagram) en spreidingsdiagram (met trendlijn) + opmaak van deze grafieken (aanpassen schaalverdeling, logaritmische schaal, invoeren titels, aanpassen legende, opmaak trendlijn, grafiek in werkblad of als apart blad…)
-
gegevens sorteren (rangschikken)
-
werken met Word 2007:
-
basishandelingen in een tekstverwerker zoals intikken van een tekst, opmaak van een tekst (alinea’s, lettertype, uitlijnen tekst, randen en arcering, opsommingstekens, spellingscontrole)
-
pagina-instellingen zoals kop- en voetteksten, staand of liggend, inspringen alinea’s,…, a
utomatische opmaak
-
kopiëren of knippen en plakken van stukken tekst
-
overzicht van het menu en de knoppenbalk
-
bestanden opslaan en openen
-
teksten afdrukken (o.a. afdrukvoorbeeld)
-
tabellen en grafieken invoegen of kopiëren uit Excel
-
Griekse letters en andere symbolen invoegen
-
tabellen in Word zelf maken
-
invoegen van formules (Microsoft vergelijking)
-
werken met PowerPoint 2007:
-
basishandelingen zoals indeling en opmaak dia, intikken gegevens (met invoegen symbolen en formules), invoegen tabellen – tekst – formules - grafieken uit andere programma’s,…
-
dia instellingen zoals kop-en voetteksten, staand of liggend
-
opmaak dia naar projectie toe (keuze achtergrond, aangepaste animatie,…), gebruik van automatische opmaak
-
overzicht van het menu en de knoppenbalk
-
bestanden opslaan en openen
-
presentaties projecteren (gebruik projector)
-
presentaties afdrukken
|
STUDIEMATERIAAL
|
- agenda contactmomenten, lesmateriaal en oefeningen in EDU-map op e-campus
- extra hulpmiddelen :
- zelfstudiepakketten en links naar o.a. Microsoft Interactive Training, handleiding gebruik PowerPoint.
- allerlei boeken uit bib of boekhandel over gebruik Windows, Word 2007, Excel 2007, PowerPoint 2007
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
|
lesuren
|
00,00
|
practicum en oefeningen:
|
2
|
lesuren
|
01,87
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
102
|
klokuren
|
95,33
|
Verdere toelichting:
-
Gezien de enorme verschillen in voorkennis van ICT-vaardigheden wordt er gewerkt met onder begeleiding gestuurde zelfstudie.
-
De student vindt op e-campus oefeningen en een agenda (datum+ inhoud) van oefensessies. De oefeningen zorgen ervoor dat je systematisch je ICT-vaardigheden opbouwt.
-
Indien je er niet in slaagt deze oefeningen te maken of indien je meer uitleg wenst over een item dat moet beheerst worden om de oefeningen te kunnen maken kan je terecht in de op regelmatige basis georganiseerde oefensessies (agenda op e-campus).
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
- Definitieve toets waarbij de student opdrachten moet uitvoeren in Word, Powerpoint en Excel gelijkaardig aan de opgegeven opdrachten tijdens het jaar. De student mag geen nota’s gebruiken maar wel de desbetreffende helpfuncties voorzien in de software. Deze toets moet uiterlijk op het einde van de derde periode afgelegd worden. Het tijdstip wordt bepaald in overleg met de lector.
- Fouten tegen elementaire kennis kunnen zwaar doorwegen in de eindbeoordeling.
- Tijdens andere onderwijsactiviteiten (praktijksessies, opdrachten, projecten…) zal het goed gebruik van ICT mee de evaluatie voor dat onderdeel bepalen.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
- Definitieve toets waarbij de student opdrachten moet uitvoeren in Word, Powerpoint en Excel gelijkaardig aan de opgegeven opdrachten tijdens het jaar. De student mag geen nota’s gebruiken maar wel de desbetreffende helpfuncties voorzien in de software.
- Fouten tegen elementaire kennis kunnen zwaar doorwegen in de eindbeoordeling.
|
|
| |
|
|
|
|
|
|
|
|
|