ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

3 Voedings- en dieetkunde - 3VD - Onderdelen - Deontologie - voorbereiding beroep
  

Component behoort tot O.O.: Beroepsvaardigheden
Afstudeerrichting: VD:Voedings- en dieetkunde
Code: 30228
Academiejaar: 2010-2011
Type: kern
Niveau: gespecialiseerd
Programmajaar: 3
Periode binnen het modeltraject: Periode 7
Aantal studiepunten: nvt
Wegingscoëfficient: 40
Totaal aantal contacturen: 10
Totaal studietijd: 41,6
Deeltijds programma: deel 1
Vrijstelling of overdracht: niet mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Hertogen Marina


 

KORTE OMSCHRIJVING

Zowel in loondienst (ziekenhuis of instelling) als in een privé-praktijk is de diëtiste onderworpen aan rechten en plichten. Deze draaien rond ethiek, deontologie, burgerlijke aansprakelijkheid, beroepsgeheim en patiëntenrechten.

Als diëtiste werkt men meestal in de dienstverlenende sector. Het product is diensten leveren en de opdracht is kwaliteit. Marketing en voortdurende bijscholing 'Levenslang Leren' kan helpen om deze diensten op een kwaliteitsvolle manier te leveren.

Het is belangrijk om zich te organiseren in een ‘Beroepsvereniging voor Diëtisten en Voedingsdeskundigen’ om een kwaliteitsvol beroep te kunnen blijven uitoefenen.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • VD104 Heeft een kritische houding en stelt daardoor onderzoekende vragen.
  • VD110 Denkt vanuit uiteenlopende standpunten en referentiekaders.
  • VD115 Streeft naar verbetering.
  • VD119 Stelt de cliënt centraal.
  • VD120 Handelt integer (ethisch, deontologisch).
  • VD121 Geeft concreet advies, aangepast aan de situatie.
  • VD122 Respecteert de eigenheid van de cliënt.
  • VD123 Toont betrokkenheid.
  • VD125 Gaat in op persoonlijke en gevoelsgeladen boodschappen.
  • VD126 Gaat in op non-verbale signalen van anderen.
  • VD127 Toont begrip voor gevoelens en moeilijkheden van anderen.
  • VD129 Erkent en waardeert de inbreng van anderen.
  • VD130 Laat het groepsbelang primeren boven het eigen belang.
  • VD131 Bespreekt problemen open met collega's.
  • VD133 Drukt zich deskundig uit, zowel naar professionelen als naar leken.
  • VD134 Gebruikt een correcte schrijf- en spreektaal (spelling, grammatica, zinsbouw, woordkeuze, tekstverbanden, structuur).
  • VD135 Luistert actief.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • VD237 Analyseert een problematiek vanuit relevante gegevens.
  • VD238 Kijkt kritisch naar beschikbare gegevens.
  • VD239 Geeft aan welke informatie ontbreekt en gaat ernaar op zoek.
  • VD240 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
  • VD241 Stelt relevante vragen om een analyse verder uit te diepen.
  • VD242 Ziet verbanden en maakt ze expliciet.
  • VD243 Laat zich niet leiden door veronderstellingen en vooroordelen - baseert zich op feiten.
  • VD244 Integreert de gegevens tot samenhangende conclusies.
  • VD245 Houdt rekening met de praktische haalbaarheid van voorgestelde oplossingen.
  • VD246 Toont zich resultaatgericht.
  • VD247 Neemt zelfstandig beslissingen.
Beroepsspecifieke competenties
  • VD363 Onderzoekt actief de noden en verwachtingen van de klant.
  • VD371 Vertoont stakeholdergerichtheid (wederzijds belang).

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • kent het juridisch aspect van het strafrechterlijk gesanctioneerd beroepsgeheim voor de diëtist en kan dit toepassen in de praktijk.
  • kent de basisprincipes van de strafrechterlijke en burgerlijke aansprakelijkheid van de diëtist in loondienst en als zelfstandige.
  • kent de meest recente patiëntenrechtenwet, zoals recht op informatie, recht op privacy, recht op inzage in patiëntendossier, recht op kwalitatieve zorgverstrekking, recht op vrij keuze en klachtrecht.
  • kent de ethische noodzaak om op zoek te gaan naar de regels van een goede beroepsuitoefening (dienstbaarheid aan de gezondheid, dienstbaarheid aan de menselijke persoon en non-discriminatie beginsel, bijscholingsplicht, e.a.).
  • kent het verschil tussen diëtist(e) en voedingsdeskundige en kent de inhoud van het koninklijk besluit nr. 97 betreffende de uitoefening van het beroep.
  • stemt zijn/haar vaardigheden en diensten af op de arbeidsmarkt.
  • kent de mogelijkheden van de beroepsvereniging voor diëtisten en voedingsdeskundigen (VBVD).
  • kent de wegen om zich voortdurend bij te scholen.
  • verricht literatuuronderzoek in zijn/haar vakgebied en rapporteert hierover schriftelijk (en mondeling). De student plaatst het onderwerp in het kader van de beroepsuitoefening en het evidence based handelen.
LEERINHOUDEN
  • De diëtist(e)’ en het beroepsveld, de statuten (wat zegt ‘Het Staatsblad)
  • Burgelijke aansprakelijkheid, beroepsgeheim, patïëntenrechtenwet
  • Deontologische code van de diëtist, beroepsethiek in de praktijk
  • De beroepsvereniging VBVD, marketing
  • Congressen en studiedagen      
  • In de seminaries komen sprekers uit het werkveld met hun specifieke kennis over actuele problemen waarvan verplichte deelname. 

STUDIEMATERIAAL
  • Teksten gastsprekers Juristen - ‘Medisch recht’
  • Cursus ‘Medisch recht, beroepsethiek, voorbereiding beroep, seminaries'- auteur: Hertogen Marina - Plantijn Hogeschool - 2010 - 2011
  • Wetenschappelijke artikels

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

8

 lesuren

  16,67

practicum en oefeningen:

0

 lesuren

  00,00

vormen van groepsleren:

0

 lesuren

  00,00

studietijd buiten contacturen:

38

 klokuren

  79,17

Verdere toelichting:
  • Hoorcolleges
  • Gastsprekers (verplichte aanwezigheid)
  • Congressen en studiedagen (sommige zijn verplicht en betalend)

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Schriftelijk examen INT7-1: kennisvragen, toepassingsvragen, correctheid van de antwoorden, volledigheid van de argumentatie, duidelijke en heldere formulering van de antwoorden.
  • Een student die afwezig is op één van de twee examens haalt een A voor het opleidingsonderdeel.
  • Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel 
    - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
    - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
       - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
       - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
       - niet uitvoeren van individuele taken
       - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties

.


tijd voor examinering
uren
2

%
 
 04,17

Tweede examenperiode
  • De student die niet geslaagd is en geen credit behaalde voor het opleidingsonderdeel 'beroepsvaardigheden' legt in deze examenperiode de twee toetsen INT7-1 en INT7-2 opnieuw af.  Een student die afwezig is op één van de twee examens haalt een A voor het opleidingsonderdeel.
  • Berekening van de ‘cijfers’ voor elk opleidingsonderdeel
    - dit cijfer wordt (in consensus) toegekend door de lectorengroep van het opleidingsonderdeel op basis van de op de verschillende componenten verworven punten
    - het aantal punten is in principe het gewogen gemiddelde van de verschillende vakdisciplines waarbij de uren sbu als wegingscoëfficiënten gebruikt worden maar kan aangepast worden volgens volgende criteria:
       - niet voldoen aan de vooropgestelde leerdoelen
       - afwezigheid tijdens de verplichte praktijksessies, werkcolleges en oefeningenlessen
       - niet uitvoeren van individuele taken
       - niet voldoen aan vooropgestelde gedragsindicatoren van de beoordeelde kerncompetenties