3 Chemie - 3BI - Onderdelen - Biochemische technologie |
|
|
|
Component behoort tot O.O.: |
Onderzoekstechnieken |
Afstudeerrichting: |
CH:Chemie |
Code: |
30300 |
Academiejaar: |
2010-2011 |
Type: |
kern |
Niveau: |
uitdiepend |
Programmajaar: |
3 |
Periode binnen het modeltraject: |
Periode 7 |
Aantal studiepunten: |
nvt |
Wegingscoëfficient: |
66 |
Totaal aantal contacturen: |
54 |
Totaal studietijd: |
154,44 |
Deeltijds programma: |
|
Vrijstelling of overdracht: |
niet mogelijk |
Onderwijstaal: |
Nederlands |
Lector(en): |
Partoens Peter
|
|
KORTE OMSCHRIJVING
|
De rode draad doorheen de component "Biochemische technologie" is "de weg van gen tot eiwit" en sluit hierdoor zeer nauw aan bij het opleidingscomponent "Genexpressie, functie en werking". In de component "Biochemische technologie" worden de methoden besproken om cellen en weefsels te homogeniseren. De werking van verschillende detergenten en de mogelijke strategie voor nucleïnezuur- en eiwitzuivering worden behandeld. Alle technieken die hierbij aan bod komen (fractionatie, concentratiebepaling, bufferwissel, concentrering,enz…) worden in theorie gezien en in de component "geïntegreerd lab" toegepast. Nadruk wordt hierbij gelegd op de voorzorgen die nodig zijn om bv. denaturatie te voorkomen. Verder komen de diverse chromatografische en elektroforetische scheidingstechnieken aan bod en de toepassingen die ze in praktijk hebben. De theorie van deze component en het "Geïntegreerd lab" zijn zeer nauw met elkaar verweven.
|
COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren
van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)
|
Algemene competenties
|
|
Algemene beroepsgerichte competenties
|
- CH242 brengt structuur in ideeën
|
Beroepsspecifieke competenties
|
- CH367 heeft inzicht in de belangrijkste biochemische onderzoeksmethoden
- CH368 kent de courante biotechnologische en moleculair biologische processen
- CH370 functioneert in een wetenschappelijk onderzoeksteam
|
SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
|
- kent de algemeen gebruikte scheidingstechnieken voor nucleïnezuren en eiwitten.
- kent de belangrijkste chromatografische en elektroforetische technieken, de apparatuur die daarbij gebruikt wordt en de belangrijkste toepassingen.
- kent de typische biochemische werkwijzen als homogenisatie, fractionering, dialyse, membraanfiltratie, blotten en centrifugatie en de apparatuur die hierbij gebruikt wordt.
- kent de algemeen gebruikte identificatietechnieken voor eiwitten en nucleïnezuren als o.m. de verschillende kleurreacties, autoradiografie en immunochemische detectie.
- kan onder begeleiding, nieuwe procedures ontwikkelen om eiwitten en nucleïnezuren te zuiveren en te karakteriseren en hierbij de juiste technieken en apparatuur gebruiken. Hij/zij is in staat deze technieken in diverse sectoren (biomedische sector, landbouw, voeding, milieu …) toe te passen.
- volgt de veiligheids- en afvalverwerkingsvoorschriften nauwgezet op en bezit een ethisch onderbouwd verantwoordelijkheidsgevoel.
|
|
LEERINHOUDEN
|
Dit opleidingsonderdeel bestaat uit drie grote delen: biochemische werkwijzen, elektroforese en chromatografie.
- Biochemische werkwijzen
Water, diverse stoffen en buffers
- Eigenschappen van water
- Invloed van diverse stoffen
Homogenisatie van cellen en weefsels
- Uitgangsmateriaal
- Activiteit van hydrolytische enzymen
- Homogenisatiemethoden
Zuivering van en werken met nucleïnezuren
- Algemene strategie bij zuivering nucleïnezuren
- Beschadiging van nucleïnezuren
- Concentratiebepaling
- Denaturatie en renaturatie
- Isolatie en zuivering
- Zuiverheid - Identificatie
Zuivering van en werken met eiwitten
- Algemene strategie bij zuivering eiwitten
- Efficiëntie van de zuiveringsstap
- Fractionering
- Verwijdering van zouten
- Bewaring
- Maken van een eiwitoplossing
- Detectie van denaturatie
2. Elektroforese Basisprincipes elektroforese
- Inleiding
- Experimentele aspecten
Elektroforese van eiwitten
- Inleiding
- Polyacrylamidegel elektroforese
- Iso-elektrofocussing
- 2D-elektroforese
Elektroforese van nucleïnezuren
- Inleiding
- Gelkeuze
- Detectie
- Submarine elektroforese
- Sequentie- en genoomanalyse
- RNA-elektroforese
- Pulsed field elektroforese
Adsorptie aan membranen - blotten
- Voordelen van blotten
- Technieken
- Membraantypen
3.Chromatografie Chromatografie
- Inleiding
- Begrippen en formules
- Oplossend vermogen van een kolom
- Indeling
- Apparatuur
- Oefeningen
Gelfiltratiechromatografie
- Principe
- Samenstelling van de gelkorrels
- Zwellen van gelkorrels
- Verwijderen van lucht
- Kwantitatieve benadering
- Fractioneringsbereik
- Oplossend vermogen
- Toepassingen
- Praktische uitvoering
- Oefeningen
Ionenchromatografie
- Inleiding
- Elektrostatische aantrekking
- Ionenuitwisseling
- Selectiviteitsconstante
- Ionenuitwisselaars
- Ionenchromatografie
- Oefeningen
Affiniteitschromatografie
- Principe
- Matrix
- Ligand
- Spacerarm
- Elutie
- Kolomkeuze en stockeren van het gel
- Oefeningen
Hydrofobe interactiechromatografie
- Principe
- Uitvoering
Toepassingen
|
STUDIEMATERIAAL
|
- cursus "Biochemische technologie" delen biochemische werkwijzen, elektroforese en chromatografie" – auteur: Peter Partoens – Plantijn Hogeschool 2010.
- powerpoint presentaties van alle lessen zijn beschikbaar op e-campus- auteur: Peter Partoens – Plantijn Hogeschool 2010.
- manualen en catalogen van verschillende firma’s.
- aanbevolen websites staan bij de verschillende hoofdstukken van de cursus vermeld.
- cursus "Bio-informatica" op e-campus – auteur: Peter Partoens – Plantijn Hogeschool 2010.
|
WERKVORMEN
|
Soort werkvorm
|
uren
|
|
%
|
hoor- en werkcolleges:
|
50
|
lesuren
|
30,12
|
practicum en oefeningen:
|
0
|
lesuren
|
00,00
|
vormen van groepsleren:
|
|
lesuren
|
00,00
|
studietijd buiten contacturen:
|
112
|
klokuren
|
67,47
|
Verdere toelichting:
|
EVALUATIE
|
|
Eerste examenperiode
|
toetsing INT7-2, tijdens de examenperiode:
- het examen bestaat uit een schriftelijk (50%) en mondeling (50%) gedeelte
- het mondeling gedeelte mag gedurende een korte periode schriftelijk voorbereid worden
- op het mondeling als het schriftelijk examen worden zowel kennis-, inzichts- als toepassingsvragen gesteld en gepeild naar het redeneervermogen van de student.
- dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria: - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen - niet uitvoeren van individuele taken - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties
|
tijd voor examinering
|
|
Tweede examenperiode
|
2de zittijd: analoog examen als in 1ste zittijd.
|
|
| |
|