|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Opleidingsonderdelen |
|
|
|
| | |
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - De stap naar het onderzoek |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Gentechnologie
Bio-informatica
Biochemische technologie
Celkweek
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30305 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
9 |
Wegingscoëfficient: |
9 |
Totaal aantal contacturen: |
92 |
Totaal studietijd: |
234 |
Examencontract: |
mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Partoens Peter Pittois Karen Soetaert Anneleen
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Zie afzonderlijke opleidingscomponenten
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Biochemie, Moleculaire genetica, Immunologie, Statistiek
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Zie afzonderlijke opleidingscomponenten
|
Andere begincompetenties
|
Zie afzonderlijke opleidingscomponenten
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Biochemische technologie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De stap naar het onderzoek |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30306 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
56 |
Totaal aantal contacturen: |
54 |
Totaal studietijd: |
131,04 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Partoens Peter
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De rode draad doorheen de component "Biochemische technologie" is "de weg van gen tot eiwit" en sluit hierdoor zeer nauw aan bij het opleidingsonderdeel "Moleculaire genetica". In de component "Biochemische technologie" worden de methoden besproken om cellen en weefsels te homogeniseren. De werking van verschillende detergenten en de mogelijke strategie voor nucleïnezuur- en eiwitzuivering worden behandeld. Alle technieken die hierbij aan bod komen (fractionatie, concentratiebepaling, bufferwissel, concentrering,enz…) worden in theorie gezien en in het opleidingsonderdeel "geïntegreerd lab" toegepast. Nadruk wordt hierbij gelegd op de voorzorgen die nodig zijn om bv. denaturatie te voorkomen. Verder komen de diverse chromatografische en elektroforetische scheidingstechnieken aan bod en de toepassingen die ze in praktijk hebben. De theorie van deze component en het "Geïntegreerd lab" zijn zeer nauw met elkaar verweven.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL239 Brengt structuur in ideeën
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL361 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen
- BL366 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën
- BL367 Bezit operationele kennis van de voornaamste biochemische en celbiologische technologieën
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- kent de strategie, de methoden en de technieken om een eiwit te maken via recombinant DNA-technologie.
- kent de algemeen gebruikte scheidingstechnieken voor nucleïnezuren en eiwitten.
- kent de belangrijkste chromatografische en elektroforetische technieken, de apparatuur die daarbij gebruikt wordt en de belangrijkste toepassingen.
- kent de typische biochemische werkwijzen als homogenisatie, fractionering, dialyse, membraanfiltratie, blotten en centrifugatie en de apparatuur die hierbij gebruikt wordt.
- kent de algemeen gebruikte identificatietechnieken voor eiwitten en nucleïnezuren als o.m. de verschillende kleurreacties, autoradiografie en immunochemische detectie.
- gebruikt onder begeleiding, een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis en deskundigheid in gentechnologie, biochemie, enzymologie, immunologie, microbiologie, bioinformatica en analysetechnieken, om een eiwit via recombinant DNA-technologie aan te maken.
- ontwikkelt onder begeleiding, nieuwe procedures om eiwitten en nucleïnezuren te zuiveren en te karakteriseren en hierbij de juiste technieken en apparatuur gebruiken.
- is in staat deze technieken in diverse sectoren (biomedische sector, landbouw, voeding, milieu …) toe te passen.
- volgt de veiligheids- en afvalverwerkingsvoorschriften nauwgezet op
- bezit een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel
|
|
LEERINHOUDEN
|
Dit opleidingsonderdeel bestaat uit drie grote delen: biochemische werkwijzen, elektroforese en chromatografie.
- Biochemische werkwijzen
Water, diverse stoffen en buffers
- Eigenschappen van water
- Invloed van diverse stoffen
Homogenisatie van cellen en weefsels
- Uitgangsmateriaal
- Activiteit van hydrolytische enzymen
- Homogenisatiemethoden
Zuivering van en werken met nucleïnezuren
- Algemene strategie bij zuivering nucleïnezuren
- Beschadiging van nucleïnezuren
- Concentratiebepaling
- Denaturatie en renaturatie
- Isolatie en zuivering
- Zuiverheid - Identificatie
Zuivering van en werken met eiwitten
- Algemene strategie bij zuivering eiwitten
- Efficiëntie van de zuiveringsstap
- Fractionering
- Verwijdering van zouten
- Bewaring
- Maken van een eiwitoplossing
- Detectie van denaturatie
2. Elektroforese Basisprincipes elektroforese
- Inleiding
- Experimentele aspecten
Elektroforese van eiwitten - Inleiding
- Polyacrylamidegel elektroforese
- Iso-elektrofocussing
- 2D-elektroforese
Elektroforese van nucleïnezuren
- Inleiding
- Gelkeuze
- Detectie
- Submarine elektroforese
- Sequentie- en genoomanalyse
- RNA-elektroforese
- Pulsed field lektroforese
Adsorptie aan membranen - blotten
- Voordelen van blotten
- Technieken
- Membraantypen
3.Chromatografie
Chromatografie
- Inleiding
- Begrippen en formules
- Oplossend vermogen van een kolom
- Indeling
- Apparatuur
- Oefeningen
Gelfiltratiechromatografie - Principe
- Samenstelling van de gelkorrels
- Zwellen van gelkorrels
- Verwijderen van lucht
- Kwantitatieve benadering
- Fractioneringsbereik
- Oplossend vermogen
- Toepassingen
- Praktische uitvoering
- Oefeningen
Ionenchromatografie
- Inleiding
- Elektrostatische aantrekking
- Ionenuitwisseling
- Selectiviteitsconstante
- Ionenuitwisselaars
- Ionenchromatografie
- Oefeningen
Affiniteitschromatografie
- Principe
- Matrix
- Ligand
- Spacerarm
- Elutie
- Kolomkeuze en stockeren van het gel
- Oefeningen
Hydrofobe interactiechromatografie
- Principe
- Uitvoering
Toepassingen
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus "Biochemische technologie" delen biochemische werkwijzen, elektroforese en chromatografie" – auteur: Peter Partoens– Plantijnhogeschool 2010.
- powerpoint presentaties van alle lessen zijn beschikbaar op e-campus - auteur: Peter Partoens – Plantijnhogeschool 2010.
- manualen en catalogen van verschillende firma’s.
- aanbevolen websites staan bij de verschillende hoofdstukken van de cursus vermeld.
- cursus "Bio-informatica" op e-campus– auteur: Peter Partoens – Plantijnhogeschool 2010.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
50
|
lesuren
|
27,93
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
125
|
klokuren
|
69,83
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode:
- het examen bestaat uit een schriftelijk (50%) en mondeling gedeelte (50%)
- het mondeling gedeelte mag gedurende een korte periode schriftelijk voorbereid worden
- op het mondeling als het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd.
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Gentechnologie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De stap naar het onderzoek |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30307 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
26 |
Totaal aantal contacturen: |
24 |
Totaal studietijd: |
60,84 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Pittois Karen
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Er wordt kennis gemaakt met de technieken en enzymen uit de recombinant DNA technologie. Aanmaak van recombinant DNA wordt besproken, de productie van cDNA bibliotheken en het gebruik van universele kloneringstechnieken. Verder wordt er een introductie gegeven tot de recombinante expressie in prokaryoten en eurkaryoten. Er worden technieken bestudeerd om de expressie van genen uit te schakelen op drie niveaus (gen-, RNA- en eiwitniveau).
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
·
Benoemt de verschillende enzymen die gebruikt worden in de gentechnologie en hun toepassingen en beschrijft hun werking
·
Kiest het juiste enzym voor een gentechnologische toepassing
·
Gebruikt de verschillende notaties voor nucleotiden
·
Geeft de verschillende stappen voor de aanmaak van recombinant DNA
·
Duidt de juiste vector aan voor een moleculaire klonering
·
Geeft de verschillende stappen in de aanmaak van een cDNA –bibliotheek
·
Beschrijft de werking van de toegelichte commerciële kloneringssystemen adhv een schema
·
Somt de verschillende stappen op voor de aanmaak van eiwitten in een prokaryoot expressiesysteem
·
Tekent een prokaryote expressievector en benoemt de verschillende noodzakelijke en optionele onderdelen
·
Legt uit hoe induceerbare expressiesystemen werken en waarom ze gebruikt worden
·
Geeft toelichting bij de verschillende eukaryote expressiesystemen adhv een schema
·
Benoemt en beschrijft de technieken waarmee men genactiviteit kan stilleggen voor elke niveau waarop dit mogelijk is (DNA-RNA-eiwit)
·
Tekent schema’s
van ALLE verschillende besproken technieken
|
|
LEERINHOUDEN
|
Enzymen gebruikt in de gentechnologie en hun toepassingen
-
Verschillende notaties voor nucleotiden
-
Verschillende vectoren en hun gebruik
-
Aanmaak van recombinant DNA (moleculaire klonering) en transformatie
o
Blauw-wit screening
o
Aanmaak van cDNA bibliotheken
o
Screening van DNA bibliotheken
o
Universele kloneringstechnieken
-
Recombinante expressie in prokaryoten:
o
Klonering, transformatie en zuivering
-
Expressie in eukaryote systemen:
o
Expressie in gist
o
Expressie in dierlijke cellen
o
Celvrije systemen
-
Induceerbare expressiesystemen
-
Gene silencing op 3 niveaus:
o
Geninactivatie
o
Post-transcriptionele inactivatie: inactivatie van RNA
o
Eiwit-inactivatie
|
STUDIEMATERIAAL
|
Powerpoint slides beschikbaar op e-campus.
Niet verplichte boeken te raadplegen in de bibliotheek:
-
From Genes to Genomes. JW Dale, M van Schantz. 2003. ISBN 978-0-4714-9782-0.
-
Principles of Gene Manipulation. RW Old, SB Primrose. 7de ed. 2007.
ISBN 1405135441.
-
Medical Genetics at a Glance.
2nd ed. D.J. Pritchard, B.R. Korf.
Blackwell Publishing.ISBN 978 1 4051 4846 7
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
20
|
lesuren
|
28,99
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
45
|
klokuren
|
65,22
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode:
- het examen bestaat uit een schriftelijk en mondeling gedeelte
- het mondeling gedeelte mag gedurende een korte periode schriftelijk voorbereid worden
- op het mondeling als het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.
Berekening van het cijfer voor het opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
idem eerste examenperiode
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Celkweek |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De stap naar het onderzoek |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30308 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
9 |
Totaal aantal contacturen: |
7 |
Totaal studietijd: |
21,06 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Soetaert Anneleen
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De cursus celkweek geeft een inleiding tot het kweken van plantaardige en dierlijke cellen in vitro. Men krijgt een overzicht van de verschillende soorten culturen en hoe men deze culturen moet onderhouden. De verschillende toestellen en vereiste materialen worden besproken. De verschillende soorten contaminaties van culturen komen en bod en hoe men deze kan vermijden en/of verwijderen . Verder worden een aantal mogelijke toepassingen van celkweek als techniek in andere onderzoeksdomeinen aangehaald en kort beschreven .
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL361 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen
- BL366 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën
- BL367 Bezit operationele kennis van de voornaamste biochemische en celbiologische technologieën
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
1. Benoemt de verschillende soorten celculturen en de methoden om celculturen op te starten en te onderhouden. 2. Somt de materialen en toestellen nodig om cellen in kweek te houden op en begrijpt de basisprincipes van de werking. 3. Beschrijft de methode om cellen te tellen en het percentage levende cellen in een cultuur te bepalen. 4. Begrijpt de manier waarop cellen worden gestockeerd en bewaard. 5. Somt de verschillende soorten contaminaties in celculturen en de manieren om deze te detecteren, te voorkomen en te verwijderen op. 6. Beschrijft toepassingen van celcultuur in verschillende onderzoeksdomeinen. 7. Herkent celtypes in een cultuur. 8. Herkent verschillende soorten contaminatie in een celcultuur.
|
|
LEERINHOUDEN
|
-
Hoe brengt men cellen in cultuur?
-
Soorten cellen
-
Controle van de groeiende cellen en onderhoud van culturen
-
Werkomgeving en vereiste toestellen en materialen
-
Bewaring en stockage van cellen
-
Contaminaties: soorten en hoe deze te vermijden
-
Toepassingen van celkweek als techniek in verschillende onderzoeksdomeinen
|
STUDIEMATERIAAL
|
1. cursus “Cel-en weefselkweek“ – auteur: Karen Pittois – Plantijn Hogeschool 2010 2. Powerpoint presentaties van alle lessen zijn beschikbaar op e-campus - auteur: Karen Pittois – Plantijn Hogeschool 2010
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
26,09
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
16
|
klokuren
|
69,57
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode:
a. het examen bestaat uit een schriftelijk en mondeling gedeelte b. het mondeling gedeelte mag gedurende een korte periode schriftelijk voorbereid worden c. op het mondeling als het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student. Berekening van het ‘cijfer’ voor het opleidingsonderdeel - dit cijfer wordt ( in consensus ) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd.
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Bio-informatica |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De stap naar het onderzoek |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30309 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
9 |
Totaal aantal contacturen: |
7 |
Totaal studietijd: |
21,06 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Partoens Peter
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Deze lessenreeks wil een inzicht geven in het belang en het gebruik van de bioinformatica voor de verschillende disciplines in het biomedisch onderzoek
Aanwezigheid op deze activiteit is verplicht.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL231 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in
- BL233 Gebruikt informatiebronnen kritisch
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL361 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen
- BL366 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën
- BL367 Bezit operationele kennis van de voornaamste biochemische en celbiologische technologieën
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- kan de voornaamste bioinformatica tools efficiënt gebruiken
- kan deze tools geïntegreerd toepassen in moleculair biologisch onderzoek
- kan zich nieuw ontwikkelde tools eigen maken
|
|
LEERINHOUDEN
|
Na een korte inleiding over het nut van bioinformatica in het wetenschappelijk onderzoek worden een aantal databanken voorgesteld en wordt aangeleerd op welke manier hier efficiënt mee kan gewerkt worden. Hierna komen een aantal veel gebruikte tools aan bod zowel gericht op DNA-technologie als op eiwit-werk. Nadruk in deze component ligt op het leren gebruiken van de bio-informatica tools en niet op de achterliggende informatica. Vandaar dat deze cursus voornamelijk bestaat uit oefeningen.
|
STUDIEMATERIAAL
|
Ppt-cursus Bioinformatica beschikbaar op e-campus – Peter Partoens - Plantijnhogeschool 2010
Alle voorgestelde tools zijn publiekelijk toegankelijk op het internet.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
6
|
lesuren
|
27,27
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
15
|
klokuren
|
68,18
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode. Er zal niet gepeild worden naar theoretische kennis. De student moet de correcte tools kunnen toepassen in oefeningen komende uit reeële onderzoekssituaties. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens deze verplichte activiteit.
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode. Er zal niet gepeild worden naar theoretische kennis. De student moet de correcte tools kunnen toepassen in oefeningen komende uit reeële onderzoekssituaties.
toetsing INT7-1, tijdens de examenperiode. Er zal niet gepeild worden naar theoretische kennis. De student moet de correcte tools kunnen toepassen in oefeningen komende uit reeële onderzoekssituaties. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens deze verplichte activiteit.
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - De stap naar de apotheek |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Galenica en farmaceutische tecnologie
Wetgeving en tarificatie
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30301 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
9 |
Wegingscoëfficient: |
9 |
Totaal aantal contacturen: |
86 |
Totaal studietijd: |
234 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Theunen Marjorie Vandervoort Jo
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie deelfiches
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Farmaceutische wetenschappen
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
zie deelfiches
|
Andere begincompetenties
|
zie deelfiches
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Galenica en farmaceutische tecnologie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De stap naar de apotheek |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30302 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
90 |
Totaal aantal contacturen: |
82 |
Totaal studietijd: |
210,6 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Vandervoort Jo
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Zowel in de farmaceutische industrie als in de officina-apotheek nemen de galenica en de farmaceutische technologie een belangrijke plaats in. Het verwerken van een geneesmiddel in een voor de patiënt geschikte vorm is niet alleen een wetenschap die een uitgebreide theoretische achtergrond vereist. Het is ook een kunst om deze theorie in de praktijk om te zetten en zelf bereidingen te maken. Daarom wordt naast de theoretische lessen uitgebreid aandacht besteed aan oefeningen en practica, waarbij je zelf de theorie in de praktijk zal brengen.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL230 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het anlyseren van een probleem
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL247 Heeft aandacht voor orde en netheid
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL362 Beschikt over goede algemene laboratorium- en technologische vaardigheden
- BL368 Kan magistrale en officinale bereidingen uitvoeren en bijzondere geneesmiddelen bereiden volgens de protocollen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Hij/zij kan ordelijk en duidelijk rapporteren over zijn/haar werk, schrijft en spreekt vlot en in een taal aangepast aan de doelgroep.
Hij/zij beschikt over goede laboratorium- en technologische vaardigheden, kan deze toepassen in concrete praktijksituaties en kan daarbij de moderne informatica-hulpmiddelen gebruiken.
Hij/zij streeft naar een correcte voorbereiding en uitvoering, waarbij hij/zij zich bewust is van de veiligheidsaspecten (o.a. het besmettingsgevaar) en de kwaliteitseisen.
Hij/zij kan de klant/patiënt informeren over het gebruik, de werking en bewaarcondities van het geneesmiddel/farmaceutisch product.
Hij/zij kan magistrale en officinale bereidingen uitvoeren en bijzondere geneesmiddelen bereiden volgens de protocollen.
De student kent na het volgen van deze lessenreeks
- de voornaamste biofarmaceutische en technologische aspecten bij het ontwikkelen, bereiden en controleren van de verschillen farmaceutische vormen die in de cursus aan bod komen
De student kan na het volgen van de lessenreeks
- een recept of formule voor een farmaceutische bereiding op een kritische manier analyseren
- een recept voor elk van de vormen die in het practicum aan bod komen uitvoeren, verpakken en controleren
|
|
LEERINHOUDEN
|
In het opleidingsonderdeel galenica zullen de verschillende toedieningsvormen die voor geneesmiddelen bestaan besproken worden. Deze variëren van de klassieke vormen zoals oplossingen en capsules tot de nieuwe technologische ontwikkelingen zoals drug targeting en gereguleerde afgifte. In de hoorcolleges komt de theoretische achtergrond aan bod, terwijl tijdens de practica echte officinale bereidingen zullen gemaakt worden. Ook de kwaliteitscontrole van de bereidingen en grondstoffen zal hierbij aan bod komen.
Leerinhoud:
- inleiding
- poeders
- mengen
- capsules
- oplossingen
- siropen
- suspensies
- gelen
- emulsies
- zalven
- crèmes
- suppositoria
- tabletten
- gereguleerde afgifte
- transdermale toediening
- nanotechnologie
- herhaling/seminarie
- bedrijfsbezoek
|
STUDIEMATERIAAL
|
Schriftelijke cursus wordt ter beschikking gesteld door de cursusdienst
Ppt presentaties worden aangeboden via e-campus
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
40
|
lesuren
|
16,60
|
practicum en oefeningen:
|
40
|
lesuren
|
16,60
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
159
|
klokuren
|
65,98
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Toetsing tijdens de examenweek : INT7-3
Evaluatie van de practica:
- kwaliteit van de gemaakte bereidingen
-
rapportering
-
voorbereiding
-
ordelijk werken met oog voor kwaliteitszorg
Afwezigheden:
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Lab:
De toets wordt hernomen, de punten van de permanente evaluatie worden overgedragen.
rest: idem
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Wetgeving en tarificatie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
De stap naar de apotheek |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30206 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
10 |
Totaal aantal contacturen: |
4 |
Totaal studietijd: |
23,4 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Theunen Marjorie Vandervoort Jo
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Tijdens deze lessenreeks maakt de student kennis met de algemene basisprincipes en instanties van de farmaceutische wetgeving en tarificatie.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL361 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
De student maakt kennis met : * de wetgeving met betrekking tot geneesmiddelen en gezondheidsproducten (geneesmiddelen voor menselijk gebruik, grondstoffen voor magistrale bereidingen en industriële vervaardiging), * de uitoefening van het beroep van (officina-)apotheker * de voornaamste autoriteiten die toezicht houden op toepassing van de farmaceutische wetgeving, met name het Federaal Agentschap voor Geneesmiddelen en Gezondheidsproducten
|
|
LEERINHOUDEN
|
Tijdens deze lessenreeks worden enkele essentiële zaken van de nationale wetgeving inzake geneesmiddelen en gezondheidsproducten en de uitoefening van de farmacie bondig besproken. Hierbij worden ondermeer volgende aspecten toegelicht:
- definitie van een geneesmiddel - het monopolie van de apotheker - de aflevering van geneesmiddelen - conformiteit van geneesmiddelen - vervaardiging en registratie van geneesmiddelen en andere aspecten van de industriële farmacie - wetgeving inzake giftstoffen, verdoving en psychotropen - reclame voor geneesmiddelen - belangrijke autoriteiten inzake wetgeving - ...
|
STUDIEMATERIAAL
|
powerpoint-presentaties van de gastcolleges
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
4
|
lesuren
|
100,00
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
|
klokuren
|
00,00
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Permanente evaluatie tijdens de gastcolleges. De aanwezigheid op deze gastcolleges is verplicht.
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- afwezigheid tijdens de verplichte gastcolleges
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Beoordeling uit de eerste zittijd wordt overgedragen.
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Kwaliteitszorg en projectmanagement |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
POP
Toegepaste statistiek
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30207 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7-8 |
Aantal studiepunten: |
3 |
Wegingscoëfficient: |
3 |
Totaal aantal contacturen: |
16 |
Totaal studietijd: |
78 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Bruggeman Geert Van Vlaslaer Veerle
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
- BL103 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen
- BL104 Gaat constructief om met kritiek
- BL105 Leert uit zijn fouten
- BL106 Blijft onder druk zorgvuldig werken
- BL107 Blijft onder druk planmatig werken
- BL110 Staat open voor alternatieve methoden en werkwijzen
- BL116 Respecteert deadlines/afspraken
- BL120 Houdt rekening met inbreng van collega's
- BL121 Neemt taken op zich die heel de groep tot nut zijn
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL230 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het anlyseren van een probleem
- BL231 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in
- BL232 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- BL233 Gebruikt informatiebronnen kritisch
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL236 Splitst een grotere opdracht zelfstandig in stapsgewijze deeltaken
- BL239 Brengt structuur in ideeën
- BL240 Houdt rekening met afgesproken tijdslimieten
- BL242 Organiseert het werk in een efficiënte planning
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Zie deelfiches
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Alle OO uit 2FBT
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Zie deelfiches
|
Andere begincompetenties
|
Zie deelfiches
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Projectmanagement |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Kwaliteitszorg en projectmanagement |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30276 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
20 |
Totaal aantal contacturen: |
16 |
Totaal studietijd: |
20,8 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Bruggeman Geert
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Verbeterprojecten maken een belangrijk onderdeel uit van kwaliteitszorg. Projecten kunnen definiëren, plannen, begroten, organiseren, opvolgen en evalueren behoort steeds meer tot de kerntaken van procestechnici. Om projecten meer slaagkans te geven en efficiënt te laten verlopen worden systemen en technieken gehanteerd en hoort de projectleider zijn team daarin te coachen. Met een of meerdere praktische situatie(s) als uitgangspunt maken we kennis met projectmanagementsystemen (zoals PMBOK, Prince 2, PDCA en APACA) en –technieken (Quality tools). Door ‘hands on ‘ te werken komen ook coaching vaardigheden aan bod.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
- BL103 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen
- BL106 Blijft onder druk zorgvuldig werken
- BL107 Blijft onder druk planmatig werken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL230 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het anlyseren van een probleem
- BL231 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in
- BL232 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- BL233 Gebruikt informatiebronnen kritisch
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL236 Splitst een grotere opdracht zelfstandig in stapsgewijze deeltaken
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL245 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH380 bewaakt de voortgang van processen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Hij/zij handelt in overeenkomst met geplogenheden in projectmanagement
Hij/zij past Quality Tools toe waar nuttig
|
|
LEERINHOUDEN
|
Projectmanagement Systemen voor projectmanagement Quality Tools
|
STUDIEMATERIAAL
|
Syllabus Quality Tools (G. Bruggeman) Theoriebundel “Kwaliteit en procesmanagement” (G. Bruggeman) Casus(en)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
8
|
lesuren
|
50,00
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
8
|
lesuren
|
50,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
|
klokuren
|
00,00
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Beoordeling proces en resultaat van de casus .
Afwezigheden:
Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief
Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Individuele opdracht
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Toegepaste statistiek |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Kwaliteitszorg en projectmanagement |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30209 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7-8 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
60 |
Totaal aantal contacturen: |
16 |
Totaal studietijd: |
46,8 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Van Vlaslaer Veerle
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Kwaliteitszorg (KZ) is niet meer weg te denken uit het lab. We bekijken de basisprincipes van KZ (kwaliteitssystemen, quality tools, normen, accreditatie, kwaliteitshandboek en standaardwerkinstructies). De statistiek uit de vorige programmajaren wordt toegepast bij validatie van methoden en toestellen en vormt de basis voor de interne (controlekaarten, 6 sigma, procesoptimalisatie) en de externe (interlabstudies) kwaliteitscontroles.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL106 Blijft onder druk zorgvuldig werken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL231 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in
- BL232 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- kiest voor een probleem de meest geschikte statistische techniek en voert deze techniek concreet uit: stelt een proefopzet op, voert de nodige experimenten uit, verwerkt de meetresultaten en interpreteert het resultaat.
- voert een methodevalidatie uit: stelt een proefschema op in functie van de validatieparameters, voert de nodige experimenten uit, berekent de validatieparameters en interpreteert van het resultaat.
- zet controlekaarten op en leest deze ( leesregels)
- werkt mee het opstellen van een kwaliteitshandboek en SOP’s
·
kent de statistische principes achter externe kwaliteitscontrole: leest en interpreteert de rapportering.
-
kent de invloed van biologische variatie op de kwaliteitszorg in een biomedisch lab: referentiewaarden, ROC-curve, RCV
|
|
LEERINHOUDEN
|
1. Interne QC a. methodevalidatie (juistheid – bepalingsgrenzen – precisie – lineariteit – robuustheid) b. inleiding kwaliteitszorg, Six Sigma (met procescapabiliteit), AQL c. controlekaarten (met leesregels) 2. externe QC (interlab) a. Youdenplot b. zaagtandplot
c. PomPlot 3. invloed biologische variatie op validatie a. totale imprecisie b. referentiewaarden c. cutoff en ROC-curve d. monitoring van een individu
|
STUDIEMATERIAAL
|
hoofdstukken 16 tem 20 uit de cursus “toegepaste statistiek” – auteur: Veerle Van Vlaslaer – Plantijn Hogeschool 2010-2011 “formuleboekje statistiek” (delen 1ste, 2de & 3de jaar) – auteur: Veerle Van Vlaslaer – Plantijn Hogeschool 2010-2011
wetenschappelijke artikels
www.westgard.com
rekenmachine
aanvullend in de bib: ‘Statistics and chemometrics’ Miller&Miller (ISBN 013028885) - 2000
‘Statistiek, validatie en meetonzekerheid voor het laboratorium’ Klaessens (ISBN 9789077423622)
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
14
|
lesuren
|
29,17
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
32
|
klokuren
|
66,67
|
Verdere toelichting:
Hoorcolleges: hierin worden de statistische technieken uitgelegd aan de hand van toepassingen en oefeningen uit het werkveld. Zelfstandig werk: oplossen van de oefeningenreeksen uit de cursus (met Excel). Feedback van de lector tijdens de colleges of via mail.
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
integratieve toets. open-boek’ toetsing: het boek is het formuleboekje statistiek (delen 1BL, 2BL en 3BL) en bevat geen opgeloste oefeningen. gebruik van een rekenmachine is toegelaten. samenstelling van de vragen: - hoogstens 50% van de vragen zijn louter kennisvragen (correct toepassen van de statistische technieken, correct uitvoeren van berekeningen, reproduceren van begrippen en definities) - minstens 50% van de vragen zijn interpretatievragen (correct kiezen voor een bepaalde techniek, interpretatie van de resultaten, interpretatie van de onderzoeksresultaten van derden).
Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
- dit cijfer wordt (
in consensus
) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
- het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
- niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
- afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
- niet uitvoeren van individuele taken
- niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
idem
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - POP |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Kwaliteitszorg en projectmanagement |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30210 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
inleidend |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7-8 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
20 |
Totaal aantal contacturen: |
0 |
Totaal studietijd: |
15,6 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Partoens Peter Soetaert Anneleen
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De studenten worden verplicht om tijdens hun studie binnen de Plantijnhogeschool een Persoonlijk OntwikkelingsPlan (POP) op te stellen. Het gebruik van een POP is een zeer verspreide techniek in de bedrijfswereld en we willen onze studenten hierop voorbereiden. De studenten worden aangeleerd hoe ze aan de hand van hun eigen studie en resultaten via zelfreflectie tot een beter inzicht van zichzelf komen. Hierdoor komen zij op de arbeidsmarkt, niet alleen met een uitgebreide technische kennis en technische vaardigheden maar zijn zij ook in staat om een betere planning te maken van hun latere loopbaan. De studenten worden op deze manier verplicht om de tijd te nemen om na te denken over hun persoonlijke ontwikkeling. De studenten hebben hierover per academiejaar een aantal afspraken met hun studieloopbaanbegeleider.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL104 Gaat constructief om met kritiek
- BL105 Leert uit zijn fouten
- BL114 Neemt verantwoordelijkheid op voor eigen handelen (meldt fouten en incidenten)
- BL116 Respecteert deadlines/afspraken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL240 Houdt rekening met afgesproken tijdslimieten
- BL242 Organiseert het werk in een efficiënte planning
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- Leren reflecteren over het eigen handelen binnen de onderwijsgroep.
- Leren reflecteren over het eigen leerproces en op basis van deze reflecties het leerproces bijsturen.
- Leren denken in termen van leerdoelen en competenties
- Een basis voor reflecties in het latere werkveld (de stage).
|
|
LEERINHOUDEN
|
Het POP is een kaft met tabbladen en invulformulieren. Vooraan zit een inhoudsopgave die je moet volgen. Bewaar alle documenten per onderdeel chronologisch waarbij het meest recente document bovenaan ligt. Deze kaft gaat jouw volledige opleiding mee. In dit POP horen de volgende gegevens thuis:
Studietijdmeting Archief van bereikte competenties Verslag van gesprekken met studieloopbaanbegeleider Werken in projectgroep (archief van je peerassessment formulieren en je persoonlijke verslagen van de reflectievergaderingen).
|
STUDIEMATERIAAL
|
Het algemene cgo-boek map met invulbladen
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
|
lesuren
|
00,00
|
practicum en oefeningen:
|
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
21
|
klokuren
|
100,00
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
De beoordeling van het POP gebeurt op basis van volledigheid door je studieloopbaanbegeleider. Bijkomende criteria (studieloopbaanbegeleiding): maken van afspraken, nakomen van de afspraken
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
niet mogelijk
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Integratief lab, project en seminaries |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Ja |
O.O. bestaat uit componenten |
Seminaries
Integratief lab + project
|
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30211 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
16 |
Wegingscoëfficient: |
16 |
Totaal aantal contacturen: |
193 |
Totaal studietijd: |
416 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Lector(en): |
Partoens Peter Soetaert Anneleen
|
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
zie deelfiches
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
zie deelfiches
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
zie deelfiches
|
Andere begincompetenties
|
zie deelfiches
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Integratief lab + project |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Integratief lab, project en seminaries |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30212 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
95 |
Totaal aantal contacturen: |
172 |
Totaal studietijd: |
395,2 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Partoens Peter Soetaert Anneleen
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
In het geïntegreerd lab komen verschillende aspecten uit de biochemie, biotechnologie en celbiologie aan bod. Kennis en vaardigheden verworven gedurende de drie jaren worden hierbij toegepast en ingeoefend. Groepswerk en enkele Engelstalige labopdrachten bereiden de student voor om te werken in een multiculturele en internationale omgeving.
Gedurende dit lab wordt ook tijd uitgetrokken voor een groot project rond het thema “De weg van gen naar eiwit” waarin de kennis aangeleerd tijdens de theorie en tijdens dit geïntegreerd practicum kan toegepast worden in een reeël biotechnologisch experiment.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL106 Blijft onder druk zorgvuldig werken
- BL107 Blijft onder druk planmatig werken
- BL111 Steekt spontaan "een tandje bij" bij verhoogde werkdruk
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL245 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL361 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen
- BL362 Beschikt over goede algemene laboratorium- en technologische vaardigheden
- BL366 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën
- BL367 Bezit operationele kennis van de voornaamste biochemische en celbiologische technologieën
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
1. goede algemene laboratorium- en technologische vaardigheden inzake wetenschappelijke onderzoeksmethoden, manipulatie van levende cellen (eukaryoten en prokaryoten) op micro- en macroniveau, moleculair biologische technieken, celbiologische technieken, eiwit- en nucleïnezuurzuivering en karakterisatiemethoden. 2. goede kennis van de principes van de methoden en technieken. 3. voldoende informaticavaardigheden 4. een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel 1. eiwit- en nucleïnezuurdatabanken raadplegen en gebruiken. 2. een efficiënte planning en tijdsindeling maken voor de uit te voeren proeven. 3. nauwkeurig klassieke analytische methoden en instrumentale analytische technieken uitvoeren. 4. de meetwaarden omzetten naar de gevraagde concentraties in het monster. 5. de resultaten statistisch verwerken. 6. de resultaten verwerken in een wetenschappelijk en taalkundig correct verslag en hierover mondeling rapporteren. 7. een praktijkjournaal schrijven volgens de voorschriften. 8. veiligheids- en afvalverwerkingsvoorschriften nauwgezet volgen en hij bezit een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel. 9. op een correcte manier een job safety analyse uitvoeren en een SOP uitschrijven. 10. in groep een opdracht uitvoeren
|
|
LEERINHOUDEN
|
Leerinhoud biotechnologie
Groeicurve van E.Coli
Isolatie nucleïnezuren (plasmiden uit bacteriën, chromosomaal DNA uit bloed en planten)
PCR-reacties
Digesties met restrictie-enzymen, ligaties, transvecties,…
Eiwit- en nucleïnezuurchromatografie en elektroforese
Blotten
Toepassen centrifugatie, concentreringstechnieken, dialyse, kleurreacties, karakterisatiemethoden,…
Gebruik databanken
Uitwerken opdracht rond "Analyse van het menselijk genoom"
Uitwerken individuele onderzoeksopdracht i.v.m. stage
Project “Van gen naar eiwit”
Leerinhoud celkweek
Aanleren van celmanipulatietechnieken (uitplaten, tellen)
Opsporen mycoplasma contaminatie
Cytotoxiciteitstest
|
STUDIEMATERIAAL
|
De labnota’s van het geïntegreerd lab bestaan uit verschillende delen:
a.
cursusdeel “Biotechnologie “ – auteur: Els Van doorslaer/Anneleen Soetaert/Peter Partoens – Plantijnhogeschool 2010.
b.
cursusdeel “Bioinformatica” – Peter Partoens - Plantijnhogeschool 2010.
d.
Manuals van bedrijven
e. cursus: “Toegepaste statistiek” – auteur: Veerle Van Vlaslaer – Plantijnhogeschool 2010.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
|
lesuren
|
00,00
|
practicum en oefeningen:
|
168
|
lesuren
|
38,89
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
260
|
klokuren
|
60,19
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
Evaluatie van de practica: § aanwezigheid § permanente evaluatie van praktische vaardigheden § evaluatie van verslagen § controle praktijkjournaal (labschrift) § uitvoeren job safety analyse § opstellen SOP § literatuuronderzoek opdracht + presentatie en poster § uitvoeren + werkje “analyse van het menselijk genoom” § uitvoeren project + presentatie § toetsing INT 7-3 Op het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student. Puntenverdeling: 50% jaarwerk in lab 15% verslagen, opdrachten en presentaties 25% INT 7-3 10% project
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties Afwezigheden: Bij gewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit, als hij deze niet inhaalt. De student neemt hiervoor zelf het initiatief Bij ongewettigde afwezigheid haalt de student 0 voor de verplichte activiteit. Deze kan niet ingehaald worden.
Bij meerdere afwezigheden contacteert de student de opleidingscoördinator voor een individuele regeling. Indien de student dit nalaat haalt de student een A op het opleidingsonderdeel.
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Voor de 2de zittijd blijven de punten van jaarwerk, verslagen/presentaties en project behouden. Enkel de integratieve toets 7-3 kan herdaan worden. De vraagstelling is analoog als in de 1ste zittijd
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Seminaries |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Integratief lab, project en seminaries |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30213 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
5 |
Totaal aantal contacturen: |
21 |
Totaal studietijd: |
20,8 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Partoens Peter Soetaert Anneleen
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
Tijdens de seminaries worden enkele specifieke onderwerpen behandeld. Zij worden gegeven door gastsprekers en kunnen momenteel nog niet ingevuld worden in de lesweken. Enkele bedrijfsbezoeken illustreren de samenhang tussen de verschillende delen. Aanwezigheid tijdens de seminaries is verplicht.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
- BL103 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen
- BL104 Gaat constructief om met kritiek
- BL105 Leert uit zijn fouten
- BL106 Blijft onder druk zorgvuldig werken
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL361 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen
- BL366 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën
- BL367 Bezit operationele kennis van de voornaamste biochemische en celbiologische technologieën
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
|
|
LEERINHOUDEN
|
Onderwerpen van de seminaries:
Waterzuiveringssystemen
Basisbegrippen LC-MS
|
STUDIEMATERIAAL
|
Nota’s van de verschillende gastsprekers
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
20
|
lesuren
|
48,78
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
20
|
klokuren
|
48,78
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
§ Evaluatie van de seminaries gebeurt op het schriftelijke examen INT 7-3. Op dit schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student. - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - afwezigheid tijdens deze verplichte activiteit - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Idem als in 1ste zit
|
|
| |
|
3 Biomedische Laboratoriumtechnologie - 3FBT - Onderdelen - Stage en eindwerk |
|
|
|
O.O. heeft componenten: |
Neen |
Afstudeerrichting: |
BL:Biomedische Laboratoriumtechnologie |
Code: |
30214 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kernondersteunend |
Niveau: |
gespecialiseerd |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 8 |
Aantal studiepunten: |
23 |
Wegingscoëfficient: |
23 |
Totaal aantal contacturen: |
521 |
Totaal studietijd: |
598 |
Deeltijds programma: |
deel 2 |
Examencontract: |
niet mogelijk |
Deliberatie: |
mogelijk |
Vrijstelling of overdracht: |
mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Partoens Peter
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De stageperiode is het sluitstuk van de opleiding; deze periode loopt over 14 werkweken in de 2° periode van het derde academiejaar. De stage verloopt in een bedrijf of instelling onder leiding van een deskundige van het bedrijf (stagementor). Dit kan zowel in het binnen- als buitenland.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
- BL101 Zoekt opheldering door het stellen van vragen
- BL102 Toont zich leergierig en bereid tot leren
- BL103 Zoekt naar aanvullende en nieuwe informatie en ontwikkelingen
- BL104 Gaat constructief om met kritiek
- BL105 Leert uit zijn fouten
- BL106 Blijft onder druk zorgvuldig werken
- BL107 Blijft onder druk planmatig werken
- BL108 Speelt soepel in op een veranderde werksituatie
- BL109 Vindt een evenwicht tussen aandacht voor wensen van anderen en vasthoudendheid aan eigen ideeën
- BL110 Staat open voor alternatieve methoden en werkwijzen
- BL111 Steekt spontaan "een tandje bij" bij verhoogde werkdruk
- BL112 Handelt volgens de geldende ethische normen
- BL113 Handelt volgens de geldende milieunormen
- BL114 Neemt verantwoordelijkheid op voor eigen handelen (meldt fouten en incidenten)
- BL115 Verwittigt bij afwezigheden
- BL116 Respecteert deadlines/afspraken
- BL117 Toont respect voor materiaal en het gebruik ervan
- BL118 Deelt spontaan informatie/gegevens met anderen
- BL119 Sluit compromissen om gemeenschappelijke belangen te realiseren
- BL120 Houdt rekening met inbreng van collega's
- BL121 Neemt taken op zich die heel de groep tot nut zijn
- BL122 Communiceert beleefd en respectvol met collega's/begeleleiders/leidinggevenden
- BL123 Respecteert de eigenheid van anderen
- BL124 Zorgt voor een goede atmosfeer
- BL125 Geeft een eigen mening zonder te kwetsen
- BL126 Neemt duidelijke standpunten in ook al worden ze niet gedeeld door de groep
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- BL227 Benoemt de kern van het probleem
- BL228 Onderscheidt hoofd- en bijzaken
- BL229 Structureert informatie op een overzichtelijke manier
- BL230 Gaat stapsgewijs en systematisch te werk bij het anlyseren van een probleem
- BL231 Schat de mogelijkheden en beperkingen van een werkmethode in
- BL232 Baseert zijn oordeel op de gegevens en feiten
- BL233 Gebruikt informatiebronnen kritisch
- BL234 Evalueert resulaten kritisch
- BL235 Verzamelt gegevens en/of meetresulaten in tabelvorm volgens de richtlijnen beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL236 Splitst een grotere opdracht zelfstandig in stapsgewijze deeltaken
- BL237 Werkt volgens voorgeschreven procedures/SOP's/werkinstructies
- BL238 Zorgt dat anderen gemakkelijk hun weg vinden op zijn werkomgeving en in zijn labjournaal
- BL239 Brengt structuur in ideeën
- BL240 Houdt rekening met afgesproken tijdslimieten
- BL241 Bereidt taken systematisch voor
- BL242 Organiseert het werk in een efficiënte planning
- BL243 Vangt onverwachte wendingen op
- BL244 Organiseert verschillende taken tegelijkertijd
- BL245 Levert werk af volgens de gevraagde kwaliteit
- BL246 Controleert eigen werk op fouten en correctheid/volledigheid
- BL247 Heeft aandacht voor orde en netheid
- BL248 Maakt een schriftelijk wetenschappelijk, kernachtig en juist verslag volgens de regels beschreven in "Noteren en verslaggeving"
- BL249 Maakt gebruik van de juiste wetenschappelijke terminologie
- BL250 Schriftelijk: gebruikt korte zinnen en directe taal
- BL251 Mondeling: drukt zich vlot en verstaanbaar uit
- BL252 Mondeling: kan collega's correct en volledig op de hoogte brengen van de huidige stand van zaken
- BL253 Maakt gebruik van ondersteunende audiovisuele middelen
- BL254 Handelt spontaan volgens procedures beschreven in de brochure "Kwaliteit en Veiligheid"
- BL255 Schat veiligheidsrisico's correct in, zoekt de relevante info op en past deze zinvol toe
- BL256 Meldt spontaan mogelijke veiligheidsrisico's
- BL257 Reageert gepast in een risicosituatie
- BL258 Beschermt gevoelige informatie van de organisatie (school, bedrijf, lab) naar de buitenwereld
- BL259 Heeft oog voor kosten en financiële implicaties van zijn handelen
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- BL360 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis van de basiswetenschappen
- BL361 Heeft een vakoverschrijdende en geïntegreerde kennis omvattende de verschillende aspecten van de biomedische wetenschappen
- BL362 Beschikt over goede algemene laboratorium- en technologische vaardigheden
- BL366 Heeft inzicht in eenvoudige wetenschappelijke onderzoekstechnologieën
- BL367 Bezit operationele kennis van de voornaamste biochemische en celbiologische technologieën
- BL368 Kan magistrale en officinale bereidingen uitvoeren en bijzondere geneesmiddelen bereiden volgens de protocollen
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
Tijdens de stage doet de student praktijkervaring op in een reële arbeidssituatie.
|
|
VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
|
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
|
Geslaagd zijn in het eerste en tweede programmajaar
|
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
|
Alle opleidingsonderdelen uit periode 7
|
Andere begincompetenties
|
|
LEERINHOUDEN
|
-
De stageperiode is het sluitstuk van de opleiding; deze periode loopt over 14 werkweken in de 2° periode van het derde acedemiejaar. De stage verloopt in een bedrijf of instelling onder leiding van een deskundige van het bedrijf (stagementor). Dit kan zowel in het binnen- als buitenland.
-
Studenten uit de afstudeerrichting Farmaceutische en biologische laboratoriumtechnologie komen meestal terecht in een biochemisch/biotechnologisch of microbiologisch onderzoekslaboratorium.
-
Zij kunnen o.a. de volgende opdrachten krijgen: het tot expressie brengen en opzuiveren van een recombinant eiwit, het onderzoeken en optimaliseren van meetvoorwaarden bij de studie van receptoreiwitten of bij het op punt stellen van ELISA-technieken, het onderzoeken en opsporen van mutaties binnen een bepaalde familie enz...
-
Tijdens de stage-werkzaamheden wordt ruimte voorzien voor het schrijven van een eindwerk, d.i. een uitgebreid verslag over het onderwerp dat nader werd onderzocht.
|
STUDIEMATERIAAL
|
De stagebrochure en de syllabus "Rapportering eindwerk"
Indien verder nodig, voorzien door de stagementor.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
|
lesuren
|
00,00
|
practicum en oefeningen:
|
520
|
lesuren
|
86,81
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
78
|
klokuren
|
13,02
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
De stagementor beoordeelt het stageverloop a.h.v. een stagebeoordelingsformulier. Na de stage dient het eindwerk te worden verdedigd voor een jury. Het totaalcijfer voor de stage staat voor circa 40% van de totale jaarpunten en is samengesteld uit de volgende deelevaluaties: de activiteiten gedurende de stageperiode: 60% (stagementor) het eindwerk: 24% (stagementor + lezers)
de mondelinge presentatie en verdediging: 16% (jury)
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
Het eindwerk kan ingediend worden tegen de tweede examenperiode. De eindwerkverdediging gebeurt dan in de tweede zittijd. Het eindwerk kan herschreven en opnieuw verdedigd worden indien dit de oorzaak is van niet slagen voor de totale stage.
Het praktische werk kan niet herdaan worden tijdens de maanden juli en augustus.
|
|
| |
|
|
|
|
|
|
|
|
|