ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

3 Voedings- en dieetkunde - 3VD - Onderdelen - IPSIG-week
  

Component behoort tot O.O.: Stage
Afstudeerrichting: VD:Voedings- en dieetkunde
Code: 30235
Academiejaar: 2010-2011
Type: kern
Niveau: gespecialiseerd
Programmajaar: 3
Periode binnen het modeltraject: Periode 8
Aantal studiepunten: nvt
Wegingscoëfficient: 10
Totaal aantal contacturen: 35
Totaal studietijd: 72,8
Deeltijds programma: deel 2
Vrijstelling of overdracht: niet mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Adam Marleen
Aerts Ingrid
Geys Kim
Van Laer Sofie


 

KORTE OMSCHRIJVING

We voorzien een projectweek rond interprofessionele samenwerking met de andere opleidingen ‘gezondheidszorg’ binnen de ‘Associatie Universiteit & Hogescholen Antwerpen’. Studenten werken gedurende deze week binnen een interprofessioneel team opdrachten (casuïstiek) uit.


COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • VD101 Stelt het eigen handelen in vraag.
  • VD102 Leert systematisch uit eigen ervaring, fouten en successen.
  • VD103 Leert systematisch uit ervaring van anderen.
  • VD104 Heeft een kritische houding en stelt daardoor onderzoekende vragen.
  • VD105 Vraagt en geeft feedback.
  • VD107 Zet theorie en nieuwe inzichten om in praktijkvoorbeelden.
  • VD108 Vertaalt externe feedback in leerpunten.
  • VD110 Denkt vanuit uiteenlopende standpunten en referentiekaders.
  • VD131 Bespreekt problemen open met collega's.
  • VD132 Voert eenvoudige leidinggevende taken uit.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • VD237 Analyseert een problematiek vanuit relevante gegevens.
  • VD240 Onderscheidt hoofd- en bijzaken.
  • VD241 Stelt relevante vragen om een analyse verder uit te diepen.
  • VD242 Ziet verbanden en maakt ze expliciet.
  • VD244 Integreert de gegevens tot samenhangende conclusies.
  • VD246 Toont zich resultaatgericht.
Beroepsspecifieke competenties
  • VD360 Geeft in de praktijk blijk van vakspecifieke kennis op het gebied van klinische diëtetiek.
  • VD363 Onderzoekt actief de noden en verwachtingen van de klant.
  • VD364 Zet wetenschappelijke kennis om in een specifiek voedings- en/of dieetadvies.
  • VD366 Werkt een voedingszorgplan uit.
  • VD367 Stelt een gezondheidsplan op.
  • VD368 Functioneert in interprofessionele teams.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN
  • hanteert naast de specifieke deskundigheden en communicatieve vaardigheden ook de noodzakelijke houding van openheid voor de inbreng en het referentiekader van andere gezondheidsberoepen.
  • kent de eigen grenzen op het gebied van professionele expertise.
  • maakt op een integere en respectvolle wijze de eigen zienswijze kenbaar ook in geval van meningsverschillen.
  • toont inzicht in de eigen beperkingen: overlegt regelmatig intraprofessioneel en toetst het eigen oordeel aan dat van anderen.
  • toont bereidheid om de bijdrage en vaardigheden van aanverwante beroepen te leren kennen.
LEERINHOUDEN
  • de problematiek van patiënten wordt steeds complexer, waardoor meer verschillende zorgbeoefenaars bij eenzelfde patiënt betrokken zijn. Verschillende beroepsgroepen hebben vaak uiteenlopende inzichten en belangen, onder meer bij ethische vragen, waardoor gezamelijk overleg met de te nemen beslissingen noodzakelijk wordt. Teamwerk is niet alleen een noodzaak geworden, maar het vormt ook eeen veelal aantrekkelijke uitdaging: hoe realiseren we met elkaar en voor elkaar, en vooral voor de patiënten, die aan onze zorgen toevertrouwd worden de inhoudelijke en menselijke meerwaarde die een groep kan creëren?
  • in deze module leert de student interprofessioneel samenwerken waarbij hij de patiënt centraal stelt in de hulpverlening en zo de continuïteit en kwaliteit van de zorg telkens optimaliseert.

STUDIEMATERIAAL
  • 'Leren interprofessioneel samenwerken in de gezondheidszorg': handboek van de IPSIG-week 
  • begeleidende teksten die de module theoretisch ondersteunen
  • casusmateriaal en videofragmenten

WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

10

 lesuren

  12,82

practicum en oefeningen:

0

 lesuren

  00,00

vormen van groepsleren:

25

 lesuren

  32,05

studietijd buiten contacturen:

43

 klokuren

  55,13

Verdere toelichting:
De studenten worden ingedeeld in leergroepen van 12 studenten uit verschillende afstudeerrrichtingen. Elke leergroep wordt door een teacher begeleid die specifiek voor deze module werd opgeleid. De taak van de teacher bestaat hoofdzakelijk uit het inleiden van de taken en het observeren van de individuele en groepsprocessen. De gebruikte onderwijsvormen zijn: hoorcolleges, zelfstudie, groepswerk, reflectie en feedback. Studenten leren effectief en efficiënt overleggen rond een casus. De module wordt afgesloten met een plenaire sessie en discussie waarbij de leer- en aandachtspunten van studenten geconfronteerd worden met de praktijkervaring van enkele deskundigen.

EVALUATIE

Eerste examenperiode
  • Om na te gaan of de student de competenties heeft die een lid van een "interprofessioneel team" dient te bereiken, worden voor de toetsing van de module zelfevaluatie, peerevaluatie en portfolio gebruikt.
  • De IPSIG-week wordt (in de loop van het eerste semester) door een werkgroep binnen de AUHA voorbereid en daarom zijn de exacte puntenverdeling, evaluatiecriteria,... op 19-09-2006 nog niet bekend.  Deze worden voor de aanvang van de week aan de studenten meegedeeld.
  • Voor de studenten die niet aanwezig kunnen zijn omwille van bijvoorbeeld een buitenlandse stage, wordt een vervangtaak voorzien.

tijd voor examinering
uren

%
 
 00,00

Tweede examenperiode
  • de punten van het opleidingsonderdeel 'stage' worden overgedragen naar de tweede examenperiode van 3VD
  • een student die niet slaagt in 3VD herneemt in het volgende academiejaar de stageperiode waarvan de IPSIG-week in het bisjaar geen onderdeel van uitmaakt