ECTS-database Plantijn Hogeschool
  
 

4 Autismespectrumstoornissen: een orthopedagogisch perspectief - 4BAS2 - Onderdelen - Autisme en probleemgedrag
  

O.O. heeft componenten: Neen
Afstudeerrichting: AS:Autismespectrumstoornissen: een orthopedagogisch perspectief
Code: 40006
Academiejaar: 2010-2011
Type: kern
Niveau: gespecialiseerd
Programmajaar: 4
Periode binnen het modeltraject: :--
Aantal studiepunten: 8
Wegingscoëfficient: 8
Totaal aantal contacturen: 37
Totaal studietijd: 208
Deeltijds programma: deel 2
Examencontract: niet mogelijk
Deliberatie: mogelijk
Vrijstelling of overdracht: mogelijk
Onderwijstaal: Nederlands
Lector(en): Stinkens Wim


 

KORTE OMSCHRIJVING

In OO IV  willen we de student die werkzaam is in het onderwijs aan kinderen met autisme, werkt als begeleider, opvoeder of ouder van personen  met autisme, voorbereiden op de competenties zoals ze hierna zijn aangegeven en dit in perspectief van probleemgedrag.

COMPETENTIEGERICHTE LEERDOELEN
 Dit opleidingsonderdeel draagt in het bijzonder bij tot het realiseren van volgende opleidingsdoelen (eindtermen)

Algemene competenties

  • AS101 De student kan beroepsspecifiek nadenken, redeneren en handelen in een multidisciplinaire omgeving van de beroepscontext.
  • AS102 De student kan beroepsspecifieke informatie zelfstandig en kritisch verwerven en verwerken.
  • AS105 De student is in staat tot het uitvoeren van eenvoudige leidinggevende en managementtaken. Hij kan bijdragen aan een gepaste implementatie van de inhouden aangereikt in de opleiding.
  • AS108 De student is in staat inzichten toe te passen van beschikbare (wetenschappelijke) theorieën, concepten en onderzoeksresulaten bij vraagstukken uit zijn praktijk.
Algemene beroepsgerichte competenties
  • AS201 De student kan vanuit het perspectief van complementariteit in een team functioneren. Hij kan hierbij zijn krachten inzetten en naast inhoudelijke ook procesmatige aspecten hanteren.
  • AS202 De student kan complexe probleemsituaties zelfstandig en in overleg analyseren. Hij kan vanuit zijn deskundigheid/creativiteit gepaste oplossingen voorstellen en kan een onderbouwde keuze maken uit alternatieven.
Beroepsspecifieke competenties
  • AS301 De student kan met respect voor de rechten, de waardigheid en de gelijkwaardigheid van mensen met autisme zelfstandig een onderzoek (formeel en informeel) opzetten en uitvoeren.
  • AS302 De student is in staat om verschillende hypothesen omtrent de functie van gedrag te formuleren.
  • AS304 De student kan functionele leerdoelen formuleren, deze uitwerken, aanbieden, evalueren en bijsturen. Hij kan dit formuleren op korte, middellange en lange termijn.
  • AS305 De student kan de transfer maken tussen aan autisme gerelateerde theorieën en modellen en de praktijk.
  • AS306 De student kan gedrag verklaren en begrijpen via ijsbergdenken door elementen van de triade van Wing, specifieke wijze van denken en waarnemen en intrapersoonlijke kenmerken een plaats te geven.
  • AS308 De student is ortho(ped)agogisch competent in de omgang met mensen met ASS. De student kan omgaan met de mogelijkheden en tekorten op het terrein van redzaamheid, waarneming, denken, communicatie en sociale interactie bij personen met ASS.
  • AS309 De student kan op maat ondersteunende communicatie opzetten, uitvoeren, analyseren en evalueren.
  • AS310 De student kan op maat verduidelijking aanbrengen in de leef-, leer- en werkomgeving. Hij kan de verduidelijking analyseren, uitvoeren en evalueren.
  • AS315 De student kan een bijdrage leveren aan de professionalisering/sensibilisering van collega's door zijn keuzes te expliciteren en te verantwoorden.

SPECIFIEKE DOELSTELLINGEN

VEREISTE BEGINCOMPETENTIES
Opleidingsonderdelen waarvoor voorafgaand credits dienen behaald te zijn
Opleidingsonderdeel I, II en III
Opleidingsonderdelen die vooraf dienen gevolgd te zijn
OO I , OO II, OO III
Andere begincompetenties
Alle studenten die deelnemen aan de bachelor na bachelor hebben een bachelor- of masterdiploma en beschikken over voldoende en actuele praktijkervaring in een professionele werkcontext in het werken met mensen met autismespectrumstoornissen.
Competent zijn in het terugblikken op ervaringen en dit kunnen inbrengen in het lesgebeuren.

LEERINHOUDEN
  • Autisme en probleemgedrag
    1.    Probleemgedrag en gedragsstoornissen: visies en kaders
    2.    Probleemgedrag en mensen met een beperking.
    3.    Probleemgedrag en normale begaafdheid.
  • Uitdiepen van thema's zoals psycho-educatie,  ouders/gezinnen.
  •          Introductie probleemoplossend werken.

STUDIEMATERIAAL

Artikels en verwijzingen naar literatuur.

powerpointmateriaal.

 


WERKVORMEN
Soort werkvorm uren  

%

hoor- en werkcolleges:

18

 lesuren

  48,65

practicum en oefeningen:

 lesuren

  00,00

vormen van groepsleren:

18

 lesuren

  48,65

studietijd buiten contacturen:

 klokuren

  00,00

Verdere toelichting:
  • Werkcollege met vraag- en leergesprekken: de inbreng van de studenten via discussie en peerteaching is daarbij essentieel.
  • Opdrachten  gelinkt aan een casus.
  • Literatuurstudie.

 


EVALUATIE

Eerste examenperiode
Mondeling examen op 20 punten.

tijd voor examinering
uren
1

%
 
 02,70

Tweede examenperiode
Mondeling examen op 20 punten.

 

 

 

Bachelor-na-bacheloropleiding in autismespectrumstoornissen: een orthopedagogisch perspectief (deel 2)
   Het tweede deel van de banaba Autismespectrumstoornissen: een orthopedagogisch perspectief wordt aangeboden vanaf het academiejaar 2010-2011.