2 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 2FBT - Onderdelen - Spectrometrische analysetechnieken |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Van monster tot te meten oplossing |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
20502 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
uitdiepend |
Programmajaar: |
2 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 4 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
30 |
Totaal aantal contacturen: |
22 |
Totaal studietijd: |
46,8 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Reyniers Kathy Verbeke Patrick
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Spectrometrische analysemethoden zijn gebaseerd op de absorptie of de emissie van straling door te bepalen componenten.
UV-, zichtbaar en infrarood spectrometrie, fluorimetrie, nefelometrie en atomaire emissie en absorptie worden besproken en gebruikt in het laboratorium. De bepalingen gebeuren op waterstalen, voedingsproducten en geneesmiddelen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL115 Verwittigt bij afwezigheden
- BL116 Respecteert deadlines/afspraken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL242 Organiseert het werk in een efficiënte planning
- BL245 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit
- BL250 Schriftelijk: gebruikt korte zinnen en directe taal
- BL254 Handelt spontaan volgens procedures beschreven in de brochure "Kwaliteit en Veiligheid"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
1. De student kan een blokschema lezen van de verschillende soorten spectrometers 2. De student legt het verband tussen de gemeten parameter en de concentratie van de te bepalen component 3. De student schat de mogelijkheden en beperkingen in van de verschillende spectrometrische technieken 4. De student doet berekeningen i.v.m. concrete toepassingen met de besproken analysetechnieken 5. De student bereidt nauwkeurig oplossingen en verdunningen. 6. De student kent het verband tussen de meetwaarden, bekomen bij een spectrometrische analyse, en het te onderzoeken staal. Tijdens de meting evalueert hij de meetwaarden en grijpt zo nodig in. 7. De student rekent de meetwaarden van een spectrometrische analyse om naar de gevraagde concentratie(s) in het staal. 8. De student verwerkt de gegevens en de resultaten van een spectrometrische analyse in een wetenschappelijk en taalkundig correct verslag.
|
|
LEERINHOUDEN
|
UV-VIS spectrofotometrie, fluorimetrie, nefelometrie, IR-spectrofotometrie, vlamfotometrie, AAS.
Met de technieken besproken in de theoriecursus, worden in het laboratorium analyses uitgevoerd op eenvoudige monsters. De studenten leren de toestellen gebruiken en krijgen meer inzicht in de toepasbaarheid en het belang van de spectrometrische analysemethoden. Waar mogelijk worden de toestellen eerst manueel gebruikt en daarna met computersturing.
Kwantitatieve bepalingen worden uitgevoerd met de ijklijn- en standaardadditiemethode.
|
STUDIEMATERIAAL
|
Cursusnota’s.
Practicumnota's: proefopgaven .
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
20
|
lesuren
|
36,36
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
33
|
klokuren
|
60,00
|
Verdere toelichting:
Theorie: hoorcolleges afgewisseld met oefeningen.
Lab: de studenten werken per 2. Voor zover nodig wordt tijd uitgetrokken voor het oplossen van vraagstukken, de bespreking van problemen of beperkte hoorcolleges.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Korte toetsen over parate kennis en vraagstukken.
INT4-2.
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
idem
|
|
| |
|