ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

2 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 2FBT - Onderdelen - Microbiologie
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie
Code: 20151
Academiejaar: 2010-2011
Type: kern
Niveau: uitdiepend
Programmajaar: 2
Periode binnen het modeltraject: Periode 5
Aantal studiepunten: 4
Wegingscoëfficient: 4
Totaal aantal contacturen: 50
Totaal studietijd: 104
Deeltijds programma: deel 2
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Caethoven Goele
Santens Roald
Soetaert Anneleen
Theunen Marjorie
Van de Velde Brigitte


 

KORTE OMSCHRIJVING

In deze cursus wordt de opgedane microbiële kennis uit het eerste jaar verder uitgediept waarbij de verschillen tussen de pro- en eukaryote cel centraal staan. Onderwerpen zoals de groei van bacteriële culturen en hun controlemethoden (zowel fysisch als chemisch),  de bacteriële genetica en de metabole diversiteit van micro-organismen worden besproken.

In het deel identificatie komen de verschillende testmethoden, waar de biochemische identificatie een groot onderdeel van uitmaakt, uitgebreid aan bod. Ook tijdens de labo’s neemt dit onderwerp een prominente plaats in.

Men krijgt een overzicht van het in cultuur brengen van virussen (zowel bacteriofagen als dierlijke virussen), de virale vermeerdering, prionen, plantenvirussen en viroïden. De medische microbiologie, de voedingsmiddelenmicrobiologie, de industriële microbiologie en de milieumicrobiologie worden in het laatste deel van de cursus toegelicht.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • BL106 Blijft onder druk zorgvuldig werken
  • BL113 Handelt volgens de geldende milieunormen
Algemene beroepsgerichte competenties
  • BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
  • BL232 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
  • BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
  • BL241 Bereidt taken systematisch voor
  • BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
  • BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
  • BL250 Schriftelijk: gebruikt korte zinnen en directe taal
  • BL254 Handelt spontaan volgens procedures beschreven in de brochure "Kwaliteit en Veiligheid"
Beroepsspecifieke competenties

    SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

    1.     Beschrijft de voorwaarden voor microbiële groei
    2.     Weet hoe microbiële groei gecontroleerd wordt door toepassingen van fysische en chemische methoden
    3.     Vergelijkt de prokaryotische en eukaryotische genexpressie
    4.     Beschrijft de mechanismen van transformatie, transductie en conjugatie
    5.     Begrijpt de metabole diversiteit bij micro-organismen
    6.     Beschrijft verschillende methoden voor de identificatie van micro-organismen waaronder biochemische testen, faag typering, DNA fingerprinting, PCR en serologische technieken.
    7.     Weet dat het microbieel leven zeer variabel is in zijn verschijningsvorm.
    8.     Schets het verschil tussen bacteriofagen en dierlijke virussen
    9.     Benoemt de microbiële mechanismen van pathogeniciteit
    10.   Weet het belang van de controle op voedselbedref en voedselverduurzamen
    11.   Weet dat in de industriële microbiologie fermentatieprocessen leiden tot de grootschalige productie van cellen, of de metabolieten

    VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
    Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn

    Basishandelingen en begrippen uit de microbiologie


    Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn

    Andere begincompetenties

    LEERINHOUDEN
    1. Inleiding
      -de microbiële wereld
      -verschil eukaryote en prokaryote cel
    2. Het mircobieel mtabolisme
    3. Microbiële groei en controle
    4. Microbiële genetica
    5. Klassificatie
    6. Prokaryoten
    7. Eukaryoten
    8. Virussen
    9. Medische microbiologie
    10. Voedingsmicrobiologie
    11. Industriële microbiologie
    12. Milieumicrobiologie
    13. Microbiële praktijk:
      -biochemische testen op micro-organismen
      -biochemische fingerprints
      -tellen van bacteriën (spreid- en gietplaat)
      -opstellen van een antibiogram en een resistogram 



    STUDIEMATERIAAL

    Cursus: Microbiologie- Anneleen Soetaert- Plantijnhogeschool 2010.



    WERKVORMEN
    Soort werkvorm uren  

    %

    hoor- en werkcolleges:

    22

     lesuren

      19,13

    practicum en oefeningen:

    24

     lesuren

      20,87

    vormen van groepsleren:

    0

     lesuren

      00,00

    studietijd buiten contacturen:

    65

     klokuren

      56,52

    Verdere toelichting:


    EVALUATIE

    Eerste examenperiode
    • Schiftelijke toetsing INT5-3 met puntenverdeling 50% op de theorie, 25% op de praktijk.
    • Integraal verslag  labo: 15%
    • Werk in labo: 10%

    Berekening van het ‘cijfer’ voor het opleidingsonderdeel
     
    - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de verworven punten
    - het aantal punten kan aangepast worden volgens volgende criteria:
       - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
       - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
       - niet uitvoeren van individuele taken
       - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties

    Afwezigheden:
    Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt.  De student neemt hiervoor zelf het initiatief
     
    Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit.  Deze kan niet ingehaald worden.
    Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling.  Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.


    tijd voor examinering
    uren
    4

    %
     
     03,48

    Tweede examenperiode
    • Enkel het schriftelijk examen INT 5-3 kan hernomen worden, de punten van de permanente evaluatie (verslag, werk labo) worden overgedragen.